Kamervraag 2023Z06674

De houding van Nederland wat betreft Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten

Ingediend 13 april 2023
Beantwoord 4 mei 2023 (na 21 dagen)
Indieners Simone Kerseboom (FVD), Pepijn van Houwelingen (FVD)
Beantwoord door Wopke Hoekstra (viceminister-president , minister buitenlandse zaken) (CDA)
Onderwerpen economie handel internationaal organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z06674.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-2472.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het artikelCharles Michel: Europe warming up to Macron’s «strategic autonomy» push away from US d.d. 11 april jl.?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Kunt u een definitie geven van het begrip «strategische autonomie»? Indien u geen definitie kunt geven, hoe zou u het begrip «strategische autonomie» dan willen omschrijven?

    Het kabinet hanteert de term «open strategische autonomie (OSA)» van de EU en definieert dit als het vermogen van de EU om als mondiale speler, in samenwerking met internationale partners, op basis van eigen inzichten en keuzes haar publieke belangen te borgen en weerbaar te zijn in een onderling verbonden wereld. Zie ook de Kamerbrief OSA van 8 november 2022.2

  • Vraag 3
    Wat is, volgens u, het verschil tussen de begrippen «soevereiniteit» en «strategische autonomie»?

    Soevereiniteit heeft betrekking op onafhankelijkheid in machtsuitoefening. Voor de definitie van Open Strategische Autonomie van de EU verwijs ik graag naar het antwoord op vraag 2.

  • Vraag 4
    Kan een land niet soeverein zijn, maar toch voldoende strategisch autonoom, en vice versa? Indien dit het geval is, kunt u van beide gevallen een voorbeeld geven?

    Voor de visie van het kabinet op de open strategische autonomie van de EU verwijs ik naar de hierboven genoemde Kamerbrief. Daarin staat ook dat een sterke Unie zowel sterke lidstaten als stevige instellingen vergt.

  • Vraag 5
    Wanneer heeft een land in uw ogen onvoldoende strategische autonomie? Kunt u daar enkele concrete voorbeelden van geven?

    Nederland en de Europese Unie hebben onvoldoende open strategische autonomie als ze niet genoeg weerbaarheid en handelingsvermogen hebben om publieke belangen te kunnen borgen of risicovolle strategische afhankelijkheden te mitigeren. Zoals reeds genoemd in de Kamerbrief OSA, zijn hier meerdere voorbeelden van, waaronder de afsluiting van de EU van Russisch gas, maar ook onvoorziene omstandigheden zoals de verstoringen van leveringsketens tijdens de COVID-19 crisis.

  • Vraag 6
    Hoe strategisch autonoom is Nederland in uw ogen? Kunt u uw antwoord toelichten?

    De genoemde Kamerbrief biedt een kabinetsbrede visie op open strategische autonomie. In de brief staat onder andere dat wederzijdse afhankelijkheden de ruggengraat vormen van het open handelssysteem en de internationale samenwerking waar Nederland en de EU veel profijt van hebben en die ons een sterkere geopolitieke positie opleveren. Echter, de huidige geopolitieke context laat zien dat risico’s voortvloeiend uit strategische afhankelijkheden potentieel verstrekkende gevolgen voor onze economie en maatschappij hebben.

  • Vraag 7
    Kan een vergroting van de Nederlandse strategische autonomie ten koste gaan van de Europese strategische autonomie, en vice versa? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Het kabinet kiest bewust voor nadruk op een Europees handelingsperspectief. Vanwege het grensoverschrijdende karakter van de uitdagingen, de verwevenheid van de interne markt en de slagkracht van de EU als geheel zijn we gezamenlijk beter in staat de Nederlandse en Europese belangen te borgen.

  • Vraag 8
    Wat houdt Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten in uw ogen in? Kunt u uw antwoord toelichten?

    In een toenemend gepolariseerde geopolitieke dynamiek, moet Europa meer verantwoordelijkheid nemen voor de eigen veiligheid en veiligheidsbelangen. De behartiging van die belangen zal echter ook voor een groot deel in samenwerking met internationale partners vorm moeten krijgen. Samenwerking met de Verenigde Staten blijft daarbij van onverminderd belang voor de veiligheid op het Europese continent.

  • Vraag 9
    Wat is uw standpunt ten aanzien van Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten? Kunt u in uw antwoord ingaan op de balans tussen de verschillende economische en geopolitieke belangen van Nederland, de Europese Unie en de Verenigde Staten?

    Een meer open strategisch autonome Europese Unie, maakt de EU zowel een sterkere speler op het wereldtoneel en beter in staat tot het behartigen van de eigen belangen, alsook een sterkere partner voor bondgenoten als de Verenigde Staten. Hiermee zijn de economische en geopolitieke belangen van Nederland het best gediend.

  • Vraag 10
    Hoe verhoudt dit standpunt zich tot de uitspraak van premier Rutte tijdens zijn bezoek aan de Atlantic Council d.d. 17 januari jl., namelijk dat «als Rusland grote delen van Europa onder controle zou kunnen krijgen, zou finlandiseren, dit onmiddellijk gevolgen zou hebben voor de collectieve veiligheid en zekerheid van de Verenigde Staten»2? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Collectieve verdediging in NAVO-verband krijgt vorm in nauwe samenwerking tussen de Verenigde Staten en de Europese bondgenoten. Indien Europese landen een neutrale positie zouden innemen ten aanzien van de Russische agressie zou dit negatieve gevolgen hebben voor de collectieve veiligheid van zowel Europa als de Verenigde Staten.

  • Vraag 11
    Bent u het ermee eens dat deze woorden van onze premier Europa reduceren tot een «bufferzone» voor de Verenigde Staten en dat deze visie op Europa geen ruimte biedt voor strategische autonomie? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?

    De Verenigde Staten en Europese staten hebben een gedeeld belang bij een veilig en vrij Europa. Deze collectieve veiligheid is een van de hoofdtaken van de NAVO, de hoeksteen van onze collectieve verdediging waarvan zowel de VS als een groot aantal Europese staten lid zijn. Dit neemt niet weg dat Europa meer verantwoordelijkheid moet nemen voor de eigen veiligheid en behartiging van Europese veiligheidsbelangen. Zodoende is er ook ruimte voor open strategische autonomie. Een sterk Europa kan beter verantwoordelijkheid nemen voor de eigen veiligheid en zo bijdragen aan de veiligheid van het bondgenootschap als geheel in Europa en daarbuiten.

  • Vraag 12
    Bent u het met premier Rutte eens dat Europa essentieel is voor de veiligheid van de Verenigde Staten? Zo ja, wat betekent dit voor de (hiërarchische) relatie tussen Europa en de Verenigde Staten?

    Collectieve veiligheid in NAVO-verband heeft tot doel de veiligheid van alle bondgenoten te waarborgen. In dit licht is Europa essentieel voor de veiligheid van de Verenigde Staten en vice versa.

  • Vraag 13
    Bent u van mening dat het in het belang van Nederland is om, wat betreft ons buitenlands beleid, meer autonoom te worden ten opzichte van de Verenigde Staten? Zo ja, hoe moet Nederland deze autonomie realiseren? Zo nee, bent u van mening dat de belangen van Nederland dezelfde zijn als die van de Verenigde Staten?

    Nederland en de EU voeren een autonoom buitenlandbeleid. Dit krijgt echter niet vorm in een vacuüm; uitvoering daarvan wordt juist versterkt door coördinatie met internationale partners en gelijkgestemden zoals de Verenigde Staten.

  • Vraag 14
    Bent u van mening dat de internationale conflicten van de Verenigde Staten ook Nederlandse conflicten zijn? Zo ja, waarom; en hoe worden de Nederlandse belangen met deze houding gediend? Zo nee, kunt u garanderen dat er geen Nederlandse militaire steun zal worden geleverd wanneer er weer een (proxy)oorlog door de Verenigde Staten wordt gevoerd buiten het eigen grondgebied of dat van een ander NAVO-lid?

    Internationale conflicten gaan de gehele internationale gemeenschap aan en bedreigen eenieders veiligheid. De Nederlandse veiligheidsbelangen worden het beste gediend door nauwe samenwerking met gelijkgestemden. De NAVO is en blijft de hoeksteen van onze collectieve verdediging.

  • Vraag 15
    Behoort Nederland tot de door Michel genoemde landen in de Europese Raad die de Verenigde Staten niet meer blind lijken te willen volgen? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Het kabinet is niet in de positie om deze door de voorzitter van de Europese Raad gedane uitspraken nader te duiden. Verder wordt verwezen naar de antwoorden op vraag 8 t/m 14.

  • Vraag 16
    Hoe zou u de positie van Nederland willen vergelijken met die van Frankrijk, als het gaat om de verhouding met de Verenigde Staten en diens internationale conflicten? Onderschrijft u de in het artikel aangehaalde woorden van de Franse president Macron, namelijk dat Europa geen «volgeling van Amerika» moet worden? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Het kabinet is niet in de positie om deze door president Macron gedane uitspraken nader te duiden. Verder wordt verwezen naar de antwoorden op vraag 13.

  • Vraag 17
    Heeft u contact gehad met (vertegenwoordigers van) de Amerikaanse overheid over de uitspraken van president Macron en voorzitter van de Europese Raad Charles Michel?

    Nee.

  • Vraag 18
    Kunt u deze vragen afzonderlijk van elkaar, zo spoedig en zo volledig mogelijk beantwoorden?

    De vragen zijn zo afzonderlijk van elkaar, spoedig en volledig als mogelijk beantwoord.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z06674
Volledige titel: De houding van Nederland wat betreft Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-2472
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Kerseboom en Van Houwelingen over de houding van Nederland wat betreft Europese strategische autonomie ten opzichte van de Verenigde Staten