Kamervraag 2018Z15105

de toekenning van de mensenrechtentulp aan Zeid Ra’ad Al Hussein

Ingediend 3 september 2018
Beantwoord 4 september 2018 (na 1 dagen)
Indieners Pieter Omtzigt (CDA), Joël Voordewind (CU), Sjoerd Sjoerdsma (D66)
Beantwoord door Stef Blok (minister buitenlandse zaken) (VVD)
Onderwerpen criminaliteit openbare orde en veiligheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z15105.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-3068.html
  • Vraag 1
    Klopt het dat u de mensenrechtentulp uitreikt aan de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, de Jordaanse prins Zeid Ra’ad Al Hussein, die ervan wordt beschuldigd door klokkenluiders aan de orde gebrachte misstanden binnen de Verenigde Naties (VN) in de doofpot gestopt te hebben?1

    Vanwege het 70-jarig bestaan van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het 20-jarig bestaan van de VN Verklaring over mensenrechtenverdedigers is dit jaar in plaats van de afgelopen jaren gehanteerde selectieprocedure gekozen voor een eenmalige speciale editie van de Mensenrechtentulp. Ik heb besloten deze speciale editie toe te kennen aan de uitgaande VN Hoge Commissaris voor de Mensenrechtenrechten. Daarnaast heb ik besloten op of rond de internationale dag voor de mensenrechten, op 10 december, enkele lokale Mensenrechtentulpen uit te reiken aan mensenrechtenverdedigers via een aantal deelnemende Nederlandse ambassades.2
    Het besluit om de Mensenrechtentulp 2018 toe te kennen aan Zeid Ra'ad Al Hussein is gebaseerd op zijn persoonlijke betrokkenheid en zijn moedige, onafhankelijke optreden om mensenrechtenverdedigers te steunen tijdens zijn mandaat als VN Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van september 2014 tot en met augustus 2018. Vanwege zijn uitgesproken en kritische houding, staat Zeid Ra'ad Al Hussein symbool voor alle mensenrechtenverdedigers wereldwijd. Bij de besluitvorming rond de toekenning was geen onafhankelijke commissie betrokken.
    Het kabinet is van mening dat in alle gevallen waarin een klokkenluider misstanden aan het licht brengt, er een onafhankelijk onderzoek moet plaatsvinden waarin alle relevante aspecten worden onderzocht. Een goed functionerend meldingsmechanisme, inclusief klokkenluidersbescherming, is onmisbaar voor een adequate reactie op wangedrag of schending van ethische standaarden. Voor de zaken Kompass en Brown zijn er reeds uitspraken van de Ethics Office en het UN Disciplinary Tribunal. De zaak van Mw. Reilly is nog aanhangig voor het UN Disciplinary Tribunal. Uiteraard zal het kabinet lopende klokkenluiderszaken bij de VN, inclusief degene van Mw. Reilly, actief blijven volgen.

  • Vraag 2
    Kunt u toelichten wat op welke wijze de keuze voor de betreffende Hoge Commissaris tot stand is gekomen?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Is er een onafhankelijke commissie geweest die de prijs heeft toegekend? Zo ja, wie waren daarvan de leden?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 4
    Klopt het dat Emma Reilly eerder een klokkenluiderszaak bij de Hoge Commissaris aan de orde stelde, maar hiertoe geen gehoor vond?

    De zaak van Mw. Emma Reilly ging over het delen van een lijst met namen van mensenrechtenverdedigers aan de Chinese autoriteiten door staf van de OHCHR. OHCHR heeft deze aantijgingen ten stelligste ontkend.3 De claim van Mw. Reilly over het delen van de lijst en de vermeende tegen haar gerichte represaillemaatregelen binnen OHCHR zijn behandeld door de VN Ethics Office. De Ethics Office heeft vastgesteld dat de claims ongefundeerd zijn er geen vergelding heeft plaatsgevonden door de leiding van de OHCHR tegen Mw. Reilly. Er loopt nog een procedure bij het UN Disciplinary Tribunal. Het kabinet wacht de uitkomst daarvan met belangstelling af.

  • Vraag 5
    Wat is de gang van zaken rondom deze klokkenluiderszaak geweest? Hoe beoordeelt u het handelen van de Hoge Commissaris in deze zaak?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Op welke wijze acht u het terecht dat u de Hoge Commissaris de hoogste mensenrechtenprijs van Nederland toekent, terwijl momenteel verschillende beschuldigingen van niet-gehonoreerde klokkenluiderszaken aan zijn adres gericht zijn?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 7
    Hoe beoordeelt u het handelen van de Hoge Commissaris in de zaak van Anders Kompass, klokkenluider over vredessoldaten die zich vergrepen aan jonge kinderen in de Centraal Afrikaanse republiek?

    Het kabinet hecht groot belang aan zorgvuldige omgang met klokkenluiders. Daarom zet het kabinet zich in voor zowel verbetering van de bescherming van klokkenluiders binnen het VN-systeem als voor een verbeterde aanpak van seksuele uitbuiting en seksueel misbruik (zero tolerance beleid), en steunt de additionele maatregelen die sinds de zaak Kompass binnen het VN-systeem zijn genomen. Het kabinet verwijst ter zake naar de reactie op het televisieprogramma van Zembla (Kamerstuk 34 775 V, nr. 74).
    De SGVN heeft destijds, kort nadat de zaak over seksueel misbruik van kinderen aan het licht kwam, opdracht gegeven om deze zaak inhoudelijk grondig te laten onderzoeken door een extern panel. Het onderzoeksrapport concludeerde dat de VN niet adequaat heeft gereageerd op de zaak en constateerde systematische problemen in het VN systeem. Wat betreft de rol van de Hoge Commissaris in de zaak concludeerde het onafhankelijke panel dat zijn handelen niet als machtsmisbruik kan worden gekwalificeerd.4
    De reactie van Hoge Commissaris Zeid Ra'ad Al Hussein op zijn optreden in de zaak van Anders Kompass is opgenomen in de Annex bij het onderzoeksrapport van het onafhankelijke panel, «Taking Action on Sexual Exploitation and Abuse by Peacekeepers, Report of an Independent Review on Sexual Exploitation and Abuse by International Peacekeeping Forces in the Central African Republic».5

  • Vraag 8
    Bent u bereid de Hoge Commissaris te verzoeken deze klokkenluiders excuses te maken voor zijn behandeling van hun klachten?

    In bilaterale gesprekken voorafgaande aan de uitreiking van de Mensenrechtentulp is met Zeid Ra’ad Al Hussein teruggeblikt op zijn termijn als Hoge Commissaris. Daarbij zijn zijn verdiensten ter sprake gekomen als ook de lessons learned. Het is niet aan het kabinet om Zeid Ra’ad Al Hussein zijn excuses over deze specifieke zaken te vragen.

  • Vraag 9
    Bent u bereid hem te vragen dit te doen voordat hij de prijs in ontvangst neemt?

    Zie antwoord vraag 8.

  • Vraag 10
    Bent u bereid deze vragen per ommegaande, voorafgaand aan de prijsuitreiking, te beantwoorden?

    De vragen zijn zo snel als mogelijk beantwoord.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2018Z15105
Volledige titel: de toekenning van de mensenrechtentulp aan Zeid Ra’ad Al Hussein
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20172018-3068
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Sjoerdsma, Omtzigt en Voordewind over de toekenning van de mensenrechtentulp aan Zeid Ra’ad Al Hussein