Ontvangen 23 oktober 2023
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
In het opschrift wordt na «beleggingsbeleid» ingevoegd «en om de leden van deze organen voortaan door verkiezingen te selecteren».
B
Aan het slot van de beweegreden wordt voor de puntkomma ingevoegd «, en om de leden van het verantwoordingsorgaan en belanghebbendenorgaan voortaan door verkiezingen te selecteren».
C
In artikel I wordt na de aanhef een onderdeel ingevoegd, luidende:
aA
Artikel 115 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het vijfde lid komt te luiden:
5. De leden van het verantwoordingsorgaan worden door deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden verkozen. De kandidaten kunnen worden voorgedragen door verenigingen en door individuele deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden.
2. Het zesde lid vervalt.
3. Het zevende lid wordt vernummerd tot zesde lid.
4. In het zesde lid (nieuw) vervalt «en zesde».
5. Het achtste lid vervalt.
6. Het negende tot en met dertiende lid worden vernummerd tot zevende tot en met elfde lid.
D
In artikel I, onderdeel A, wordt in onderdeel 1 «onderdeel j» vervangen door «onderdeel h», wordt «onderdeel k» vervangen door «onderdeel i» en wordt het toe te voegen onderdeel l verletterd tot onderdeel j.
E
Na artikel I, onderdeel A, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Aa
In artikel 115b, tweede lid, wordt «de samenstelling van het belanghebbendenorgaan» vervangen door «de samenstelling en de benoeming van het belanghebbendenorgaan».
F
In artikel I, onderdeel C, wordt « zoals bedoeld» telkens vervangen door «, bedoeld», «derde lid, derde lid, onderdeel l,» vervangen door «derde lid, onderdeel j,», en wordt «onder k,» vervangen door «onderdeel k,».
G
Na artikel I, onderdeel C, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
D
Aan artikel 220a wordt een lid toegevoegd, luidende:
15. In afwijking van artikel 115, vijfde lid, en artikel 115b, tweede lid, mogen de personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdelen aA en Aa, van de Wet eigen strategie pensioenfonds deel uitmaken van het verantwoordingsorgaan respectievelijk het belanghebbendenorgaan van een pensioenfonds, lid blijven van dat orgaan tot het einde van hun op dat tijdstip lopende benoemingstermijn.
H
In artikel II wordt na de aanhef een onderdeel ingevoegde, luidende:
aA
Artikel 110d, vierde lid, komt te luiden:
4. De leden van het verantwoordingsorgaan worden door deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden verkozen. De kandidaten kunnen worden voorgedragen door verenigingen en door individuele deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden.
I
In artikel II, onderdeel A, wordt in onderdeel 1 «onderdeel i» vervangen door «onderdeel h», wordt «onderdeel j» vervangen door «onderdeel i» en wordt het toe te voegen onderdeel k verletterd tot onderdeel j.
J
In artikel II, onderdeel B, wordt « zoals bedoeld in artikel 110e, derde lid, onderdeel k,» vervangen door «, bedoeld in artikel 110e, derde lid, onderdeel j,».
K
Aan artikel II wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
C
Aan artikel 214 wordt een lid toegevoegd, luidende:
14. In afwijking van artikel 110d, vierde lid, mogen de personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II, onderdeel aA, van de Wet eigen strategie pensioenfonds deel uitmaken van het verantwoordingsorgaan van een pensioenfonds, lid blijven van het verantwoordingsorgaan tot het einde van hun op dat tijdstip lopende benoemingstermijn.
L
Aan het slot van artikel III wordt voor de punt ingevoegd «, dat voor verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld».
Met deze nota van wijziging wordt in het wetsvoorstel opgenomen dat de leden van het verantwoordingsorgaan en het belanghebbendenorgaan voortaan door verkiezingen worden geselecteerd. Zo worden de leden van de medezeggenschap bij pensioenfondsen vertegenwoordigers van de deelnemers, zoals hun rol bedoeld is. Voor de verkiezingen kunnen ook voordragende partijen van het pensioenfonds kandidaten steunen, maar kandidaten worden altijd verkozen door de deelnemers en vertegenwoordigen dan de mensen wiens pensioen wordt beheerd door pensioenfondsen.
In alle gevallen kunnen ook niet-leden van sociale partners zich kandidaat stellen voor een verantwoordings- of belanghebbendenorgaan. De medezeggenschap kan zo ook bijdragen aan de representatie van de belangen van deelnemers van het pensioenfonds in de besluitvorming over bijvoorbeeld het nieuwe pensioencontract en het belang van een divers samengesteld bestuur voor de kwaliteit van de besluitvorming en legitimiteit bij de deelnemers. Zie in verband hiermee de onderdelen A, B, C, E, G, H, K en L van de nota van wijziging.
Dit sluit aan bij de bestaande situatie waarbij deelnemers zich verkiesbaar kunnen stellen of leden van een verantwoordingsorgaan worden voorgedragen door de cao-partijen, met als belangrijkste verschil dat deze voordrachten in de toekomst niet automatisch meer tot lidmaatschap van het verantwoordingsorgaan leiden, maar altijd worden voorgelegd aan de deelnemers van het pensioenfonds. Zo zijn de leden van een verantwoordingsorgaan geen lid namens een cao-partij maar te allen tijde gekozen door de deelnemers.
Ook de leden van een belanghebbendenorgaan worden met deze nota van wijziging altijd verkozen door de deelnemers. Hierbij kunnen deelnemers stemmen op kandidaten die worden voorgedragen door cao-partijen en zichzelf kandideren. De verkiezingen kunnen directe verkiezingen zijn (onder alle deelnemers) of indirecte verkiezingen (onder alle leden van ondernemingsraden die op hun beurt gekozen zijn door deelnemers).
Omdat er op dit moment ook leden van verantwoordings- en belanghebbendenorganen zijn die niet zijn verkozen door deelnemers, wijzigt dit wetsvoorstel enkel de benoeming van nieuwe leden van een verantwoordings- of belanghebbendenorgaan. Zie in verband hiermee het via onderdeel G van de nota van wijziging voorgestelde onderdeel D. De huidige leden kunnen hun zittingstermijn afmaken en deze posities worden vervolgens verkiesbaar. Als de statuten van het pensioenfonds het toelaten, kunnen de huidige leden zich ook verkiesbaar stellen.
Verder wordt het wetsvoorstel via de onderdelen D, F, I en J van de nota van wijziging aangepast in verband met de inmiddels in werking getreden Wet toekomst pensioenen (Stb. 2023, nr. 216, Kamerstukken 36 067), als gevolg waarvan een aantal (niet-inhoudelijke) vernummeringen moet plaatsvinden. Daarbij worden tevens enige (niet-inhoudelijke) technische verbeteringen aangebracht.
Warmerdam