Kamerstuk 32123-X-15

Behoeftestelling voor het project ‘IFF Patrouilleschepen’

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2010

Gepubliceerd: 27 oktober 2009
Indiener(s): Jack de Vries (staatssecretaris defensie) (CDA)
Onderwerpen: begroting defensie financiën internationaal verkeer water
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32123-X-15.html
ID: 32123-X-15

32 123 X
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2010

nr. 15
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 oktober 2009

Met deze A-brief informeer ik u over de behoeftestelling voor het project «IFF Patrouilleschepen». Het project behelst de verwerving van de Identification Friend or Foe (IFF-)systemen voor de vier in aanbouw zijnde patrouilleschepen. Deze systemen worden gebruikt op vliegtuigen en schepen om vijandelijke en eigen of vriendschappelijke eenheden van elkaar te onderscheiden.

Inleiding

Met de brief van 14 november 2007 (Kamerstuk 31 200 X, nr. 42) heb ik u geïnformeerd over de resultaten van de gecombineerde voorstudie-, studie- en verwervingsvoorbereidingfase van het project «Patrouilleschepen». De patrouilleschepen moeten onder meer worden uitgerust met een IFF-systeem. Deze behoeftestelling maakte aanvankelijk deel uit van het project «Nieuwe generatie identificatiesystemen», dat de defensiebrede behoefte behelst aan IFF mode 5 systemen en civiele mode S systemen. Zoals gemeld op 12 december 2007 was de behoeftestelling van het project «Nieuwe generatie identificatiesystemen» voorzien voor eind 2008 (Kamerstuk 31 200 X, nr. 75). De internationale ontwikkeling van de militaire IFF mode 5 is echter vertraagd. Hierdoor zal de behoeftestelling pas midden 2010 zijn voltooid. De civiele mode S is inmiddels wel beschikbaar.

Om de patrouilleschepen tijdig te kunnen voorzien van een IFF-systeem, zal deze behoefte voortaan geen deel meer uitmaken van het project «Nieuwe generatie identificatiesystemen». In plaats daarvan wordt de behoefte ondergebracht bij het project «Patrouilleschepen».

Behoefte

Er is behoefte aan een IFF-systeem dat als onderdeel van de Geïntegreerde Sensor- en Communicatie Suite (GSCS) van de patrouilleschepen op een nauwkeurige en betrouwbare wijze vliegtuigen en schepen kan identificeren en deze informatie kan delen met andere eenheden. De totale behoefte behelst vier IFF-installaties, dat wil zeggen één voor elk van de vier patrouilleschepen.

De bouw van de patrouilleschepen is gaande. Het eerste van de vier schepen zal in 2010 de eerste proefvaart maken en het vierde schip in 2012. Zonder IFF-systeem zouden de schepen slechts beperkt operationeel inzetbaar zijn. Om de patrouilleschepen bij oplevering te voorzien van een IFF-systeem, zal alsnog apparatuur worden geïnstalleerd in de GSCS. Dit voorkomt extra kosten die zouden ontstaan door de inbouw van het IFF-systeem in een later stadium. Met de apparatuur die nu wordt ingebouwd, zullen de schepen beschikken over de militaire IFF mode 4 capaciteit en over de civiele mode S capaciteit. Na de ontwikkeling van mode 5 zal deze zonder extra kosten worden geïntegreerd in het IFF-systeem.

Financiën

Met de investering voor de IFF-systemen op de patrouilleschepen is een bedrag gemoeid van minder dan € 25 miljoen (prijspeil 2009). Dit bedrag komt in aanvulling op het budget van het project «Patrouilleschepen» ten laste van de defensiebegroting. Het budget van het project «Nieuwe generatie identificatiesystemen» zal bij voltooiing van de behoeftestellingsfase worden herijkt. Voor de financiële aspecten verwijs ik u naar de bijgaande commercieel vertrouwelijke brief1.

Projectorganisatie en planning

De bouw van de IFF-systemen maakt deel uit van de bouw van de GSCS. De bestaande projectorganisatie van het project «Patrouilleschepen» is hiervoor toegerust. Er hoeft geen nieuwe projectorganisatie te worden opgericht.

Risico’s

In eerste instantie zal het IFF-systeem van de patrouilleschepen worden voorzien van de reeds ontwikkelde militaire mode 4 capaciteit en de civiele mode S capaciteit. Tijdens de ontwikkeling van IFF mode 5 draagt de fabrikant de risico’s. De mode 5 capaciteit zal pas worden geïnstalleerd als de ontwikkeling is voltooid. Hierdoor zijn de projectrisico’s gering.

Relatie met overige projecten

Dit project zal worden ondergebracht bij het project «Patrouilleschepen». Hierdoor zal het project geen deel meer uitmaken van het defensiebrede project «Nieuwe generatie identificatiesystemen». Verder heeft het project een relatie met het project «Verwerving Joint Logistiek Ondersteuningsschip» (JSS) dat ook een GSCS zal krijgen. Over het JSS is de Kamer geïnformeerd met de brief van 18 mei 2006 (Kamerstuk 30 300 X, nr. 95).

Overige consequenties

Het project past in het streven naar een versterking van de Networked Enabled Capabilities om zo de operationele samenwerking in internationaal verband te bevorderen.

Inschakeling Nederlandse industrie

De Nederlandse industrie speelt een belangrijke rol bij de ontwikkeling en de bouw van de GSCS. In het contract voor de GSCS is de optie op de levering van een IFF-installatie opgenomen. Van deze optie zal nu gebruik worden gemaakt.

Ten slotte

Het project «IFF Patrouilleschepen» zal als onderdeel van het project «Patrouilleschepen» in uitvoering worden gegeven aan de Defensie Materieel Organisatie.

De staatssecretaris van Defensie,

J. G. de Vries


XNoot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.