Kamervraag 2018Z14911

Het bericht ‘In de zoveelste onderwijsfraudezaak blijft de inspectie opvallend stil’

Ingediend 27 augustus 2018
Beantwoord 17 september 2018 (na 21 dagen)
Indiener Eppo Bruins (CU)
Beantwoord door Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen onderwijs en wetenschap organisatie en beleid voortgezet onderwijs
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z14911.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-3233.html
1. Nederlands Dagblad, 23 augustus 2018
2. Kamerstuk 34 251, nr. 60
  • Vraag 1
    Kent u het artikel «In de zoveelste onderwijsfraudezaak blijft de inspectie opvallend stil»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Klopt het dat de raad van toezicht van de Hanzehogeschool Groningen expliciet zijn klankbordfunctie heeft gesteld boven een rol als toezichthouder? Zo ja, wat vindt u daarvan? Zo nee, hoe interpreteert u het toetsingskader?

    In artikel 10.3d, tweede lid van de WHW is de wettelijke taak van een raad van toezicht van een hogeschool als volgt gedefinieerd: «De raad van toezicht houdt [...] toezicht op de uitvoering van de werkzaamheden en de uitoefening van bevoegdheden door het college van bestuur en staat dit college met raad ter zijde.» In de branchecode Goed Bestuur Hogescholen is bepaald dat de raad van toezicht hiertoe een toetsingskader hanteert. De raad van toezicht van de Hanzehogeschool Groningen voldoet aan deze afspraak. Uit een door mij ontvangen toelichting van de Hanzehogeschool maak ik op dat de raad van toezicht in het najaar van 2017 de in het opiniestuk genoemde melding heeft ontvangen en geanalyseerd. Na deze analyse heeft de raad besloten geen nader onderzoek naar vermeende misstanden in te stellen omdat de melding onvoldoende redelijke gronden bevatte voor het bestaan van deze misstanden. De raad heeft deze gang van zaken uit eigen beweging gemeld bij de inspectie van het onderwijs (hierna: inspectie). Ook de inspectie zag op basis van de melding en de informatie van de raad van toezicht geen aanleiding om nader onderzoek in te stellen.

  • Vraag 3
    Vindt u dat in het betreffende toetsingskader de checks and balances goed zijn geborgd?

    Ik verwijs naar het antwoord op vraag 2.

  • Vraag 4
    Zijn er meer van dergelijke toetsingskaders in het hoger beroepsonderwijs van kracht?

    In de branchecode Goed Bestuur Hogescholen is bepaald dat raden van toezicht van hogescholen een toetsingskader hanteren.

  • Vraag 5
    Heeft de onderwijsinspectie inderdaad een rapport over wanbeheer bij de Hanzehogeschool ontvangen van een klokkenluider? Hoe is met dit rapport omgegaan?

    De inspectie heeft inderdaad een rapport over vermeend wanbeheer bij de Hanzehogeschool ontvangen. De inspectie kreeg het betreffende rapport van zowel een individuele melder als van de raad van toezicht van de Hanzehogeschool. De inspectie heeft het rapport bekeken en er met de Raad van Toezicht van de Hanzehogeschool over gesproken. Op basis van het rapport en het gesprek daarover met de raad van toezicht zag de inspectie geen reden voor nader onderzoek.
    Met de melder is de inspectie momenteel in contact over de vraag of diens zending meer informatie bevatte dan het beoordeelde rapport, zodat de inspectie deze eventueel alsnog kan beoordelen. Achtergrond hiervan is dat vorige week is gebleken dat de zending van de melder weliswaar op 1 december 2017 bij de inspectie in ontvangst is genomen, maar vervolgens niet op de juiste plek in de organisatie terecht is gekomen. De inspectie heeft haar conclusie dat er geen reden was voor nader onderzoek derhalve bepaald op basis van het rapport van de melder dat zij van de raad van toezicht van de Hanzehogeschool heeft ontvangen. De inspectie onderzoekt momenteel wat er verkeerd is gegaan bij de ontvangst van de zending van de melder en zal zo nodig maatregelen nemen om te voorkomen dat dit in de toekomst nogmaals verkeerd gaat.

  • Vraag 6
    Is dit een kwestie die door de onderwijsinspectie dient te worden opgepakt, door het Huis voor de Klokkenluiders, of door een andere instantie? Op grond van welke argumenten?

    Ja, dit is een kwestie die door de inspectie dient te worden opgepakt. De inspectie behandelt zaken als deze als signaal. Signalen kunnen een belangrijke rol spelen in de keuzes die de inspectie in haar toezicht maakt. Uiteraard kunnen melders van misstanden zich ook wenden tot het Huis voor de Klokkenluiders. Op haar website wijst de inspectie hier ook op.

  • Vraag 7
    Op welke wijze is de klokkenluider door de onderwijsinspectie beschermd, indachtig de in 2016 met algemene stemmen aangenomen motie Bruins?2

    De inspectie houdt geheim wat door klokkenluiders aan haar wordt toevertrouwd. Dit geldt overigens in beginsel ook breder voor signalen. De inspectie deelt de inhoud van meldingen niet met derden zonder de toestemming van de melder. Dit om benadeling van de melder in welke zin dan ook te voorkomen. In gevallen waarin informatie met toestemming van de melder wordt gedeeld met derden, doet de inspectie het uiterste om te voorkomen dat de melding tot de melder kan worden herleid.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2018Z14911
Volledige titel: Het bericht ‘In de zoveelste onderwijsfraudezaak blijft de inspectie opvallend stil’
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20172018-3233
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Bruins over het bericht ‘In de zoveelste onderwijsfraudezaak blijft de inspectie opvallend stil’