Kamerstuk 35470-XVII-8

Motie van het lid Van den Nieuwenhuijzen c.s. over een WRR-onderzoek naar het behalen van de duurzameontwikkelingsdoelen in de post-coronacontext

Dossier: Jaarverslag en slotwet Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2019


63,3 %
36,7 %

PVV

50PLUS

D66

PvdD

DENK

SP

CU

VVD

SGP

Van Haga

GL

FVD

CDA

PvdA


Nr. 8 MOTIE VAN HET LID VAN DEN NIEUWENHUIJZEN C.S.

Voorgesteld tijdens Wetgevingsoverleg van 22 juni 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de COVID-19-pandemie grote gevolgen heeft voor ontwikkelingslanden en het behalen van de duurzameontwikkelingsdoelen en daarmee voor ontwikkelingssamenwerking op de middellange termijn;

overwegende dat het AIV-advies van mei 2020 over de wereldwijde aanpak van COVID-19 nadrukkelijk is gericht op de korte termijn;

overwegende dat er recentelijk geen geïntegreerde externe onderzoeken zijn geweest naar het Nederlandse beleid gericht op het behalen van de duurzameontwikkelingsdoelen, met inbegrip van beleidscoherentie, en dit ook geen onderdeel was van de brede maatschappelijke heroverwegingen;

verzoekt de regering, om de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid te vragen om een breder onderzoek te doen naar de beleidsopties voor Nederland om in de post-coronacontext te werken aan het behalen van de duurzameontwikkelingsdoelen, met specifieke aandacht voor beleidscoherentie, en hier een rapport over te presenteren in het eerste kwartaal van 2021,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van den Nieuwenhuijzen

Van den Hul

Kuik

Bouali

Voordewind