Voorgesteld 19 oktober 2023
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat van de 900.000 woningen die tot 2030 gerealiseerd moeten worden twee derde betaalbaar moet zijn;
constaterende dat de Minister woningen tot € 355.000 als betaalbaar kwalificeert, terwijl dat voor een heel groot deel van de woningzoekenden helemaal niet betaalbaar is;
constaterende dat een gemiddelde alleenverdienende starter slechts 3% van de koopwoningen in Nederland kan financieren;
constaterende dat er in de markt voorbeelden zijn van bouwers die betaalbare woningen kunnen opleveren vanaf € 160.000, onder andere door ruimteoptimaal en fabrieksmatig te bouwen;
overwegende dat een omslag nodig is waarbinnen we veel meer moeten sturen op écht betaalbare woningen voor starters en middeninkomens;
verzoekt de regering om als voorwaarde van bouwsubsidies, impulsen en woonafspraken te waarborgen dat een aanzienlijk deel van de op te leveren woningen een verkoopprijs heeft van onder de € 250.000,
en gaat over tot de orde van de dag.
Boulakjar
Grinwis
Peter de Groot