Kamerstuk 31952-14

Motie Anker c.s. over de parlementaire hoffelijkheidstroffee

Dossier: Raming der voor de Tweede Kamer in 2010 benodigde uitgaven, alsmede aanwijzing en raming van de ontvangsten


59,3 %
40,7 %

GL

PvdA

SGP

SP

PVV

Verdonk

CDA

CU

PvdD

VVD

D66


31 952
Raming der voor de Tweede Kamer in 2010 benodigde uitgaven, alsmede aanwijzing en raming van de ontvangsten

nr. 14
MOTIE VAN HET LID ANKER C.S.

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 22 juni 2009

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de Kamer het proces van parlementaire zelfreflectie formeel heeft afgerond;

constaterende, dat hieruit blijkt dat het aanzien van de Kamer een voortdurend onderwerp van zorg is en dat de parlementaire zeden en gebruiken, hierin een rol spelen;

van oordeel dat een discussie over parlementaire zeden en gebruiken bij voorkeur positief dient te worden gevoerd;

verzoekt het Presidium zich te ontfermen over de parlementaire hoffelijkheidstrofee en het bijbehorend reglement en daarbij toe te zien op de jaarlijkse uitreiking van de parlementaire hoffelijkheidstrofee aan dat lid van de Tweede Kamer dat in het afgelopen jaar bij uitstek is opgevallen door scherpe bijdragen aan het politieke debat en een voluit gebruik van de middelen die een parlementariër ter beschikking staan, dit in combinatie met een hoffelijke wijze van handelen binnen en buiten de vergaderzalen van de Tweede Kamer,

en gaat over tot de orde van de dag.

Anker

Halsema

Van der Staaij

Schinkelshoek

Kalma