Kamervraag 2014Z16111

Het opvolgen van een rechterlijke uitspraak inzake een klokkenluider

Ingediend 19 september 2014
Beantwoord 3 oktober 2014 (na 14 dagen)
Indiener Henk van Gerven (SP)
Beantwoord door Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA)
Onderwerpen burgerlijk recht economie organisatie en beleid recht
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z16111.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-173.html
1. Brief ondershands aan het ministerie gezonden
  • Vraag 1
    Wilt u zich een mening vormen over bijgevoegde zaak?1

    Deze kwestie gaat terug op een per 1 augustus 1996 geëindigd ambtelijk dienstverband. Betrokkene heeft destijds, nadat met hem een regeling was getroffen, zelf ontslag genomen. Betrokkene verwijt de Staat onrechtmatig handelen en heeft ter zake geprocedeerd bij de burgerlijke rechter. Deze oordeelde in 2005 dat sprake is geweest van aantasting van betrokkene in eer en goede naam. De Staat heeft hoger beroep tegen die uitspraak aangetekend. Betrokkene heeft echter in dit hoger beroep bij de burgerlijke rechter niet verder geprocedeerd zodat de zaak bij het gerechtshof van de rol is afgevoerd. Hij heeft vervolgens in 2011 de Staat aansprakelijk gesteld op een andere grond dan die waarover de rechtbank al had geoordeeld en in 2013 de Staat aangeschreven om tot overleg te komen. Hij claimt opnieuw schadevergoeding. Het gevraagde overleg is gestart doch heeft nog niet tot een oplossing geleid. Inmiddels verzocht betrokkene een voorschot en toen dat niet werd verleend is hij een bestuursrechtelijke procedure getart. Er loopt thans een bezwaarprocedure tegen de weigering een voorschot te verlenen. Voorts heeft betrokkene te kennen gegeven een kort geding bij de burgerlijke rechter te overwegen, eveneens om een voorschot te verkrijgen. Hangende de bezwaarprocedure is het lopende overleg even opgeschort.
    Met het traject van overleg is een poging gedaan tot een (snellere) oplossing te komen. Indien betrokkene na de bezwaarfase in beroep zal gaan zullen de daarvoor geldende termijnen beslissend zijn voor de voortgang. Indien betrokkene verder overleg wil, kan dat snel worden hervat.

  • Vraag 2
    Bent u bereid er zorg voor te dragen dat de afhandeling van de rechterlijke uitspraak van 2005 wordt versneld en deze zaak spoedig wordt opgelost?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Kunt u zorgdragen voor het overhandigen van de stukken conform de WOB-uitspraak van de rechtbank van Breda d.d. 2 mei 2007?

    Met een beslissing op bezwaarschrift van 13 oktober 2008 is reeds gevolg gegeven aan de genoemde uitspraak van de Rechtbank Breda van 2 mei 2007. Daarbij zijn – in lijn met de uitspraak – ook de stukken verstrekt. Eind juni 2013 heeft betrokkene richting mijn ministerie aangegeven dat de stukken hem nooit hebben bereikt. Begin augustus 2013 zijn de nog binnen het ministerie aanwezige stukken – om betrokkene ter wille te zijn – nogmaals toegezonden.
    In september 2014 is betrokkene op de hoogte gesteld van het feit dat mijn ministerie bereid is om hem volledige inzage te geven in het originele dossier, hetgeen verder gaat dan waartoe de uitspraak van de Rechtbank Breda strekt.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2014Z16111
Volledige titel: Het opvolgen van een rechterlijke uitspraak inzake een klokkenluider
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-173
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Gerven over het opvolgen van een rechterlijke uitspraak inzake een klokkenluider