Ontvangen 10 april 2025
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Artikel I wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het voorgestelde artikel 1:39 wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. De voordracht voor een krachtens het vijfde lid, onderdelen a, d of e, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
2. Aan het voorgestelde artikel 1:40 wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. De voordracht voor een krachtens het vijfde lid, onderdelen a of d, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
De regering geeft in de memorie van toelichting (blz. 5)1 aan dat het verstrekken van persoonsgegevens een inbreuk vormt op de persoonlijke levenssfeer van (mogelijk een grote groep) personen. Daarom worden er in het Algemeen douanebesluit eisen gesteld aan de afbakening van het verzoek om gegevensdeling, over de periode waarin gegevensdeling noodzakelijk is, of gegevensdeling überhaupt al dan niet strikt noodzakelijk is, wanneer gegevens geanonimiseerd dienen te worden, de soort gegevens die mogen worden verstrekt, de wijze waarop gegevens worden beveiligd, de wijze waarop de belangenafweging wordt gemaakt, en de eisen waaraan een verzoek om gegevensdeling worden gesteld.
Aangezien deze algemene maatregel van bestuur (AMvB) van invloed is op de manier waarop de bepalingen in dit wetsvoorstel gaan worden toegepast, is parlementaire betrokkenheid bij de meest ingrijpende onderdelen hiervan gewenst. Dit amendement voorziet daarom in een lichte voorhang voor wijzigingen in het Algemeen douanebesluit op grond van artikel 1:39, vijfde lid, onderdelen a, d of e, of artikel 1:40, vijfde lid, onderdelen a of d.
Six Dijkstra Haage