Ontvangen 2 februari 2023
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt het voorgestelde artikel 285d als volgt gewijzigd:
1. Voor de bestaande tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Indien het feit, omschreven in het eerste lid, wordt gepleegd tegen een persoon in diens hoedanigheid van Minister, Staatssecretaris, commissaris van de Koning, gedeputeerde, burgemeester, wethouder, lid van een algemeen vertegenwoordigend orgaan, rechterlijk ambtenaar, advocaat, journalist of publicist in het kader van nieuwsgaring, ambtenaar van politie of buitengewoon opsporingsambtenaar wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.
II
In artikel II wordt het voorgestelde artikel 298b als volgt gewijzigd:
1. Voor de bestaande tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Indien het feit, omschreven in het eerste lid, wordt gepleegd tegen een persoon in diens hoedanigheid van Minister, Staatssecretaris, Rijksvertegenwoordiger, gezaghebber, eilandgedeputeerde, lid van een algemeen vertegenwoordigend orgaan, rechter, lid van het openbaar ministerie, advocaat, journalist of publicist in het kader van nieuwsgaring, ambtenaar van politie of buitengewoon agent van politie wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd.
Met dit amendement wordt een nieuwe strafverhogingsgrond toegevoegd waarbij aansluiting gezocht wordt bij bedreiging zoals strafbaar gesteld in artikel 285, vijfde lid, Sr. Deze strafverhogingsgrond betreft het gebruik van persoonsgegevens voor intimiderende doeleinden van een specifieke groep ambts- en gezagsdragers en functionarissen werkzaam in het veiligheidsdomein, waaronder: Ministers, Staatssecretarissen, commissarissen van de Koning, gedeputeerden, burgemeesters, wethouders of leden van een algemeen vertegenwoordigend orgaan, rechterlijke ambtenaren, advocaten, journalisten of publicisten in het kader van nieuwsgaring, ambtenaren van politie of buitengewone opsporingsambtenaren. De groep van functionarissen in dit lid komt overeen met de groep van functionarissen waarvoor in artikel 285, vijfde lid, Sr een strafverhogingsgrond is geïntroduceerd voor bedreiging van deze groep personen. Aan de publieke functie die zij vervullen is een bepaalde positie verbonden, omdat zij worden gezien als vertegenwoordiger van een publiek orgaan dat een essentiële functie vervult in het democratisch bestel of functionaris vanuit het veiligheidsdomein. Van personen in deze posities wordt dan ook een hoge mate van loyaliteit en inzet voor de publieke zaak verwacht. Het beeld van deze functionarissen als representant van het openbaar orgaan of veiligheidsdomein maakt deze functionarissen een aantrekkelijk doelwit voor «doxers». In hun functie worden ze daarom geconfronteerd met gedrag van burgers die het goed uitoefenen van hun functie bemoeilijken en erger nog, de persoonlijke vrijheid beperken. Dit rechtvaardigt een specifieke strafverhogingsgrond voor het doxen van deze personen. Met dit amendement wordt geregeld dat de opgelegde straf met een derde wordt verhoogd ten opzichte van het gronddelict zoals voorgesteld in artikel 285d Sr. Dit amendement regelt een strafverhogingsgrond voor zowel het Europese deel van Nederland als de BES.
Van der Staaij Kuik