Kamervraag 2025Z07775

Het massale gebruik van glyfosaat voor de productie van veevoer

Ingediend 17 april 2025
Beantwoord 13 mei 2025 (na 26 dagen)
Indiener Ines Kostić (PvdD)
Beantwoord door Wiersma , Fleur Agema (PVV)
Onderwerpen bestuur landbouw organisatie en beleid parlement
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z07775.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20242025-2168.html
1. Follow the money, 7 april 2025, «Glyfosaat wordt vooral gebruikt om v…
2. Parkinson vereniging, 9 december 2019, «Glyfosaat» (www.parkinson-ver…
3. Radboud UMC, 12 april 2021, «Er zijn zeven miljoen ziektes van Parkin…
4. Ctgb, 9 maart 2021, «possible relation between the use of specific pesticides and the development of Parkinson's disease», (Letter_possbile+relation+PPP+and+Parkinson_Geredigeerd (1).pdf)
5. NPO Radio 1, 10 april 2025, «Bijensterfte blijft extreem hoog' (www.n…
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het artikel van Follow the Money van 6 april 2025, waarin wordt beschreven dat glyfosaat massaal wordt ingezet om vanggewassen en grasland te vernietigen, met als doel de productie van veevoer?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Hoe beoordeelt u het feit dat de meeste glyfosaattoepassingen in Nederland plaatsvinden op akkers waar gras of snijmaïs is geteeld; gewassen die vrijwel uitsluitend dienen als voer voor de veehouderij?

    Gewasbeschermingsmiddelen worden alleen toegelaten als aan de hand van wettelijk vastgestelde toetsingskaders is beoordeeld en aangetoond dat ze veilig kunnen worden toegepast. Dit geldt ook voor gewasbeschermingsmiddelen op basis van glyfosaat. Uw Kamer is de afgelopen jaren uitgebreid geïnformeerd over de Europese herbeoordeling van glyfosaat waaruit, gebaseerd op de meest actuele stand van de wetenschap en beoordeling van 2.400 wetenschappelijke studies, waarvan ca. 800 uit onafhankelijke wetenschappelijke literatuur, geen kritieke zorgpunten voortkomen (Kamerstukken 27 858, nr. 636, 641, 644, 646, 653 en 683).
    Ik vind het essentieel om bij de discussie over dergelijke complexe, technisch/inhoudelijke dossiers te blijven steunen op onafhankelijke en wetenschappelijke bevindingen van daartoe aangewezen en bevoegde instanties. Dit is ook het beleid van dit kabinet.

  • Vraag 3
    Kunt u bevestigen dat glyfosaat in Nederland nog steeds grootschalig wordt toegepast in de buurt van woonwijken, en dat miljoenen mensen – waaronder kinderen – binnen een straal van één kilometer van bespoten velden wonen? Kunt u uitsluiten dat dit risico’s heeft voor de volksgezondheid? Zo ja, met welke recente wetenschappelijke conclusies onderbouwt u dat?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    Kunt u reflecteren op de keuze van boeren om glyfosaat te gebruiken vanwege de lagere kosten en tijdsdruk, terwijl er mechanische en biologische alternatieven voorhanden zijn?

    Telers passen gewasbeschermingsmiddelen toe om ziekten, plagen en onkruiden effectief te beheersen en zo te zorgen voor oogstzekerheid. Hierbij moeten telers de principes van geïntegreerde gewasbescherming hanteren waarbij eerst wordt gekeken naar mogelijke preventieve en niet-chemische maatregelen alvorens gewasbeschermingsmiddelen worden ingezet. Het is voor de teler van belang dat dergelijke maatregelen in de praktijk doeltreffend, doelmatig, uitvoerbaar en betaalbaar zijn. Binnen het Uitvoeringsprogramma van de Visie gewasbescherming 2030 zet ik, samen met belanghebbenden, stappen om dergelijke alternatieven steeds meer beschikbaar te krijgen voor telers. Wanneer vervolgens toch gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt is het belangrijk dat deze toepassingen veilig kunnen worden gebruikt met het oog op mens, dier en milieu. De beoordelingscriteria hiervoor zijn vastgelegd in de Europese Gewasbeschermingsverordening (EC) 1107/2009. Voor de uitvoering hiervan vertrouw ik op de onafhankelijke wetenschappelijke beoordelingen van de daartoe aangewezen instanties, zoals het Ctgb.

  • Vraag 5
    Acht u economische motieven een legitieme reden om volksgezondheid en biodiversiteit op het spel te zetten? Zo ja, waarom? Zo ja, hoe weegt u dat dan precies? Brengt u bijvoorbeeld de directe economische schade in kaart, de schade voor biodiversiteit en de schade in volksgezondheid? Kwantificeert u het in termen van geld en weegt u vervolgens af wat het minste de maatschappij kost?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Bent u bereid om het gebruik van glyfosaat voor het vernietigen van vanggewassen en grasland zo snel mogelijk te verbieden, gezien het feit dat wetenschappelijk is aangetoond dat alternatieven even effectief zijn en minder schadelijk? Zo nee, waarom niet?

    Ik heb uw Kamer op 26 november 2024 geïnformeerd over de stappen die zijn gezet om het gebruik van glyfosaathoudende middelen te verminderen en dat het juridisch niet mogelijk is om het gebruik van verschillende toepassingen van glyfosaat te verbieden (Kamerstuk 27 858, nr. 683). Mede vanwege de wens van uw Kamer heb ik wel stappen gezet om alternatieven voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen te verplichten. Hierbij dient te worden voldaan aan de randvoorwaarden dat het alternatief in de praktijk doeltreffend, doelmatig, uitvoerbaar en betaalbaar moet zijn voor de ondernemer én dat de impact van (de toepassing van) een alternatief op andere doelen (stikstof, klimaat, biodiversiteit) niet slechter mag zijn dan de impact van gangbare methoden. Ik laat me daarbij adviseren door zowel wetenschap, als de agrarische sector.
    Het daarvoor bedoelde wijzigingsvoorstel van het Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden heb ik naar de Raad van State gestuurd voor advies. Zodra het advies van de Raad van State er ligt, ga ik mij hierop beraden en vervolgens zal ik uw Kamer informeren.

  • Vraag 7
    Waarom heeft u de eerder door uw voorganger aangekondigde en uitgewerkte maatregel, die dit jaar zou ingaan, om glyfosaatgebruik in te perken uitgesteld?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 8
    Wat is de planning rondom het verkrijgen van het advies van de Raad van State over het wijzigingsvoorstel van het «Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden» om alternatieven voor glyfosaat verplicht te maken?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 9
    Erkent u dat glyfosaat wordt aangeduid als één van de meest verdachte pesticiden die neurodegeneratieve ziektes, zoals Parkinson, kunnen veroorzaken?2

    Ik vind het belangrijk dat gewasbeschermingsmiddelen veilig kunnen worden toegepast. Ondanks dat er geen causaal verband is aangetoond tussen het gebruik van glyfosaat en het ontwikkelen van neurodegeneratieve ziekten, heeft het RIVM de opdracht gekregen om specifiek wetenschappelijk onderzoek te starten naar de mogelijke relatie tussen glyfosaat en het ontstaan van Parkinson. Dit onderzoek levert over 3–5 jaar gegevens op, waarmee een causaal verband tussen stof en ziekte aangetoond, dan wel uitgesloten kan worden. Binnen dit onderzoek zal tevens een teststrategie (voor Europees gebruik) worden ontwikkeld waarmee de mogelijke relatie tussen gewasbeschermingsmiddelen en de ziekte van Parkinson onderzocht kan worden. Uw Kamer wordt periodiek geïnformeerd over de voortgang van dit onderzoek (Kamerstuk 27 858, nr. 707).

  • Vraag 10
    Hoe verklaart u dat in landen als Frankrijk en Duitsland de link tussen pesticidengebruik en Parkinson inmiddels zo overtuigend is dat de ziekte daar als beroepsziekte is erkend, terwijl Nederland dat niet doet? Hoe wordt er uitvoering gegeven aan de motie van de leden Podt en Grinwis (Kamerstuk 27 858, nr. 670) die hierover gaat?

    Nederland kent geen systeem van erkenning van beroepsziekten waaraan, zoals bijvoorbeeld in Frankrijk en Duitsland, een sociale zekerheidsuitkering gekoppeld is. Hier heb ik uw Kamer op 25 juni 2024 over geïnformeerd (Kamerstuk 27 858, nr. 671).
    Wel heeft Nederland sinds 2023 de Tegemoetkoming Stoffengerelateerde Beroepsziekten (TSB-regeling) en adviseert de onafhankelijke Adviescommissie Lijst Beroepsziekten (ALB) het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) periodiek over de ziekten die in aanmerking komen om aan de TSB regeling te worden toegevoegd. Dit gebeurt op basis van verschillende criteria zoals de ernst van de ziekte, de aantoonbaarheid van de werkgerelateerdheid en de mate waarin de ziekte voorkomt in de Nederlandse samenleving. De Adviescommissie kijkt ook naar actuele maatschappelijke ontwikkelingen en heeft in 2024 besloten te verkennen of Parkinson op basis van de criteria in aanmerking komt om toe te voegen aan de TSB-regeling. Hiermee wordt invulling gegeven aan de motie van de leden Podt (D66) en Grinwis (CU) (Kamerstuk 27 858, nr. 670).
    De ALB heeft inmiddels advies uitgebracht aan de Staatssecretaris van Participatie en Integratie. Daarin staat dat de ziekte mogelijk kan worden toegevoegd aan de regeling. Voor een definitief advies moet de ALB eerst de laatste stand van wetenschap – waaronder relevante internationale ontwikkelingen en documenten zoals uit Frankrijk en Duitsland – in kaart brengen en beoordelen of een protocol kan worden uitgewerkt met oog op toepasbaarheid voor de TSB. Hierover volgt een apart advies richting de Staatssecretaris van SZW. Naar verwachting volgt dit advies in het voorjaar van 2026.

  • Vraag 11
    Kunt u reflecteren op het feit dat Parkinson inmiddels de snelst groeiende neurologische aandoening in Nederland is?3

    Ik begrijp de zorgen die er leven omtrent de wereldwijde toename van de ziekte van Parkinson. Juist omdat ik deze zorgen deel, is het belangrijk dat het RIVM specifiek wetenschappelijk onderzoek doet naar de mogelijke relatie tussen glyfosaat en het ontstaan van Parkinson. Dit onderzoek levert over 3–5 jaar gegevens op, waarmee een causaal verband tussen stof en ziekte aangetoond, dan wel uitgesloten kan worden.

  • Vraag 12
    Erkent u het feit dat, in 2021 al, het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) de zorgen over Parkinson in relatie tot glyfosaat en gewasbeschermingsmiddelen en biociden in het algemeen heeft geuit in een brief aan de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA)?4

    Het Ctgb heeft in 2021 een brief aan EFSA gestuurd waarin zorgen worden geuit over een mogelijke relatie tussen het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en de ontwikkeling van de ziekte van Parkinson. Deze zorgen gingen niet specifiek over de relatie tussen glyfosaat en de ziekte van Parkinson. In de brief wordt tevens de noodzaak aangegeven om een specifieke teststrategie te ontwikkelen waarmee de mogelijke relatie tussen gewasbeschermingsmiddelen en de ziekte van Parkinson onderzocht kan worden. Inmiddels is het RIVM een onderzoek gestart waarmee een dergelijke teststrategie wordt ontwikkeld en waarbij ook EFSA wordt betrokken zodat deze ook Europees kan worden toegepast.

  • Vraag 13
    Op welke manier wordt momenteel toezicht gehouden op de naleving van bestaande regels rond glyfosaatgebruik, met name op zand- en lössgronden? Wordt hierbij ook gemonitord of boeren daadwerkelijk alle alternatieven hebben overwogen en zo ja hoe precies en door wie? Zo ja, welk percentage boeren wordt jaarlijks gecontroleerd en wat zijn de resultaten van deze monitoring?

    De NVWA houdt toezicht op het juist gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, waaronder ook middelen met glyfosaat. In de toepassingsvoorwaarden van de toegelaten middelen met glyfosaat staat geen beperking voor de grondsoort. In de gewasbeschermingsmonitor geeft een teler aan op welke wijze invulling is gegeven aan geïntegreerde gewasbescherming, waaronder een afweging over de inzet van alternatieven. De NVWA ziet toe op de aanwezigheid van een gewasbeschermingsmonitor en of deze actueel wordt bijgehouden. De inspectieresultaten van de NVWA worden jaarlijks gepubliceerd op de website van de NVWA5. Daarnaast geldt binnen de eco-activiteit groenbedekking de verplichting om een gewas zijnde groenbemesters/vanggewassen mechanisch te onderwerken voorafgaand aan de hoofdteelt in het betreffende aanvraagjaar, zonder doodspuiten of branden van het gewas. RVO controleert of voldaan wordt aan de voorwaarden van deze eco-activiteit.

  • Vraag 14
    Erkent u dat het intensieve gebruik van glyfosaat ten behoeve van de veehouderij een duidelijk voorbeeld is van een landbouwsysteem dat niet alleen ecologisch onhoudbaar is, maar ook onhoudbaar is voor de volksgezondheid?

    Het is belangrijk dat ieder gewasbeschermingsmiddel veilig kan worden toegepast in de teelten waarvoor het is toegelaten. Daarom wordt iedere werkzame stof en ieder gewasbeschermingsmiddel uitgebreid beoordeeld op de mogelijke risico’s voor mens, dier en milieu door de hiervoor aangewezen wetenschappelijke instanties volgens het wettelijk kader dat hiervoor is vastgesteld.

  • Vraag 15
    Welke stappen bent u bereid te zetten om de afhankelijkheid van landbouwgif in de veevoerketen af te bouwen?

    Ik heb vertrouwen in het robuuste Europese systeem waarbij gewasbeschermingsmiddelen alleen worden toegelaten wanneer aan de hand van Europees vastgestelde toetsingskaders wetenschappelijk is aangetoond dat deze veilig voor mens, dier en milieu kunnen worden toegepast. Daarnaast werk ik binnen het Uitvoeringsprogramma van de Visie gewasbescherming 2030 samen met stakeholders aan het verminderen van de afhankelijkheid van gewasbeschermingsmiddelen. Hierover informeer ik uw Kamer met regelmaat.

  • Vraag 16
    Erkent u dat het feit dat 669.000 Nederlanders binnen 250 meter van een glyfosaatveld wonen en 4,3 miljoen op minder dan één kilometer afstand, in combinatie met het feit dat glyfosaat massaal wordt ingezet om vanggewassen en grasland te vernietigen met als doel de productie van veevoer, problematisch is omdat we niet zeker weten dat glyfosaat géén gezondheidsrisico’s met zich mee brengt en dat zelfs het Ctgb in 2021 zijn zorgen daarover uitte richting de EFSA? Zo nee, waarom niet en hoe onderbouwt u dat en weegt u dat precies?

    In 2023 is de Europese goedkeuring van glyfosaat verlengd op basis van een uitgebreide wetenschappelijke beoordeling door de hiervoor aangestelde wetenschappelijke instituten, waaronder het Ctgb (Kamerstuk 27 858, nr. 641). Hierbij is ook alle beschikbare wetenschappelijke informatie over neurotoxiciteit en neurodegeneratie beoordeeld. EFSA concludeert dat er geen kritische zorgpunten zijn geconstateerd ten aanzien van de werkzame stof glyfosaat. Ik vind het daarnaast belangrijk dat het RIVM specifiek wetenschappelijk onderzoek doet waardoor een causaal verband tussen glyfosaat en Parkinson aangetoond, dan wel uitgesloten kan worden.

  • Vraag 17
    Bent u bekend met het feit dat ook dit jaar de sterfte van honingbijenvolken extreem hoog is en dat bijen doodgaan aan hun eigen honing omdat deze vol pesticiden zit?5

    Zowel in de natuur, als in de land- en tuinbouw zijn bijen onmisbaar voor de bestuiving van planten en gewassen. Er zijn meerdere bedreigingen voor de bijenpopulatie die ik zeer serieus neem. Daarom zijn de afgelopen jaren (samen met andere betrokken partijen) verschillende initiatieven, acties en onderzoeken in gang gezet om de achteruitgang van bijen en andere bestuivers terug te dringen, zoals te lezen in de Nationale Bijenstrategie en de Kennisimpuls Bestuivers. Uw Kamer is hier geregeld over geïnformeerd (Kamerstukken 33 576, nr. 403 en 22 112, nr. 3630).
    Daarnaast vind ik het belangrijk dat bijen goed worden beschermd tegen de mogelijke effecten van gewasbeschermingsmiddelen. Daarom zet ik mij actief in voor de totstandkoming van het hernieuwde Europese bijenrichtsnoer waarmee de risico’s van gewasbeschermingsmiddelen voor bijen worden beoordeeld. Uw Kamer is de afgelopen jaren met regelmaat hierover geïnformeerd (Kamerstukken 27 858, nr. 577, nr. 615, nr. 618 en 21 501-32, nr. 1337). Naar verwachting zal de Europese Commissie eind 2025 een voorstel doen aan de lidstaten om het bijenrichtsnoer te implementeren. Ik zal uw Kamer, zoals gebruikelijk, hier vooraf over informeren.

  • Vraag 18
    Deelt u de mening dat in het kader van voedselzekerheid en voedselsoevereniteit (wilde) bijen belangrijker zijn dan de vee-industrie die in Nederland grotendeels produceert voor de export en dat bijen dus dienen te worden beschermd? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 17.

  • Vraag 19
    Welke extra maatregelen gaat u nemen om bijen te beschermen, gezien de nog steeds zorgwekkend dalende trend bij bijenpopulaties?

    Zie antwoord vraag 17.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2025Z07775
Volledige titel: Het massale gebruik van glyfosaat voor de productie van veevoer
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20242025-2168
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Kostic over het massale gebruik van glyfosaat voor de productie van veevoer