Voorgesteld 19 april 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het kabinet een ambitieuze aanpak voorstaat om uit de stikstofcrisis te komen;
overwegende dat in het coalitieakkoord is vastgelegd dat de doelstellingen in de Wet stikstofreductie en natuurverbetering van 2035 naar 2030 worden versneld;
overwegende dat hiermee de doelen in lijn komen met het advies van het Adviescollege Stikstofproblematiek, de commissie-Remkes;
overwegende dat hierbij alle sectoren hun evenredige stikstofbijdrage moeten leveren en dat duidelijkheid aan alle sectoren zo snel mogelijk geleverd moet worden;
overwegende dat het doel van de aanpak is om de natuur in goede staat te brengen en dat hierbij is gekozen voor een bredere aanpak dan alleen de kritische depositiewaarde en wordt gewerkt vanuit een brede natuurdoelanalyse;
verzoekt de regering om de stikstofdoelen zo snel mogelijk, uiterlijk eerste helft van 2023, in artikel 1.12a van de Wet natuurbescherming en artikel 2.15a van de Omgevingswet vast te leggen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Tjeerd de Groot
Van Campen