Kamerstuk 32123-X-91

Uitwerking van de aanbevelingen van het rapport van Landrum and Brown over het terugdringen van de geluidsoverlast nabij de Navo vliegbasis Geilenkirchen

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2010


32 123 X
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2010

32 123 XI
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) en van de begrotingsstaat van het Waddenfonds voor het jaar 2010

nr. 91
BRIEF VAN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 januari 2010

Met deze brief informeer ik uw Kamer, zoals toegezegd, over de uitwerking van de aanbevelingen van het rapport van Landrum and Brown over het terugdringen van de geluidsoverlast nabij de Navo vliegbasis Geilenkirchen, mede naar aanleiding van de laatste vergadering van de Board of Directors (BoD) van de NATO Airborne Early Warning & Control Programme Organisation (NAPMO), de Raad van Bestuur van het AWACS-programma.

In het Algemeen Overleg met de Vaste Commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) en de Vaste Commissie voor Defensie van de Tweede Kamer van 23 september 2009 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de door Landrum and Brown geformuleerde aanbevelingen waarmee de geluidsoverlast in de regio nabij de Navo vliegbasis Geilenkirchen zou kunnen worden gereduceerd. Het rapport en de aanbevelingen zijn besproken in nauw overleg tussen vertegenwoordigers van Nederland, Duitsland, NATO Airborne Early Warning & Control Programme Agency (NAPMA) en NATO Airborne Early Warning & Control Force Command. Het rapport en de aanbevelingen zijn vervolgens behandeld tijdens de vergadering van de NAPMO BoD, die van 8 tot en met 10 december jongstleden heeft plaatsgevonden.

In het hierna volgende geef ik een overzicht van de door de BoD geformuleerde conclusies en vervolgacties ten aanzien van de afzonderlijke aanbevelingen op basis van de daarover gevoerde besprekingen. De aanbeveling die het meest ingrijpend is gebleken is de aanbeveling om de start- en landingsbaan met 900 meter te verlengen in oostelijke richting. Over deze aanbeveling heeft de BoD geoordeeld dat, gelet op de vele technische, procedurele en financiële aspecten, meer tijd nodig is om deze aanbeveling te beoordelen. De BoD zal hierover naar verwachting besluiten tijdens de eerstvolgende vergadering in maart 2010. Naar verwachting zijn dan ook de resultaten bekend van een Nederlands onderzoek naar de effecten op de geluidsbelasting aan de Duitse en Nederlandse kant van de vliegbasis.

Voor de door de BoD geformuleerde conclusies en vervolgacties ten aanzien van de overige aanbevelingen volg ik de indeling uit de brief voortgangsrapportage van 18 september 2009 (Kamerstuk 32 123 XI, nr. 4).

Geluidbeperking.

• Korte termijn: Veel van de vliegprocedures zijn in de afgelopen jaren geoptimaliseerd. Kleine aanvullende verbeteringen lijken mogelijk. Een groot deel van het driemotorig doorstarten wordt verplaatst naar de nieuwe simulator, zodra die is geplaatst en gecertificeerd. Het eerder afdraaien bij doorstarts in westelijke richting om de woonkernen van Brunssum en Onderbanken te vermijden wordt betrokken in het onderzoek over de aanbeveling over de baanverlenging.

• Lange termijn: De oude TCA-vliegtuigen worden afgestoten. Moderne transportvliegtuigen met stillere motoren worden geleased en volgens de huidige planning begin 2012 ingezet. De vluchtsimulator wordt naar verwachting in 2010 in gebruik genomen. De E-3A-cockpits worden gemoderniseerd. De uitvoering van deze modificatie start volgens de huidige plannen medio 2014. Onderzocht wordt of de NAPMO-landen vliegers met een hogere kwalificatie en langere plaatsingsduur tewerk kunnen stellen op Geilenkrichen waardoor minder trainingvluchten noodzakelijk zijn.

Omgevingsmaatregelen. De aanbevelingen om voor het Nederlandse en het Duitse grondgebied woningen aan te kopen en aan woningen geluidwerende voorzieningen aan te brengen worden niet overgenomen, omdat conform de geldende regelgeving in zowel Nederland als Duitsland alle maatregelen reeds zijn uitgevoerd.

Overige maatregelen. Veel van de aanbevelingen om de communicatie met de omgeving te verbeteren zijn door de Navo vliegbasis Geilenkirchen al gedeeltelijk ingevoerd of zullen spoedig volledig zijn ingevoerd. Onderdeel daarvan is een verbetering van de coördinatie met de Stichting Klachtentelefoon Luchtverkeer Zuid-Limburg.

Voorts zal overleg worden gevoerd met de provincie Limburg om de Commissie AWACS Limburg te activeren of een vergelijkbaar overlegplatform in te stellen. Betreffende het geluidbeheer wordt de aanbeveling om een zogenoemd Noise budget in te voeren niet overgenomen. Invoering van een dergelijk instrument kan namelijk ook leiden tot een toename van het aantal vliegbewegingen, hetgeen niet strookt met de Nederlandse inzet om het aantal vliegbewegingen juist structureel terug te brengen. Deze inzet heeft tot gevolg gehad dat ook de Navo zich momenteel inzet om geluidshinder in de omgeving van de Navo vliegbasis Geilenkirchen te verminderen door trainingsvluchten te verplaatsen naar andere vliegvelden. Hiervoor worden de mogelijkheden van de vliegbases Powidz in Polen en Papa in Hongarije onderzocht. Naast verplaatsing van trainingsvluchten blijft Nederland zich inzetten om vliegbewegingen ten behoeve van internationale vredesmissies te verplaatsen naar andere vliegvelden.

Over de uitwerking van de aanbeveling om de start- en landingsbaan van de Navo vliegbasis Geilenkirchen met 900 meter te verlengen in oostelijke richting zal ik u zo spoedig mogelijk informeren. In de periode tot de eerstvolgende vergadering van de BoD in maart 2010 zal ik in contacten met Duitsland en de Navo onverminderd het belang van deze aanbeveling benadrukken. Ik verwacht voorafgaand aan deze vergadering met de nieuwe Duitse Staatssecretaris van Defensie te spreken over de mogelijkheden van een baanverlenging.

De staatssecretaris van Defensie,

J. G. de Vries