Kamervraag 2025Z05554

De late bekendmaking van de forfaitaire rendementspercentages in Box 3

Ingediend 25 maart 2025
Beantwoord 10 april 2025 (na 16 dagen)
Indiener Wendy van Eijk-Nagel (VVD)
Beantwoord door Tjebbe van Oostenbruggen (NSC)
Onderwerpen belasting bestuur financiën rijksoverheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z05554.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20242025-1899.html
  • Vraag 1
    Klopt het dat spaarders pas op 7 maart 2025 duidelijkheid hebben gekregen over de definitieve forfaitaire rendementspercentages in Box 3 die gelden voor het jaar 2024? Wat vindt u ervan dat de ministeriële regeling pas na het openstellen van de aangifteperiode inkomstenbelasting 2024 is gepubliceerd?

    In de wetgeving voor box 3 is geregeld dat het forfaitaire rendementspercentage voor banktegoeden en schulden na afloop van het jaar wordt vastgesteld met een ministeriële regeling. Deze percentages worden met terugwerkende kracht in de wet opgenomen. De bedoeling hiervan is dat de percentages zo dicht mogelijk bij de werkelijke rendementspercentages in het betreffende jaar aansluiten.
    De percentages voor 2024 zijn inderdaad op 7 maart 2025 gepubliceerd in de Staatscourant, met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2024.1 De manier waarop de percentages worden berekend en vastgesteld is opgenomen in de wet. Dit is gebaseerd op gemiddelde rentes in de eerste elf maanden van het jaar zoals gepubliceerd door De Nederlandsche Bank (DNB). Deze gemiddeldes zijn echter niet direct op 1 december beschikbaar, maar komen jaarlijks in de loop van januari beschikbaar. Vanwege de latere beschikbaarheid is ervoor gekozen om de maand december niet mee te wegen in de berekening. Die gegevens zouden namelijk pas in februari van het volgende jaar beschikbaar komen.2 Het Ministerie van Financiën heeft dit jaar de berekende percentages op 22 januari 2024 aan de Belastingdienst aangeleverd, zodat de Belastingdienst de juiste percentages kon gebruiken in communicatie naar belastingplichtigen. Op die manier worden in het digitale aangifteformulier de juiste percentages al toegepast. Op het moment dat de aanslagen na het openstellen van de aangifteperiode inkomstenbelasting worden opgelegd staan de definitief vastgestelde percentages opgenomen in de wet. In de wet is geen uiterste publicatiedatum opgenomen voor de ministeriële regeling. Aangezien de juiste percentages met terugwerkende kracht op een bij wet voorziene wijze worden vastgesteld zie ik juridisch gezien geen bezwaren in de publicatiedatum van 7 maart 2025.

  • Vraag 2
    Klopt de veronderstelling dat alle benodigde informatie al op 1 december 2024 beschikbaar is, omdat voor het berekenen van het forfaitaire rendementspercentage banktegoeden en schulden een gemiddeld rendement wordt uitgerekend over de eerste 11 maanden van het jaar?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Wat is de reden dat het publiceren van een regeling die enkel twee getallen wijzigt alsnog drie maanden in beslag neemt?

    Zoals in het antwoord hierboven is weergegeven is de benodigde informatie om de percentages te berekenen jaarlijks pas in de loop van januari beschikbaar. Daarna moet de regeling worden opgesteld en worden voorgelegd voor een uitvoeringstoets door de Belastingdienst. Deze stappen kosten enige tijd. Het klopt echter dat sprake is van een relatief simpele regeling. Ik zal mij inspannen om de regeling volgend jaar voor 1 maart 2026 te publiceren.

  • Vraag 4
    Bent u bereid om, zolang de Wet werkelijk rendement niet is ingevoerd, de publicatie van de jaarlijkse regeling te versnellen, zodat spaarders eerder duidelijkheid hebben over het definitieve forfaitaire rendement waarover zij belasting betalen? Op welke datum verwacht u de regeling volgend jaar uiterlijk gepubliceerd te hebben?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Verwacht u nog formeelrechtelijke bezwaren en/of procedures als gevolg van de (te) late publicatie van de ministeriële regeling?

    Zoals in het antwoord op vraag 1 en 2 is aangegeven is geen sprake van een te late publicatie. Mede daardoor zie ik juridisch gezien geen bezwaren in de publicatiedatum van 7 maart 2025. Ik heb op dit moment geen indicatie voor formeelrechtelijke bezwaren of procedures.

  • Vraag 6
    Kunt u deze vragen beantwoorden voor het tweeminutendebat over Box 3?

    Ja.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2025Z05554
Volledige titel: De late bekendmaking van de forfaitaire rendementspercentages in Box 3
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20242025-1899
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Eijk over de late bekendmaking van de forfaitaire rendementspercentages in Box 3