Kamervraag 2015Z14541

Het belemmeren van financiële start-ups door de Autoriteit Financiële Markten

Ingediend 5 augustus 2015
Beantwoord 9 september 2015 (na 35 dagen)
Indiener Wouter Koolmees (D66)
Beantwoord door Jeroen Dijsselbloem (minister financiën) (PvdA)
Onderwerpen economie markttoezicht ondernemen
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z14541.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-3348.html
  • Vraag 1
    Kunt u bevestigen dat de Autoriteit Financiële Markten (AFM) kan eisen dat een startende financiële onderneming maximaal zes personeelsleden mag hebben?1

    Nee, de Autoriteit Financiële Markten (AFM) stelt uiteraard geen minimum- of maximumeis aan de omvang van een startende onderneming.
    De artikelen 3:8 en 4:9 van de Wet op het financieel toezicht regelen dat het dagelijks beleid van financiële ondernemingen wordt bepaald door personen die daarvoor geschikt zijn. De Nederlandsche Bank (DNB) en de AFM toetsen de geschiktheid en hebben de wettelijke geschiktheidseis uitgewerkt in de Beleidsregel geschiktheid 2012. In de praktijk is gebleken dat de eis dat een beleidsbepaler beschikt over leidinggevende vaardigheden in een hiërarchische verhouding te restrictief kan uitpakken voor een kleine onderneming. Derhalve is ervoor gekozen om voor een onderneming die bestaat uit ten hoogste zes personen, inclusief de betrokken beleidsbepaler(s), op dit punt minder strenge eisen gelden.
    De versoepelingen houden in dat een beleidsbepaler de voor zijn geschiktheid vereiste kennis en vaardigheden in één (in plaats van twee) jaar mag hebben opgedaan en dat niet hoeft worden aangetoond dat de betreffende persoon beschikt over leidinggevende vaardigheden in een hiërarchische verhouding. De gedachte achter deze versoepeling is dat beleidsbepalers die beschikken over geringe relevante werkervaring en die onvoldoende (hiërarchisch) leidinggevende ervaring hebben, een kans moeten krijgen om in de praktijk werkervaring op te doen in onder meer het hiërarchisch leidinggeven in een kleine setting met een gering aantal aan te sturen werknemers. Na een periode van een tot twee jaar (afhankelijk van de ervaring bij aanvang en na aantreden) kan een nieuwe (volledige) toetsing plaatsvinden om te beoordelen of de betreffende beleidsbepaler voldoet aan de volledige set geschiktheidseisen. Overigens kan de AFM in individuele gevallen afwijken van de Beleidsregel geschiktheid 2012 indien de toepassing daarvan onevenredige gevolgen zou hebben voor belanghebbenden wegens bijzondere omstandigheden, en die gevolgen niet in verhouding staan tot de met het beleid te dienen doelen.
    De AFM stelt dus niet de eis of beperking dat een startende financiële onderneming maximaal zes personeelsleden mag hebben. De AFM kan wel duidelijk maken dat een kandidaat-beleidsbepaler nog niet aan alle geschiktheidseisen voldoet en dat hij derhalve vooralsnog alleen geschikt wordt geacht om aan een kleine onderneming leiding te geven. Het is aan de onderneming om te kiezen voor een groei naar meer dan zes personeelsleden, maar in dat geval zal het collectief van beleidsbepalers van de onderneming moeten voldoen aan de volledige set geschiktheidseisen.

  • Vraag 2
    Wat is de reden voor deze beperking en waarop is het maximum van zes personeelsleden gebaseerd?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Wat is de wettelijke grondslag voor deze beperking?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat dit maximum een snelle groei van een startende onderneming nodeloos kan beperken, terwijl juist nieuwe toetreders kunnen zorgen voor meer concurrentie in de financiële sector? Bent u bereid om in overleg met de AFM dergelijke beperkingen te inventariseren en te heroverwegen?

    Bij de toetsing op geschiktheid bij kleine financiële ondernemingen heeft de toezichthouder de taak om een balans te vinden tussen meerdere belangen. De toezichthouder let op het belang van een stabiele, gezonde financiële sector, of de onderneming het klantbelang voldoende centraal stelt en of de bescherming van financiële consumenten voldoende is gewaarborgd. In dat kader toetst de AFM of ondernemingen geleid worden door personen die geschikt zijn voor de uitoefening van het bedrijf van deze financiële onderneming. Tegelijkertijd let de toezichthouder op het belang van gezonde concurrentie in de sector door het faciliteren van nieuwe toetreders.
    De hiervoor beschreven versoepeling van geschiktheidseisen voor kleine ondernemingen heeft juist die balans tot doel: beleidsbepalers die nog niet aan alle vereisten voor geschiktheid voldoen krijgen hierdoor de mogelijkheid om vaardigheden op te doen binnen een kleine onderneming, waardoor na verloop van tijd aan het volledige regime kan worden voldaan. Groei van de onderneming wordt hiermee dan ook niet belemmerd.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z14541
Volledige titel: Het belemmeren van financiële start-ups door de Autoriteit Financiële Markten
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-3348
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Koolmees over beweerdelijk belemmeren van financiële start-ups door de Autoriteit Financiële Markten