Kamervraag 2014Z12616

Het bericht dat er geen banen zijn voor jongeren met een laag IQ.

Ingediend 2 juli 2014
Beantwoord 21 augustus 2014 (na 50 dagen)
Indieners Tjitske Siderius (PvdA), Sadet Karabulut
Beantwoord door Sander Dekker (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (VVD), Jetta Klijnsma (staatssecretaris sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA)
Onderwerpen onderwijs en wetenschap organisatie en beleid werk werkgelegenheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z12616.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-2750.html
1. http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2664/Nieuws/article/detail/3681050/201…
2. UWV
3. Nota van antwoorden, contouren Participatiewet, pagina 35
4. Onderzoek «Met de coach naar de job» – oktober 2011
  • Vraag 1
    Wat is uw reactie op de waarschuwing van de koepel van praktijkscholen en diverse schoolleiders dat de praktijkscholen vanaf volgend jaar hele generaties «bankzitters» afleveren vanwege de sluiting van de sociale werkplaatsen?1

    Scholen voor praktijkonderwijs (pro) leiden leerlingen op voor de arbeidsmarkt. De afgelopen jaren stroomde circa een derde deel van de jongeren uit het pro direct naar een baan, een derde deel stroomde door naar het mbo en een derde deel naar een andere bestemming, zoals een andere vorm van onderwijs of dagbesteding. OCW hoort van pro-scholen dat zij nu ook de decentralisaties aanpakken om, in samenwerking met de gemeenten, de arbeidstoeleiding van deze jongeren verder te versterken. Zo wordt er in verschillende regio’s geïnvesteerd in netwerken waarin gemeenten en scholen samenwerken om zoveel mogelijk jongeren naar arbeid toe te leiden.
    OCW en SZW zetten samen in op het verder bevorderen van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt, zodat leerlingen na uitstroom uit het onderwijs een passende plek op de arbeidsmarkt kunnen vinden. Hiertoe lopen de volgende initiatieven:

  • Vraag 2
    Acht u het wenselijk dat leerlingen die het praktijkonderwijs hebben doorlopen worden opgeleid voor werkloosheid? Zo nee, welke maatregelen gaat u nemen om voldoende beschutte werkplekken te organiseren zodat ook deze leerlingen na hun schoolcarrière een passende plek op de arbeidsmarkt kunnen vinden?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Onderschrijft u de stelling van de praktijkscholen dat er op de arbeidsmarkt steeds minder plaats is voor leerlingen die het praktijkonderwijs hebben doorlopen? Zo nee, kunt u garanderen dat deze leerlingen van de praktijkscholen na invoering van de Participatiewet tenminste dezelfde kansen krijgen op een reguliere baan of beschutte werkplek als nu het geval is? Kunt u dit toelichten?

    Deze stelling onderschrijven we niet. Veel leerlingen uit het pro verkrijgen na uitstroom uit school een reguliere baan en functioneren zelfstandig op de arbeidsmarkt, dat verandert niet na invoering van de Participatiewet. Voor jongeren met een arbeidsbeperking die ondersteuning nodig hebben om aan het werk te komen, bieden de Participatiewet en de banenafspraak meer kansen op de arbeidsmarkt. Gemeenten worden vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor mensen met een arbeidsbeperking, indien zij arbeidsvermogen hebben. De inzet van het kabinet is om te komen tot een inclusieve arbeidsmarkt. Daarom wil het kabinet onder meer via de Participatiewet en de banenafspraak met werkgevers, kansen creëren op de arbeidsmarkt, ook voor mensen met een arbeidsbeperking.
    De Participatiewet biedt gemeenten instrumenten om deze groep aan een baan te helpen, zoals nieuwe vormen van loonkostensubsidie, beschut werk en voorzieningen zoals een jobcoach. Ook de banenafspraak met werkgevers over 100.000 extra banen in de marktsector en 25.000 extra banen bij de overheid voor mensen met een arbeidsbeperking biedt kansen voor deze groep.
    De grootste groep mensen met een arbeidsbeperking die na 1 januari 2015 naar werk moeten worden geleid en zonder invoering van de Participatiewet onder de Wajong zouden vallen, zit nu nog op school, met name op het voorgezet speciaal onderwijs en het pro. Samenwerking tussen deze scholen en de gemeenten is dan ook erg belangrijk. Zoals ook aangegeven in het antwoord op vraag 2, wordt bekeken hoe deze samenwerking nog verder gestimuleerd kan worden. Ook is het van belang dat ouders en leraren tijdig voorlichting krijgen over de Participatiewet. Daarom is SZW in overleg met de koepels van het voortgezet onderwijs en het speciaal onderwijs om deze voorlichting vorm te geven.

  • Vraag 4
    Wat is uw oordeel over de uitspraken van een woordvoerder van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen dat «als je op school zit, je ook kunt werken»? Heeft volgens u iemand die scholing volgt altijd voldoende arbeidsvermogen voor een reguliere werkplek?2

    Uitgangspunt is om onderwijs en arbeidsmarkt op elkaar aan te laten sluiten om voor zoveel mogelijk jongeren die op school zitten kansen te creëren op de arbeidsmarkt. Dat laat onverlet dat niet alle jongeren voldoende arbeidsvermogen zullen hebben voor een reguliere werkplek. Een deel van deze groep zal aan de slag kunnen in een beschutte werkplek. Daarnaast blijft de Wajong bestaan voor mensen die duurzaam geen arbeidsvermogen hebben.

  • Vraag 5
    Bent u bereid om tegemoet te komen aan de steeds sterker wordende roep om de sociale werkplaatsen in stand te houden en niet over te gaan tot sluiting? Zo nee, waarom niet?

    Het Rijk sluit geen sw-bedrijven. Met de inwerkingtreding van de Participatiewet wordt de instroom in de Wsw afgesloten. Gelijktijdig krijgen gemeenten binnen de kaders van de Participatiewet de beschikking over nieuwe instrumenten (loonkostensubsidie en beschut werk). Het instrument beschut werk is bedoeld voor mensen die enkel in een beschutte werkomgeving in staat zijn in een dienstbetrekking te werken. Gemeenten bepalen op welke wijze zij dit beschutte werk organiseren. Gemeenten kunnen daarbij gebruik maken van de structuur en expertise van de sw-bedrijven. Uit een rondgang van brancheorganisatie Cedris blijkt dat meer dan 50 procent van de sw-bedrijven naar verwachting een rol zal blijven spelen in het aan het werk helpen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

  • Vraag 6
    Bent u nog steeds van mening dat de stagejobcoach te kostbaar is om de overgang van de praktijkschool naar de arbeidsmarkt te bevorderen, ondanks dat uit onderzoek blijkt dat door de inzet van de stagejobcoach de stages over het algemener probleemlozer verlopen en de arbeidsparticipatie van de leerlingen effectief wordt vergroot?3 4

    Ik heb uw Kamer bij brief van 27 februari 20125 geïnformeerd over de evaluatie van de stagejobcoach. Uit de evaluatie blijkt dat de stagejobcoach een duur instrument is. Het klopt dat deze evaluatie laat zien dat de stages over het algemeen probleemlozer verlopen, maar het effect van de stagejobcoach op uitstroom naar reguliere arbeid is zeer beperkt.
    De pilot heeft wel resultaten opgeleverd die inzicht bieden in factoren die van belang zijn bij de overgang van school naar werk. Het gaat om de volgende factoren: de selectie van de stageplaats op de mogelijkheid van een toekomstige baan, informatieverstrekking aan de werkgever over relevante wet- en regelgeving, verduidelijking waarom het in dienst nemen van deze leerling aantrekkelijk voor hem is, het bieden van vervolg begeleiding na afloop van de stage en tijdens de stage met de leerling werken aan zaken waar de werkgever nog niet tevreden over is.
    Met de inwerkingtreding van de Participatiewet worden gemeenten verantwoordelijk voor jongeren met arbeidsvermogen, onder andere afkomstig uit het vso en pro, die op zoek zijn naar een baan. Gemeenten kunnen samen met de scholen in het vso en pro bekijken hoe ze de overgang van scholing van deze doelgroep naar de arbeidsmarkt verbeteren. Hiervoor kunnen zij bijvoorbeeld ESF-middelen inzetten. De resultaten uit de pilot jobcoaching leveren nuttige informatie op voor scholen en gemeenten om te gebruiken bij de beleidsontwikkeling rondom de overgang van vso en pro naar de arbeidsmarkt. Daarnaast wordt in het project «Boris brengt je bij een baan» al veel ervaring opgedaan met een methodiek die leerlingen in het vso en pro naar de arbeidsmarkt moet leiden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2014Z12616
Volledige titel: Het bericht dat er geen banen zijn voor jongeren met een laag IQ.
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20132014-2750
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Karabulut en Siderius over het bericht dat er geen banen zijn voor jongeren met een laag IQ