Kamervraag 2010Z09192

Het beperken van de instroom van studenten op succesvolle opleidingen van de TU Delft

Ingediend 8 juni 2010
Beantwoord 8 juli 2010 (na 30 dagen)
Indiener Boris van der Ham (D66)
Beantwoord door Marja van Bijsterveldt (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA)
Onderwerpen hoger onderwijs onderwijs en wetenschap
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2010Z09192.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20092010-2827.html
1. ANP, 26 mei 2010.
2. Zie eerdere mondelinge vragen van Alexander Pechtold aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen d.d. 8 september 2009.
  • Vraag 1
    Wat is uw mening over het voornemen van de TU Delft om vanaf 2011 een numerus fixus in te stellen op de bacheloropleidingen Lucht- en Ruimtevaarttechniek, Industrieel Ontwerpen en Bouwkunde?1

    Een instellingsbestuur heeft een eigen bevoegdheid jaarlijks het aantal studenten vast te stellen dat ten hoogste voor de eerste keer kan worden ingeschreven voor een bepaalde opleiding. Dat is geregeld in artikel 7.53 van de Wet op het Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Elke instelling stelt binnen de beschik-bare hoeveelheid financiële middelen eigen prioriteiten en maakt afwegingen over de aard en de omvang van haar onderwijsaanbod en de inzet van mensen en middelen die daarbij nodig is. Voor keuzes die zij in het kader van die beleids-vrijheid maakt, draagt de instelling een eigen verantwoordelijkheid. De instelling heeft deze keuze gemaakt omdat de fors gegroeide instroom van studenten leidt tot capaciteitsproblemen. Daarbij gaat het zowel om faciliteiten (practicum-ruimten, ontwerpstudios e.d.) als beschikbare personele capaciteit. De keuze om de groei van de instroom te beperken, omdat deze anders de kwaliteit van het onderwijs in het geding komt, kan ik billijken.

  • Vraag 2
    Kunt u aangeven hoe het mogelijk is dat een universiteit om financiële redenen gedwongen wordt om de instroom van studenten op succesvolle studies te beperken?

    De afgelopen jaren is de toename van het aantal studenten in het hoger onderwijs door de regering gefinancierd. In aanvulling daarop is door het kabinet Balkenende IV voor de jaren 2008–2010 in het wetenschappelijk onderwijs en -onderzoek een bedrag van € 228 miljoen geïnvesteerd. Bij de TU Delft maar ook bij andere universiteiten was sprake van financiële problematiek vanwege de overgangsmaatregel invoering bachelor-master-structuur. Deze problematiek is opgelost via een met alle universiteiten afgesproken compensatiemaatregel.
    Dit financiële kader is een gegeven voor elke instelling in het hoger onderwijs. De TU Delft maakt hierin zijn eigen keuzes. Het is de verantwoordelijkheid van de instelling om tot een doelmatige inzet van mensen en middelen te komen, gegeven het beschikbare financiële kader, met inachtneming van de gevolgen van deze inzet voor de kwaliteit van het onderwijs.

  • Vraag 3
    Kunt u aangeven hoe het besluit van de universiteit zich verhoudt tot het besluit van uw voorganger om een fout in de financiering van universiteiten over een zeer lange termijn van veertien jaar recht te zetten en over het te weinig uitbetaalde bedrag geen rente te berekenen?2

    Ik zie geen wezenlijke relatie tussen het besluit van het instellingsbestuur om een capaciteitsfixus in te stellen en de omgang met de effecten van de overgangs-maatregel invoering bachelor-masterstructuur. Over de achtergronden van de totstandkoming, uitvoering en beëindiging van deze maatregel is de Tweede Kamer geïnformeerd in de brief van 14 september 2009 (Tweede Kamer, 2008-2009, 29 281, nr. 17).

  • Vraag 4
    Is de fout in de berekening ondertussen hersteld zodat de problemen zich in de toekomst niet opnieuw zullen voordoen?

    Zie het antwoord op vraag 3.

  • Vraag 5
    Hoe verhoudt het besluit van de TU Delft zich tot uw doelstelling om meer bèta’s op te leiden zoals geformuleerd door het platform Bèta Techniek?

    In 2004 is het Platform Bèta Techniek van start gegaan met de uitvoering van het Deltaplan Bèta/Techniek. Eén van de doelstellingen van het Deltaplan Bèta/Techniek is het verhogen van de instroom van studenten met 15% in 2007 ten opzichte van 2000. Deze doelstelling is al in 2005 behaald. De instroom in het bèta/technische wetenschappelijk onderwijs is het afgelopen jaar met maar liefst 51% toegenomen ten opzichte van 2000. De instroom bij de andere opleidingen van TU Delft wordt overigens niet beperkt.

  • Vraag 6
    Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat de instroom van bètastudenten niet afneemt?

    De komende jaren zal het Platform Bèta Techniek zich onder andere richten op het waarborgen en verankeren van het beleid en de resultaten die de afgelopen jaren zijn bereikt. Daarnaast is in het wetenschappelijk onderwijs het sectorplan Natuur- en Scheikunde ontwikkeld. Met dit sectorplan hebben de instellingen het initiatief genomen in het verlengde van het Sprint-programma van het Platform Bèta Techniek instroom en rendement van de bèta-opleidingen te verhogen. Met een sterkere koppeling tussen onderzoek en onderwijs wordt beoogd te komen tot 500 extra BSc afgestudeerden per jaar vanaf 2016 en fundamenteel onderzoek dat zich internationaal blijvend kan meten met de topinstituten in de wereld.

  • Vraag 7
    Hoe gaat u ervoor zorgen dat voldoende financiële middelen beschikbaar zijn, zodat universiteiten niet op basis van financiële tekorten de instroom in hun opleidingen moeten beperken?

    Zoals bij het antwoord op vraag 2 is aangegeven acht ik de omvang van de financiële middelen die instellingen ter beschikking staan niet alles bepalend bij de besluitvorming over een capaciteitsfixus: de kwaliteit van het onderwijs, beschikbare faciliteiten en personele capaciteit nemen niet vanzelfsprekend toe bij een toename van financiële middelen. Dit laat onverlet dat het overigens gelet op de demissionaire status van deze regering niet aan mij is uitspraken te doen over het toekomstige financiële perspectief van de universiteiten.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2010Z09192
Volledige titel: Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het beperken van de instroom van studenten op succesvolle opleidingen van de TU Delft (ingezonden 8 juni 2010).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20092010-2827
Volledige titel: Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het beperken van de instroom van studenten op succesvolle opleidingen van de TU Delft (ingezonden 8 juni 2010).