Kamervraag 2012Z02061

Winst voor gemeenten door leges voor registratie van gastouders in het Landelijk Register Kinderopvang

Ingediend 6 februari 2012
Beantwoord 1 maart 2012 (na 24 dagen)
Indiener Ineke van Gent (GL)
Beantwoord door Henk Kamp (minister sociale zaken en werkgelegenheid) (VVD)
Onderwerpen belasting bestuur financiën gemeenten gezin en kinderen sociale zekerheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z02061.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-1698.html
  • Vraag 1
    Klopt het dat gastouders die zich laten registreren in het Landelijk Register Kinderopvang hiervoor in sommige gevallen leges moeten betalen bij de gemeente?

    Het klopt dat gastouders in sommige gemeenten leges verschuldigd zijn voor de afhandeling van hun aanvraag tot exploitatie. Tot die afhandeling behoren onder andere de inname en controle van documenten door de gemeente, de aanvangsinspectie door de GGD en het opmaken en verzenden van de beschikking op de aanvraag door de gemeente. Registratie in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) is een onderdeel van de afhandeling en vindt plaats na een positieve beschikking.

  • Vraag 2
    Bent u op de hoogte dat in de gemeente Hoogezand-Sappemeer via deze leges alle kosten, à 456,69 euro per aangemelde gastouder, doorberekend worden aan de gastouder, terwijl deze gemeente hiervoor ook middelen ontvangt uit het gemeentefonds?

    Ja.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat dit in strijd is met de gemeentewet, waarin is bepaald dat gemeenten geen winst mogen maken over diensten, zoals u ook heeft geantwoord op eerdere vragen?1 Zo ja, bent u van plan iets hieraan te gaan doen? Zo nee, waarom niet?

    Die mening deel ik niet. In Artikel 229 eerste lid onder b van de Gemeentewet wordt bepaald dat individuele gemeenten bevoegd zijn tot het heffen van leges voor verstrekte diensten. In artikel 229b van de Gemeentewet en in de Europese Dienstenrichtlijn, artikel 13, lid 2, wordt geregeld dat de legestarieven zodanig worden vastgesteld dat de geraamde baten niet uitgaan boven de geraamde lasten: de tarieven mogen maximaal 100% kostendekkend zijn. Uiteindelijk is de gemeenteraad verantwoordelijk voor het vaststellen van de legeshoogte.
    Gemeenten ontvangen via het gemeentefonds weliswaar de middelen om toezicht en handhaving op het gebied van de kinderopvang in te richten en uit te voeren, maar indien een gemeente er niet in slaagt met die middelen uit te komen (bijvoorbeeld door relatief grote aantallen gastouders of kindercentra), is het niet in strijd met de Gemeentewet om aanvullend leges te heffen om op die manier kostendekkend te kunnen werken. Voorwaarde is wel dat de gemeente bij bezwaar tegen de hoogte van de leges volstrekte transparantie moet kunnen bieden over de in rekening gebrachte kosten.
    Hoge legeskosten kunnen voor potentiële gastouders een drempel betekenen om in de kinderopvang aan de slag te gaan. Dat vind ik een ongewenst effect, gezien de waardevolle opvangvorm die gastouderopvang is. Naar mijn mening zouden gemeenten daarom in ieder geval bij de vaststelling van de kosten de bijdrage van de rijksoverheid moeten verrekenen, om zoveel mogelijk te voorkomen dat een te hoge drempel voor gastouders ontstaat. Ik ben in overleg met de VNG om te bezien hoe gemeenten hierop zijn aan te spreken.
    Legesheffing is echter uiteindelijk een zaak tussen de gemeente en de aanvrager. De aan te spreken partij is de gemeenteraad in de betreffende gemeente.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2012Z02061
Volledige titel: Winst voor gemeenten door leges voor registratie van gastouders in het Landelijk Register Kinderopvang
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20112012-1698
Volledige titel: Antwoord vragen Van Gent over “winst voor gemeenten door leges voor registratie van gastouders in het Landelijk Register Kinderopvang”