Kamerstuk 34775-VI-77

Motie van het lid Hiddema over de invoering van het legaliteitsbeginsel

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2018

Gepubliceerd: 30 november 2017
Indiener(s): Theo Hiddema (FVD)
Onderwerpen: begroting financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34775-VI-77.html
ID: 34775-VI-77

5,3 %
92,7 %
Voor: Roelof Bisschop, Martin van Rooijen, Thierry Baudet, Léonie Sazias, Corrie van Brenk, Kees van der Staaij, Theo Hiddema, Henk Krol
Tegen: René Peters, onbekend kamerlid, Lenny Geluk-Poortvliet, Vera Bergkamp, Jesse Klaver, Lilianne Ploumen, Aukje de Vries, Judith Tielen, Lilian Marijnissen, Bente Becker, Bram van Ojik, Rens Raemakers, Klaas Dijkhoff, Salima Belhaj, Wybren van Haga, Steven van Weyenberg, Paul van Meenen, Lammert van Raan, Sjoerd Sjoerdsma, Helma Lodders, Raymond de Roon, Farid Azarkan, Liesbeth van Tongeren, Frank Futselaar, Foort van Oosten, Albert van den Bosch, Martin Wörsdörfer, Maarten Groothuizen, Gidi Markuszower, Chris van Dam, Gert-Jan Segers, Martin Bosma, William Moorlag, Lisa Westerveld, Kirsten van den Hul, Kees Verhoeven, Roald van der Linde, Jasper van Dijk, Vicky Maeijer, Maarten Hijink, Marianne Thieme, Arno Rutte, Matthijs Sienot, André Bosman, Antje Diertens, Geert Wilders, Anne Kuik, Pia Dijkstra, Sophie Hermans, Suzanne Kröger, Khadija Arib, Tjeerd de Groot, Sybrand van Haersma Buma, Achraf Bouali, Hanke Bruins Slot, Antoinette Laan-Geselschap, Renske Leijten, Eppo Bruins, Harm Beertema, Léon de Jong, Jan Paternotte, Michiel van Nispen, Jessica van Eijs, Pieter Omtzigt, Madeleine van Toorenburg, Danai van Weerdenburg, Henk Nijboer, Michel Rog, Lodewijk Asscher, Esther Ouwehand, Hayke Veldman, Gijs van Dijk, Harry van der Molen, Rik Grashoff, Agnes Mulder, Lilian Helder, Carla Dik-Faber, Dennis Wiersma, Chantal Nijkerken-de Haan, Ronald van Raak, Jan Middendorp, Emile Roemer, Joba van den Berg-Jansen, Sadet Karabulut, Alexander Kops, Sandra Beckerman, Jeanine Hennis-Plasschaert, Edgar Mulder, Kathalijne Buitenweg, Leendert de Lange, Linda Voortman, Sietse Fritsma, Zohair El Yassini, Fleur Agema, Dion Graus, Tom van der Lee, Nine Kooiman, Daniel Koerhuis, Sven Koopmans, Rudmer Heerema, Martijn van Helvert, Arne Weverling, Mustafa Amhaouch, Malik Azmani, Frank Wassenberg, Nevin Özütok, Dilan Yeşilgöz-Zegerius, Remco Dijkstra, Rob Jetten, Cem Laçin, Erik Ronnes, Tunahan Kuzu, Isabelle Diks, Alexander Pechtold, Barry Madlener, Attje Kuiken, Bart van Kent, Ockje Tellegen, Bas van 't Wout, Karen Gerbrands, Monica den Boer, Machiel de Graaf, Zihni Özdil, Corinne Ellemeet, Joost Sneller, Roy van Aalst, Maurits von Martels, Evert Jan Slootweg, Bart Snels, Peter Kwint, onbekend kamerlid, Selçuk Öztürk, Jaco Geurts, Erik Ziengs, Han ten Broeke, Gabriëlle Popken, Sharon Dijksma, onbekend kamerlid, onbekend kamerlid
Niet gestemd: Femke Merel Arissen, Elbert Dijkgraaf, Joël Voordewind

Nr. 77 MOTIE VAN HET LID HIDDEMA

Voorgesteld 30 november 2017

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterend dat al jarenlang uit onderzoek blijkt dat het met de opsporingspercentages slecht is gesteld en de burgers ontevreden lijken over de geringe mate waarin aan hun vervolgingswensen gevolg wordt gegeven en dat een onverklaarbaar aantal aangiftes niet belandt bij de strafrechter;

overwegende dat aan deze frustrerende «verdwijning» van zaken in het traject politie richting OM richting rechter wellicht de oorzaak ten grondslag ligt dat het OM van een verplichting tot vervolging is vrijgesteld ingevolge het hier te lande geldende opportuniteitsbeginsel;

overwegende dat vanwege deze onverplichtheid bij het OM wellicht een niet overijverige politiefunctionaris, met de verwerking van aangiftes belast, zich niet bezwaard voelt deze in een lade uit het zicht van zijn superieuren te onttrekken en verder ongemoeid te laten onder het motto «wat boven mij toch niemand deert, is voor mij alle moeite niet weert»;

overwegende dat tegen dit al jaren gesignaleerde probleem de introductie van het legaliteitsbeginsel hulp kan bieden; het OM is dan tot vervolging verplicht;

constaterende voorts dat de kritische burger/aangever steeds vaker in verzet komt tegen een OM-sepot en via de artikel 12 Sv. beklagprocedure alsnog vervolging wenst af te dwingen bij het gerechtshof;

constaterende ook dat de toename van deze procedures de hoven zwaar is gaan belasten en de van regeringswege bepleitte doorlooptijden aanzienlijk zijn gaan verlengen (de procedure aangifte naar een sepot naar een beklag 12 Sv., een eventuele vervolgingsbeschikking bij het hof, terugverwijzing naar de rechtbank, berechting in eerste aanleg; zomaar vier jaar);

overwegende dat door de introductie van het legaliteitsbeginsel de burger meer genoegdoening wordt geboden en zijn proces (zonder omwegen) bij de geëigende rechter wordt aangebracht;

verzoekt de regering, te doen onderzoeken, door bijvoorbeeld het WODC, in hoeverre de invoering van het legaliteitsbeginsel kan bijdragen aan een snellere rechtspleging, aan de aangiftebereidheid van de burger en aan de ontlasting van de gerechtshoven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Hiddema