Kamervraag 2021Z18242

Het bericht 'Tegenslag voor aardgasvrij maken van woonwijken: voorloper Purmerend loopt vertraging op'

Ingediend 19 oktober 2021
Beantwoord 26 oktober 2021 (na 7 dagen)
Indiener Alexander Kops (PVV)
Beantwoord door Dilan Yeşilgöz-Zegerius (staatssecretaris economische zaken) (VVD), Kajsa Ollongren (viceminister-president , minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (D66)
Onderwerpen bestuur energie gemeenten natuur en milieu
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z18242.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-430.html
  • Vraag 1
    Wat vindt u ervan dat het gasvrij maken van de Purmerendse proeftuin Overwhere-Zuid (als onderdeel van het Programma Aardgasvrije Wijken) opnieuw vertraging heeft opgelopen omdat de planning onhaalbaar is en de kosten buitensporig hoog zijn?1

    Het is mij niet bekend dat de planning onhaalbaar is. De gemeente heeft de planning met ruim vier maanden verschoven. De redenen hiervoor zijn op 14 september 2021 gemeld aan de gemeenteraad en hebben betrekking op de gevolgen van corona op het participatieproces, extra benodigde tijd om de woninginventarisaties te doen en de benodigde ontwikkeling van alternatieve aansluitmethoden op het warmtenet. Begin november zijn bewonersavonden gepland om te spreken over de concrete aanpak voor de betrokken bewoners.
    Daarnaast is mij niet bekend dat de kosten buitensporig hoog zijn. Uitgangspunt is en blijft dat er voor de bewoners van deze proeftuin gekomen wordt tot een betaalbaar aanbod. De gemeenteraad van Purmerend heeft besloten dat de bewoners in de proeftuin kosteloos kunnen overstappen op het warmtenet.

  • Vraag 2
    Ziet u Purmerend nog altijd als «voorloper» en «voorbeeld» in de energietransitie?

    Purmerend was één van de eerste proeftuinen waar daadwerkelijk aardgasvrije woningen gerealiseerd werden. In die zin is Purmerend, maar ook een aantal andere proeftuinen, koploper. Omdat via de proeftuinen geleerd wordt wat wel en niet werkt in relatie tot de wijkgerichte aanpak, betekent het zijn van koploper niet dat alles per definitie voorbeeldig uitpakt.

  • Vraag 3
    Bent u ertoe bereid om – nadat dit «voorbeeldige» project eerder al was komen stil te liggen – nu definitief de stekker uit deze «voorloper» te trekken?2 Zo nee, hoe kunt u de 7,3 miljoen euro subsidie, die Purmerend voor dit project van het Rijk ontvangt, nog langer goedpraten?

    Nee, hiertoe ben ik niet bereid. Het is ook niet mogelijk omdat de middelen voor de proeftuinen van de eerste ronde zijn verstrekt via een decentralisatie-uitkering. Gemeenten hoeven bij deze uitkeringsvorm over de uitgave geen verantwoording af te leggen aan het Rijk. De financiële verantwoording verloopt via de jaarrekening van de gemeente.
    De gemeente Purmerend is nog steeds van plan om met deze middelen te komen tot de aangekondigde aardgasvrije oplossingen. Dit blijkt ook uit de uitvoeringsstrategie die op 22 april 2021 door de gemeenteraad van Purmerend is aangenomen.
    Het blijft belangrijk om op basis hiervan te leren hoe gekomen kan worden tot verdere opschaling van de wijkgerichte aanpak.

  • Vraag 4
    Hoe reageert u op de uitspraken van de verantwoordelijke Purmerendse D66-wethouder Van Meekeren dat een proeftuin «omgeven is met veel onzekerheden» en dat de hoge kosten «horen bij het experimentele karakter»?

    Het is logisch dat in deze fase van de wijkgerichte aanpak er veel onzekerheden zijn. Dat is ook de reden om vooruitlopend op een grootschalige aanpak eerst proeftuinen te doen om te leren wat er nodig is voor een goede uitvoering en de onzekerheden te reduceren. Ook is het zo dat de kosten in deze fase relatief hoog zijn en dat een Rijksbijdrage nodig is voor de proeftuinen om te kunnen komen tot een haalbare businesscase en betaalbaar aanbod voor de bewoners.

  • Vraag 5
    Hoe kijkt u in dit licht terug op uw besluit dat «gemeenten over de uitgave van de ontvangen subsidie géén verantwoording hoeven af te leggen aan het Rijk»? Deelt u de conclusie dat u met deze carte blanche het ordinaire gesmijt met belastinggeld door D66-klimaatwethouders, met alle rampzalige gevolgen van dien, zélf in de hand werkt?

    Zoals bekend heb ik op basis van het rapport van de Algemene Rekenkamer en de tussentijdse evaluatie van het Programma Aardgasvrije Wijken de wijze van uitkering bij de tweede ronde proeftuinen aangepast. Middels een specifieke uitkering vindt nu wel verantwoording plaats over de middelen. Deze systematiek hanteer ik ook bij de derde ronde. Ondanks het gebruik van een decentralisatie-uitkering bij de eerste ronde, heb ik niet de indruk dat de proeftuinen de middelen anders besteden dan aan het aardgasvrij maken van de proeftuin. Wel zijn er soms wijzigingen in de aanpak nodig op basis van de opgedane ervaringen.

  • Vraag 6
    Tot hoeveel volledig tevreden bewoners heeft het aardgasvrij maken van woningen tot dusverre geleid? Hoe meet u deze tevredenheid überhaupt, aangezien er aan u geen verantwoording wordt afgelegd?

    Het precieze aantal tevreden bewoners in de proeftuinen is mij niet bekend. Wel doe ik in nauw overleg met de proeftuinen bewonerstevredenheidsonderzoek om te monitoren hoe het daarmee staat en om de aanpak te verbeteren. De wijkgerichte aanpak gaat namelijk alleen werken als de bewoners goed betrokken zijn bij de aanpak en het merendeel tevreden is over het proces en het resultaat. Ik heb uw Kamer op 29 juni 2021 het eerste rapport over de bewonerstevredenheid gestuurd (Kamerstuk 32 847, nr. 760). Tevens maakt bewonerstevredenheid onderdeel uit van de monitor van het programma. Ik zal in het kader van de jaarlijkse voortgangsrapportage in het voorjaar van 2022 hierop terugkomen.

  • Vraag 7
    Hoe hebt u met uw volle verstand kunnen besluiten om nóg eens 50 miljoen euro aan het Programma Aardgasvrije Wijken te verspillen? Beseft u wel dat dit belastinggeld is?

    De derde ronde proeftuinen legt de nadruk op aanpakken waarin de isolatie van woningen en andere gebouwen centraal staat eventueel in combinatie met een stapsgewijze aanpak. Dit is een waardevolle aanvulling op de technieken en aanpakken in de eerste twee ronden. Tevens leidt het tot directe besparing van energie en vermindering van CO2 en een lagere energierekening bij de bewoner. Het betreft hier middelen vanuit de Klimaatenvelop bestemd voor innovatieve aanpakken om te leren hoe gekomen kan worden tot opschaling van de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Het kabinet heeft op basis van de totstandkoming van het Klimaatakkoord in 2019 besloten deze middelen toe te kennen.

  • Vraag 8
    Klopt het dat het doel van het Programma Aardgasvrije Wijken nog altijd is: «het opdoen van kennis en ervaring»? Deelt u de mening dat er, gezien de tot dusverre opgedane kennis en ervaring, maar één conclusie mogelijk is, namelijk: onmiddellijk stoppen met deze onhaalbare en onbetaalbare klimaatgekte?

    Nee, het doel van het Programma Aardgasvrije Wijken is nog steeds het leren op welke wijze de wijkgerichte aanpak kan worden ingericht en opgeschaald. Dat is meer dan alleen het opdoen van kennis en ervaring. Ik deel niet de conclusie dat op basis van de opgedane kennis en ervaring gestopt zou moeten worden met de wijkgerichte aanpak en het Programma Aardgasvrije Wijken. Wel zal ik conform planning in 2022 het programma evalueren. De opzet van de evaluatie zal ik uw Kamer vóór het einde van dit jaar toesturen.

  • Vraag 9
    Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het aanstaande Tweeminutendebat Klimaatakkoord gebouwde omgeving?

    Ja.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2021Z18242
Volledige titel: Het bericht 'Tegenslag voor aardgasvrij maken van woonwijken: voorloper Purmerend loopt vertraging op'
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20212022-430
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Kops over het bericht 'Tegenslag voor aardgasvrij maken van woonwijken: voor¬loper Purmerend loopt vertraging op'