Ontvangen 26 september 2023
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In het opschrift wordt «wettelijke taak» vervangen door «tijdelijke wettelijke taak» en wordt «Wet» vervangen door «Tijdelijke wet».
II
In de beweegreden wordt «wettelijke taak» vervangen door «tijdelijke wettelijke taak».
III
Artikel 11, onderdeel B, alsmede de onderdeelaanduiding «A» vervallen.
IV
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
2. Het eerste lid vervalt.
3. De aanduiding «2.» voor het tweede lid vervalt en in de tekst wordt «vier jaar» vervangen door «een jaar».
4. Het derde lid vervalt.
V
In artikel 13 vervalt telkens «, onderdeel A,».
VI
Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het opschrift wordt toegevoegd «en verval».
2. In het eerste lid wordt «, dat voor de verschillende artikelen en onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld» vervangen door «en vervalt een jaar na de inwerkingtreding daarvan. Gelijktijdig met het vervallen van deze wet vervalt in de bijlage bij artikel 124b van de Gemeentewet, onderdeel G, subonderdeel 4.».
3. Het tweede lid komt te luiden:
2. Bij koninklijk besluit kan worden bepaald dat deze wet op een later tijdstip vervalt.
4. Het derde lid komt te luiden:
3. De voordracht voor een koninklijk besluit als bedoeld in het tweede lid wordt niet eerder gedaan dan twee weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd. Indien een der Kamers der Staten-Generaal binnen die termijn besluit niet in te stemmen met dat ontwerp, wordt geen voordracht gedaan.
VI
In artikel 15 wordt «Wet» vervangen door «Tijdelijke wet».
Het kabinet heeft de Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen voorbereid in het licht van de huidige asielcrisis. De wet heeft niet tot doel een oplossing te bieden voor alle problemen die zich momenteel voordoen in de asiel- en migratieketen. Daarvoor zijn aanvullende maatregelen nodig om de asielinstroom omlaag te brengen. Wanneer de asielinstroom niet onder controle wordt gebracht, zullen zich grote problemen in de asielopvang blijven voordoen.
Om bovengenoemde reden regelt het amendement dat de wet na een periode van één jaar vervalt, als er geen adequate maatregelen zijn genomen door het kabinet om grip te krijgen op de asielinstroom. Daartoe wordt geregeld dat bij koninklijk besluit (KB) kan worden bepaald dat de wet op een later tijdschip vervalt. Dit koninklijk besluit moet worden voorgehangen bij de Staten-Generaal. Zodoende kan de Kamer zich via een voorhangprocedure uitspreken over de vraag of verlenging opportuun is, waarbij doorslaggevend kan zijn of in de tussentijd adequate maatregelen zijn genomen om grip te krijgen op de asielinstroom.
Brekelmans