Gepubliceerd: 7 januari 2022
Indiener(s): Wopke Hoekstra (minister financiën) (CDA)
Onderwerpen: begroting financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35466-16.html
ID: 35466-16

Nr. 16 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 januari 2022

Op 19 mei 2020 heeft de Raad van de Europese Unie (de Raad) het noodinstrument SURE goedgekeurd (European instrument for temporary support to mitigate unemployment risks in an emergency). SURE is een instrument voor tijdelijke steun om inkomensverlies van burgers als gevolg van de COVID-19-uitbraak op te vangen en de toename in werkloosheid en de gevolgen ervan te beperken, alsook sommige uitgaven ten behoeve van gezondheid te financieren.

Op 1 december 2021 heeft Hongarije een verzoek gedaan om additionele middelen uit de SURE faciliteit. Op 9 december 2021 heeft Portugal een verzoek gedaan om aanvullende maatregelen te financieren met reeds toegekende SURE middelen. In onderstaande ga ik kort in op de kenmerken van SURE en reeds toegekende middelen, en vervolgens op de beide verzoeken.

Kenmerken SURE en geschiedenis van aanvragen voor SURE middelen

Over de ontstaansgeschiedenis van SURE, de inhoud van de verordening1 en de budgettaire gevolgen bent u onder meer geïnformeerd middels een brief van 20 mei 2020.2

De Europese Commissie (de Commissie) kan onder SURE namens de Europese Unie tot 31 december 2022 voor 100 miljard euro aan leningen aantrekken op de kapitaalmarkten of bij financiële instellingen om die vervolgens als leningen aan lidstaten te verstrekken. Terugbetaling wordt gegarandeerd door de marge onder het Eigenmiddelenplafond en de aanvullende bilaterale garantie die alle EU-lidstaten hebben afgegeven. De bilaterale garanties lopen tot 31 december 2053.

Volgens de SURE-verordening kunnen landen die sinds 1 februari 2020 te maken hebben met plots en sterk gestegen overheidsuitgaven als gevolg van nationale maatregelen die rechtstreeks verband houden met werktijdsverkortingsregelingen of soortgelijke maatregelen een lening onder SURE aanvragen om de sociaaleconomische gevolgen van de COVID-19 uitbraak op te vangen. Middelen die onder SURE worden toegekend moeten hoofdzakelijk worden gebruikt voor dergelijke maatregelen en, waar passend, ter ondersteuning van sommige zorgmaatregelen, met name gerelateerd aan de werkplek.3 De verordening vereist dat de Commissie na een aanvraag door een lidstaat voor SURE-middelen bovengenoemde stijging van de overheidsuitgaven verifieert.

Op 26 september 2020 zijn voor 16 landen uitvoeringsbesluiten voor gebruik van SURE goedgekeurd door de Raad van de Europese Unie (de Raad). Via deze uitvoeringsbesluiten wordt de Europese Commissie gemandateerd namens de Unie een maximum bedrag aan een land uit te lenen. Ik heb u hierover bericht middels mijn brief van 3 september 20204 en met een nadere appreciatie in de beantwoording van Kamervragen.5 Daarna zijn ook uitvoeringsbesluiten voor leningen aan Hongarije (23 oktober 2020), Ierland (4 december 2020) en Estland (22 maart 2021) goedgekeurd. U bent hierover via individuele kamerbrieven geïnformeerd.6 Op 23 april 2021 heeft de Raad middels nieuwe uitvoeringsbesluiten de oorspronkelijke uitvoeringsbesluiten van België, Cyprus, Griekenland, Letland en Litouwen en Malta aangepast. Dit naar aanleiding van een aanvullend beroep dat deze lidstaten op SURE hebben gedaan. U bent hierover geïnformeerd op 23 april 2021.7 Goedkeuring van uitvoeringsbesluiten onder SURE vindt plaats door de Raad op basis van gekwalificeerde meerderheid.

Verzoek om additionele middelen uit SURE door Hongarije

Op 1 december 2020 heeft Hongarije een aanvullend bedrag van 147,1 miljoen euro onder SURE aangevraagd. Doel is om hiermee de verlenging tot juni 2021 van diverse maatregelen die oorspronkelijk waren ingesteld voor de periode maart 2020 tot en met december 2020 te financieren. De verlengde maatregelen, gericht op ondernemingen die hun personeel in loondienst houden en sterk geraakt zijn door maatregelen ter bestrijding van de pandemie, betreffen de opschorting van de sociale bijdrage belasting voor werkgevers, vrijstelling van de opleidingsheffing voor werkgevers, verlaging van een heffing voor re-integratiekosten voor werkgevers en uitsluiting voor kleine ondernemingen van personeelskosten van de belastinggrondslag. Voor eenmansbedrijven en zelfstandigen is de vrijstelling van de forfaitaire heffing voor ondernemingen die weinig belasting betalen verlengd. Daarnaast heeft Hongarije een nieuwe maatregel geïntroduceerd die het wil financieren met de SURE-middelen. Het betreft een eenmalige maatregel om zelfstandigen zonder personeel in sectoren die getroffen zijn door de noodtoestand tijdelijk te ondersteunen tot maximaal de hoogte van het minimumloon, onder voorwaarde dat zij hun bedrijfsactiviteiten na het opheffen van de noodtoestand weer voor minimaal twee maanden doorzetten.

De Commissie heeft de stijging in gerealiseerde en geplande uitgaven door Hongarije geverifieerd en op basis daarvan een voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad ter wijziging van het oorspronkelijke uitvoeringsbesluit gedaan.8 De aanpassingen in het oorspronkelijke uitvoeringsbesluit voor Hongarije leiden, behoudens de door Hongarije verzochte ophoging van het maximaal te lenen bedrag, niet tot het aanpassen van de eerder afgesproken financiële voorwaarden. Zo mag Hongarije tot maximaal 18 maanden na goedkeuring van het oorspronkelijke uitvoeringsbesluit leningen inroepen en kunnen deze een maximale gemiddelde looptijd hebben van 15 jaar. Op basis van het door de Raad goedgekeurde uitvoeringsbesluit zal de Commissie de leenovereenkomst met Hongarije aanpassen.

Het kabinet is van mening dat zowel de verlenging van de financiering van reeds onder het oorspronkelijke uitvoeringsbesluit van Hongarije goedgekeurde maatregelen alsook de financiering van de nieuwe maatregel voor zelfstandigen zonder personeel recht doen aan de doelstellingen en de vereisten van SURE. Het kabinet is daarom voornemens in te stemmen met het nieuwe uitvoeringsbesluit voor Hongarije.

Na goedkeuring van het wijzigende uitvoeringsbesluit voor Hongarije is in totaal 94,4 miljard euro aan SURE-middelen toegekend, van maximaal 100 miljard euro.

Verzoek door Portugal om aanvullende maatregelen onder SURE

Op 9 december heeft Portugal een verzoek ingediend om drie aanvullende maatregelen toe te voegen aan de lijst met maatregelen op basis waarvan het op 25 september 2020 SURE-leningen toegekend kreeg.9

De eerste aanvullende maatregel betreft het introduceren van financiële ondersteuning voor zelfstandigen, werknemers zonder toegang tot de sociale zekerheid en managers wiens inkomen in het bijzonder is geraakt door de pandemie. Daarnaast wordt een nieuwe uitkering op bijstandsniveau voor artiesten, schrijvers, technici en andere mensen werkzaam in de culturele sector toegevoegd. Als derde maatregel wordt extra zorgpersoneel ingehuurd en worden nieuw gecreëerde mogelijkheden voor overwerk door zorgmedewerkers in de nationale gezondheidsdienst uitbetaald.

Het is de verwachting dat de aanvullende maatregelen kunnen worden gefinancierd onder de reeds op 25 september 2020 toegekende SURE-middelen van 5,9 miljard euro. Portugal heeft daarom geen grotere envelop onder SURE aangevraagd.

De Commissie heeft de stijging in gerealiseerde en geplande uitgaven door Portugal geverifieerd en op basis daarvan een voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad ter wijziging van het oorspronkelijke uitvoeringsbesluit gedaan.10 De onder de oorspronkelijke SURE-toekenning gemaakte financiële afspraken blijven daarin onveranderd.

Het kabinet is van mening dat de nieuwe Portugese maatregelen recht doen aan de doelstellingen en de vereisten van SURE. Het kabinet is daarom voornemens in te stemmen met het nieuwe uitvoeringsbesluit voor Portugal.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra