Ingediend | 23 mei 2024 |
---|---|
Beantwoord | 25 juni 2024 (na 33 dagen) |
Indieners | Derk Boswijk (CDA), Kati Piri (PvdA), Jan Paternotte (D66), Ruben Brekelmans (VVD), Caspar Veldkamp (NSC) |
Beantwoord door | Hanke Bruins Slot (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (CDA) |
Onderwerpen | europese zaken internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2024Z08865.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-2056.html |
Ja, deze wet gaat specifiek over het nationaal mogelijk maken om private tegoeden van Russische gesanctioneerde entiteiten voor Oekraïne in te zetten.
Estland heeft bilateraal contact gehad met verschillende landen van de G7 en de EU die een dergelijke wet overwegen. Ook de Europese Commissie was betrokken bij het proces.
De wet is voorbereid in samenwerking tussen het Estse Ministerie van Buitenlandse Zaken en het Ministerie van Justitie. Ook het Estse parlement heeft verschillende juristen, academici en voormalige Kanseliers van Justitie gehoord in zowel open als gesloten sessies.
Inmiddels heeft de Estse President de wet ondertekend en zal deze in werking treden 10 dagen na publicatie in de State Gazette. De Kanselier van Justitie heeft de mogelijkheid om een grondwettelijke toets uit te voeren.
Er lopen verschillende initiatieven, met name in EU- en G7-verband. Vooralsnog is er geen internationale overeenstemming over of er een internationaalrechtelijke basis bestaat voor het gebruik van het onderliggende vermogen. Daarnaast zijn er zorgen omtrent de financieel-economische risico’s van het gebruik van onderliggend vermogen. Ondertussen wordt er gekeken wat er op korte termijn al wel mogelijk is. Het kabinet is positief over de stappen die de EU nu al zet en blijft ambitieus in het verkennen van verdergaande stappen.
Nederland is ambitieus als het gaat om het verkennen van verregaander mogelijkheden voor gebruik en probeert aan te sluiten bij initiatieven in G7-verband. Daarnaast zet het kabinet actief in om het ambitieniveau in de EU te verhogen, zoals ook aan uw Kamer is gecommuniceerd in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken op 27 mei 2024.
Linksom of rechtsom, voor het kabinet staat vast dat Rusland moet betalen voor de schade die het aanricht in Oekraïne. Daarvoor worden verschillende paden en middelen verkend. Momenteel vindt er geen discussie plaats over de naamgeving van eventuele maatregelen.
De wet die nu is aangenomen in Estland is alleen toepasbaar binnen de Estse nationale wetgeving en context. Voor Nederland geldt dat het Nederlandse sanctie-instrumentarium, gericht op buitenlandpolitieke doelstellingen en als bestuursrechtelijke, tijdelijke maatregel, zich niet leent voor gebruik van private tegoeden van gesanctioneerde entiteiten.
Op dit moment voorziet Nederlandse wetgeving niet in mogelijkheden voor confiscatie op basis van ingestelde sancties, zoals de wet die nu is aangenomen in Estland voorziet. Confiscatie van private tegoeden is in Nederland enkel mogelijk als een uitkomst van een strafrechtelijk proces. Zonder dit strafrechtelijk kader roept het overgaan tot confiscatie op basis van sancties serieuze vragen op omtrent de waarborg van individuele rechten zoals het eigendomsrecht. Bovendien zouden nationale sanctiemaatregelen de werking van de interne markt kunnen aantasten, het vrije verkeer beperken en een concurrentieverstorend effect hebben. Wel geeft Nederland – via Nederlandse wetgeving – uitvoering aan alle VN- en EU-sancties.
Om Rusland te laten betalen voor de schade die het aanricht, is het kabinet ambitieus in het verkennen van alle opties samen met internationale partners. Nederland pleit voor een actieve verkenning van verdergaande mogelijkheden ten aanzien van de geïmmobiliseerde tegoeden van de Russische Centrale Bank, hetgeen niet gaat over confiscatie van private tegoeden buiten de strafrechtketen om. Op dit moment is er echter internationaal gezien geen overeenstemming over een dergelijke stap. Mocht dat er wel komen dan zal Nederland daar uitvoering aan geven.