Gepubliceerd: 14 februari 2020
Indiener(s): Wouter Koolmees (minister sociale zaken en werkgelegenheid, viceminister-president ) (D66)
Onderwerpen: arbeidsvoorwaarden burgerlijk recht recht werk
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35287-8.html
ID: 35287-8
Origineel: 35287-2

Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 14 februari 2020

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In het opschrift wordt «vanaf 2021» vervangen door «2021».

B

Aan artikel 3, vierde lid, wordt toegevoegd «of, zo nodig in afwijking van hetgeen omtrent afkoop als bedoeld in artikel 1 van de Pensioenwet, alsmede hetgeen daarmee overeenkomt in de andere pensioenwetten of regelingen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, is geregeld, de aan hen toekomende pensioenaanspraak.

C

Aan artikel 5, vierde lid, wordt een zin toegevoegd, luidende: Op het recht op uitbetaling door de tot verdeling verplichte echtgenoot is het bepaalde bij of krachtens deze wet van overeenkomstige toepassing.

D

In artikel 7, eerste lid, wordt «bedoeld artikel 116» vervangen door «bedoeld in artikel 116».

E

In artikel 12, onderdeel C, onder 1, wordt «pensioenregeling» vervangen door «beroepspensioenregeling».

Toelichting

Onderdeel A

Het opschrift wordt redactioneel aangepast.

Onderdeel B

In artikel 3, vierde lid, van het wetsvoorstel is geregeld dat de uitvoeringsorganen voor de verdeling kosten in rekening kunnen brengen aan ieder der echtgenoten dan wel deze kosten in mindering kunnen brengen op de uit te betalen bedragen. Bij conversie als verdeelregel zal dit laatste vrijwel niet meer voorkomen. De kosten in mindering brengen op de aanspraak (verrekenen met de conversiewaarde) die aan ieder van de echtgenoten toekomt is een eenvoudige manier om die kosten te innen. Aan de bepaling wordt deze optie derhalve toegevoegd. Omdat bij een aantal pensioenregelingen, zoals de Pensioenwet, dit niet is toegestaan vanwege de regels voor afkoop, wordt daarbij tevens geregeld dat zo nodig afgeweken wordt van de regels omtrent afkoop uit de betreffende pensioenregeling.

Onderdeel C

In artikel 5, vierde lid, is geregeld dat er bij verevening recht bestaat op uitbetaling door de tot verdeling verplichte echtgenoot, tenzij sprake is van een herberekend arbeidsongeschiktheidspensioen. In de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding is in artikel 2, zesde lid, voor deze situatie geregeld dat het bepaalde bij of krachtens de wet van overeenkomstige toepassing is. Dat wordt nu ook in het onderhavige wetsvoorstel geregeld. Relevante bepalingen zullen daarbij onder meer zijn de bepalingen over de periode waarover verevend wordt en de rekenregels.

Onderdeel D

In artikel 7, eerste lid, wordt een verschrijving hersteld.

Onderdeel E

Artikel 12, onderdeel C, onder 1, wordt redactioneel aangepast.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees