Kamerstuk 32127-129

Gewijzigd amendement van het lid Van der Staaij ter vervanging van nr. 66 over de fasering van het projectbesluit

Dossier: Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet)


30,7 %
69,3 %

SGP

Verdonk

CU

D66

GL

SP

VVD

PVV

PvdA

PvdD

CDA


32 127
Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet)

nr. 129
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER STAAIJ TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 66

Ontvangen 17 november 2009

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Voor artikel 2.10a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.10oa

1. Op verzoek wordt een projectuitvoeringsbesluit in twee fasen vastgesteld, in welk geval de betrokken besluiten slechts betrekking hebben op de onderscheiden door de verzoeker aan te geven activiteiten in het kader van de verwezenlijking van een project als bedoeld in artikel 2.9, eerste lid.

2. Indien toepassing wordt gegeven aan het eerste lid, zijn de artikelen 2.10 tot en met 2.17 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

a. in afwijking van artikel 2.10, tweede lid, uitsluitend die wettelijke voorschriften niet van toepassing zijn krachtens welke voor de in het eerste lid bedoelde activiteiten een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit is vereist;

b. in afwijking van artikel 2.10, derde lid, het betrokken besluit uitsluitend strekt ter vervanging van de besluiten die voor de in het eerste lid bedoelde activiteiten vereist zouden zijn geweest krachtens de wettelijke voorschriften, bedoeld onder a.

3. Het besluit met betrekking tot de tweede fase wordt niet eerder genomen dan het besluit met betrekking tot de eerste fase.

4. De gemeenteraad kan een besluit intrekken waarbij positief is beslist op een verzoek met betrekking tot:

a. de eerste fase: indien niet uiterlijk twee jaar nadat het besluit onherroepelijk is geworden een verzoek is ingediend voor het besluit met betrekking tot de tweede fase,

b. de eerste of tweede fase: indien op het verzoek met betrekking tot de andere fase negatief is beslist en niet uiterlijk twee jaar nadat het besluit onherroepelijk is geworden een nieuw verzoek is ingediend.

5. Het besluit met betrekking tot de eerste fase kan bij het besluit met betrekking tot tweede fase worden gewijzigd voor zover dat nodig is met het oog op het vaststellen van het projectuitvoeringsbesluit.

6. De besluiten waarbij positief is beslist op de verzoeken met betrekking tot de eerste en tweede fase worden, als deze in werking zijn getreden, tezamen aangemerkt als een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in deze afdeling.

III

Artikel 2.13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Indien toepassing is gegeven aan artikel 2.10oa, is het eerste lid van overeenkomstige toepassing op de in artikel 2.10oa, eerste lid, bedoelde besluiten.

Toelichting

Het amendement maakt het mogelijk dat projectontwikkelaars kunnen verzoeken een projectuitvoeringsbesluit in twee fasen vast te stellen. Als voor alle onderdelen en fasen van een groot bouwproject, maar één projectuitvoeringsbesluit vastgesteld kan worden, zou dit betekenen dat over uiteenlopende onderdelen, zowel planologische als bouwtechnische onderdelen, in één keer geoordeeld en besloten moet worden. Dat zou de onderbouwing en de houdbaarheid van het besluit en de inzet van het instrument onder druk zetten. Het voorgestelde artikel 2.10a regelt een aantal noodzakelijke aspecten van het gefaseerd vaststellen van een projectuitvoeringsbesluit. Daarvoor is aansluiting gezocht bij artikel 2.5 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, waarin de gefaseerde verlening van de omgevingsvergunning is geregeld.

Van der Staaij