Kamerstuk 33841-106

Amendement van het lid Keijzer over het schrappen van de mogelijkheid om nadere regels te stellen over de relatie cliënt-hulpverlener.

Dossier: Regels inzake de gemeentelijke ondersteuning op het gebied van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen en opvang (Wet maatschappelijke ondersteuning 2015)


42,0 %
58,0 %

Van Vliet

GrBvK

SP

VVD

CDA

PvdD

CU

PVV

50PLUS

D66

PvdA

GL

SGP


Nr. 106 AMENDEMENT VAN HET LID KEIJZER

Ontvangen 23 april 2014

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel 2.6.5, tweede lid, vervalt de laatste volzin.

Toelichting

In artikel 2.6.5 wordt het college verplicht bij het verlenen van een opdracht tot het leveren van maatwerkvoorzieningen rekening te houden met de mate waarin de aanbieder waarborgen treft ter continuering van de relatie tussen de cliënt en de hulpverlener. Dit amendement ziet op de mogelijkheid die in het tweede lid is opgenomen om bij Algemene Maatregel van Bestuur hierover nadere regels te stellen, zoals de noodzaak tot overleg.

De indiener is van mening dat de continuering van de relatie tussen cliënt en hulpverlener in veel gevallen belangrijk is. Het is dan ook goed dat het college bij het verlenen van maatwerkvoorzieningen hiermee rekening moet houden, zoals in het eerste deel van dit artikel wordt verwoord.

Het is naar mening van de indiener echter niet nodig om de mogelijkheid open te houden om hier nadere regels aan te stellen. Gemeenten zijn immers goed in staat om zelf duidelijkheid te verschaffen wat er van een aanbieder gevraagd wordt.

Keijzer