Kamervraag 2015Z05530

Het bericht ‘7 op de 10 hoort niets na aangifte woninginbraak’

Ingediend 27 maart 2015
Beantwoord 8 april 2015 (na 12 dagen)
Indiener Magda Berndsen (D66)
Beantwoord door Ard van der Steur (minister justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen criminaliteit openbare orde en veiligheid recht strafrecht
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z05530.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1855.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de ontevredenheid van mensen over de terugkoppeling van de politie na een aangifte?1 2

    Ik heb kennisgenomen van de berichtgeving in de media.

  • Vraag 2
    Kunt u aangeven sinds wanneer er sprake is van een kloof tussen de verwachtingen van mensen en de wijze waarop de politie uitvoering geeft aan het aangifteproces?

    Het voornaamste onderzoek waarin een verschil is gesignaleerd tussen de opzet en de uitvoering van het aangifteproces door de politie enerzijds en de behoeften, verwachtingen en ervaringen van de burger anderzijds is het onderzoek «Aangifte doen: de burger centraal?» van de Inspectie Veiligheid en Justitie uit 2012. De inspectie deed een aantal aanbevelingen om de verwachtingen van burger en de dienstverlening van de politie op het gebied van aangifte dichter bij elkaar te brengen. In de Kamerbrief van 9 juli 2013 heeft de toenmalige Minister van Veiligheid en Justitie uiteengezet welke concrete maatregelen worden genomen om het aangifteproces verder te verbeteren. Deze maatregelen worden voortvarend en met veel inzet uitgevoerd. De verbetering van de opname en afhandeling van aangiftes en het informeren van burgers zijn belangrijke aandachtspunten. De politie streeft naar een samenhangend model voor terugkoppeling: digitaal, telefonisch en in persoon. Over de voortgang van de uitvoering van de maatregelen is uw Kamer sedertdien regelmatig geïnformeerd.

  • Vraag 3
    Erkent u dat het imago van de politie en het vertrouwen van mensen worden geschaad door het doen van onrealistische politieke beloftes?

    Ik ben van mening dat de doelstellingen en maatregelen die van de politie worden verlangd, gelet op de belangrijke rol van de politie in onze samenleving, ambitieus, maar tegelijkertijd ook realistisch en uitvoerbaar moeten zijn.

  • Vraag 4
    Herinnert u zich uw brief van 21 november 2012 waarin u het volgende heeft geschreven: «Mijn ambitie voor het aangifteproces is dat burgers en ondernemers niet alleen weten waar en wanneer ze aangifte kunnen doen, maar ook dat ze er op kunnen vertrouwen dat als hun aangifte wordt opgenomen deze ook daadwerkelijk wordt opgepakt dan wel dat duidelijk is dat er geen opvolging mogelijk is. En dat ze precies weten wanneer ze weer wat horen en wie hun aanspreekpunt is. Kortom: als je aangifte doet zie je daarvan het resultaat!»?3 In hoeverre is deze belofte waargemaakt?

    Er zijn de afgelopen twee jaar belangrijke stappen gezet om de ambities om het aangifteproces te verbeteren waar te maken. Burgers en ondernemers kunnen bijvoorbeeld op diverse manieren bij de politie terecht om aangifte te doen. Dit is de zogenoemde multichannelaanpak. Kern van de multichannelaanpak is de 24/7 telefonische bereikbaarheid van de politie. De aangever krijgt hierbij een passend advies op welke wijze hij het beste aangifte kan doen. Ook op de website politie.nl wordt op een heldere manier uiteengezet waarvan je als slachtoffer op welke wijze aangifte kan doen van een strafbaar feit.
    De politie neemt elke aangifte van een strafbaar feit op. Alle aangiften worden individueel geanalyseerd. Ook indien er geen vervolgonderzoek wordt ingesteld, leveren aangiften een bron van informatie voor de politie waarmee zij criminaliteit nog beter kan aanpakken.
    De politie werkt hard aan de verbetering van de informatievoorziening aan slachtoffers. De wijze waarop de politie het slachtoffer informeert over de voortgang van zijn zaak, is afhankelijk van de behoefte van het slachtoffer, de ernst van het delict en de vervolgacties die na de aangifte worden ondernomen. Slachtoffers van een high-impact crime krijgen binnen twee weken na hun aangifte een persoonlijke terugkoppeling over de voortgang van hun zaak. Voor maatwerkzaken, zeden- en levensdelicten, wordt een familierechercheur ingeschakeld die slachtoffers gedurende het opsporingsonderzoek persoonlijk en voortdurend op de hoogte houdt van ontwikkelingen in hun zaak.

  • Vraag 5
    Hoe verklaart u dat 31 procent van de mensen waar een poging tot inbraak is gedaan, geen aangifte heeft gedaan en dat ze vaak het idee hebben dat dit geen zin heeft? Hoe verklaart u dat één op de drie winkeliers geen aangifte doet, omdat het volgens hen toch geen zin heeft?4

    Aangifte doen heeft altijd zin. Ook als er in het geval van een poging tot woninginbraak niets gestolen is, of als er geen sporen lijken te zijn. Omdat een woninginbraak een high impact crime is, wordt in principe altijd een vervolgonderzoek ingesteld. Naar aanleiding van de aangifte doet de politie onderzoek op het plaats delict en probeert de politie sporen veilig te stellen. Over de aanpak van woninginbraken zijn in de Veiligheidsagenda 2015–2018 met de burgemeesters, het OM en de politie concrete afspraken gemaakt.
    Dat aangifte doen altijd zin heeft, geldt ook voor winkeliers. Het oplossingspercentage van winkeldiefstal was 80% in 2013.5 Daders worden ook gestraft, zoals het OM in januari aan Detailhandel Nederland en winkeliers in Amsterdam, Maastricht, Utrecht, Den Haag en Haarlem heeft laten zien tijdens rechtszittingen.6 Ik ben daarnaast regelmatig in gesprek met vertegenwoordigers van Detailhandel Nederland over de verbetering van het aangifteproces.
    Ik onderken wel, samen met de politie, dat de terugkoppeling over de voortgang van de zaak nog beter kan en moet. Daarom zal dit jaar landelijk een «aangiftevolgservice» worden gerealiseerd, waarmee slachtoffers beter worden geïnformeerd over de aanvang en de voortgang in hun zaak. Dat betekent dat slachtoffers zelf op elk gewenst moment de status van hun aangifte kunnen bekijken.

  • Vraag 6
    Kunt u de aangiftebereidheid van de afgelopen vijf jaar per jaar uiteenzetten?

    De aangiftebereidheid, pakkans en ophelderingspercentage variëren per type delict. Dit levert meerdere omvangrijke tabellen op. Vanwege de gewenste snelle beantwoording van deze vragen verwijs ik u spoedheidshalve naar de jaarlijkse publicatie Criminaliteit en Rechtshandhaving 2013 van het WODC, het CBS en de Raad voor de rechtspraak, waarin de gevraagde informatie over aangiftebereidheid en ophelderingspercentages te vinden is.7 In het jaarverslag van de politie over 2013 zijn de meest recente cijfers beschikbaar over de pakkans bij de high impact delicten, zoals deze afgesproken zijn met de politie in het kader van de landelijke prioriteiten 2011–2014.8

  • Vraag 7
    Kunt u de pakkans en het ophelderingspercentages van de afgelopen vijf jaar per jaar uiteenzetten?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 8
    In hoeverre hebben de sinds 2010 door het kabinet genomen maatregelen bijgedragen aan een vergroting of een verlaging van de aangiftebereidheid, pakkans en ophelderingspercentage? Hoe kunt u dit bewijzen?

    Zoals blijkt uit de publicatie Criminaliteit en Rechtshandhaving 2013 vertoont de meldings- en aangiftebereidheid op de langere termijn, tussen 2005 en 2013, een licht dalende trend. Het ophelderingspercentage schommelt in de periode 2007–2012 rond 25%, terwijl het voorlopig cijfer voor 2013 op 22,4% ligt. Ik beschik niet over wetenschappelijk bewijs dat de causaliteit tussen het gevoerde beleid en de genoemde uitkomsten aantoont, maar alles wijst erop dat het gevoerde beleid werkt. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de verruimde mogelijkheden om aangifte te doen (multichannelaanpak) en de terugmelding na gedane aangifte, de intensivering van de aanpak van woninginbraken naar het voorbeeld van de integrale aanpak van high impact crimes als overvallen en straatroof en het vaker doorrechercheren bij aangehouden verdachten met het doel om meer inbraken op te lossen en hogere straffen te kunnen eisen.

  • Vraag 9
    In hoeverre hebben de in de rapportage van EenVandaag genoemde verlaging van het aantal woninginbraken en de genoemde verhoging van het ophelderingspercentage te maken met het feit dat mensen minder aangifte doen?

    Woninginbraak is blijkens de eerder genoemde publicatie Criminaliteit en Rechtshandhaving 2013 de delictsoort met de hoogste aangiftebereidheid (79% in 2013). Ik heb geen aanwijzingen dat er in 2014 sprake zou zijn van een daling van deze aangiftebereidheid. Integendeel, ook verzekeraars melden een reële daling van het aantal woninginbraken in de vorm van een forse afname van het aantal schadeclaims.

  • Vraag 10
    Kunt u het ophelderingspercentage voor woninginbraken van de afgelopen tien jaar per jaar uiteenzetten?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 11
    Bent u bereid deze vragen vóór het Algemeen overleg over de politie voorzien op 9 april 2015 te beantwoorden?

    Ja.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z05530
Volledige titel: Het bericht ‘7 op de 10 hoort niets na aangifte woninginbraak’
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-1855
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Berndsen-Jansen over het bericht: ‘7 op de 10 hoort niets na aangifte woninginbraak’