Kamerstuk 35300-A-85

Voortgang project Lichteren Buitenhaven IJmuiden

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020

Gepubliceerd: 16 april 2020
Indiener(s): Cora van Nieuwenhuizen (minister infrastructuur en waterstaat) (VVD)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35300-A-85.html
ID: 35300-A-85

Nr. 85 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 april 2020

Met deze brief wil ik u informeren over de resultaten die zijn bereikt om te komen tot een nieuwe lichterlocatie in combinatie met een nieuw havengebied dat met name is bedoeld voor de uitrol van windmolenparken op de Noordzee en de sloop van oude productieplatforms. Met de beoogde bouw van deze zogenaamde «Energiehaven» is een door alle partijen zeer gewenste havenontwikkeling mogelijk geworden en kan IJmuiden en het Noordzeekanaalgebied nog meer dan nu al het geval is, inspelen op de energietransitie die al volop in beweging is.

Veel bulkschepen die bestemd zijn voor de haven van Amsterdam worden zo diep afgeladen dat ze voor het sluizencomplex IJmuiden moeten worden «gelichterd» (gedeeltelijk gelost) om met de juiste diepgang de Noordersluis te kunnen passeren om vervolgens door te varen naar Amsterdam. De huidige lichtervoorziening ligt aan de rand van en gedeeltelijk in de vaargeul van en naar de Noordersluis en vormt daardoor een nautisch veiligheidsknelpunt. Het oude plan was erop gericht de nautische veiligheid en een vlotte doorvaart in het gebied te garanderen door middel van een nieuwe lichterlocatie (insteekhaven) op de plek van het huidige baggerspeciedepot (voormalige Averijhaven). Het MIRT-project voorzag in het ontmantelen en opruimen van het huidige baggerspeciedepot en het creëren van een noodzakelijke lichterlocatie.

Met het nieuwe plan om de Energiehaven te creëren is de nautische veiligheid in het gebied geborgd door een lichterlocatie meer oostelijk te realiseren voor het terrein van TaTa Steel met medewerking van dat bedrijf. Zo is er sprake van een win-win situatie voor iedereen.

Inmiddels is in samenwerking met alle betrokken partijen gebleken dat de gewenste ontwikkeling van het havengebied naar Energiehaven zowel maakbaar als financieel mogelijk is, waarmee wordt ingespeeld op de energietransitie. Ook wordt de nautische veiligheid in het gebied is geborgd, doordat de lichterlocatie verplaatst zal worden verplaatst naar het terrein van Tata Steel. De regiopartijen, Provincie Noord-Holland, gemeente Velsen en de havenbedrijven van Amsterdam en IJmuiden zullen een gezamenlijk consortium vormen om de Energiehaven te exploiteren en daarbij samenwerken met Tata Steel.

De uitgevoerde kosten-batenanalyse laat zien dat er transportkostenvoordelen zijn door kortere aanvaarroutes vanuit IJmuiden naar de nieuw aan te leggen windmolenparken. Naast de aanleg van duurzame energievoorziening zorgen kortere vaartijden er voor vermindering van de CO2-uitstoot van de scheepvaart. Het CPB heeft de kosten-batenanalyse beoordeeld en onderschrijft de conclusie dat de locatie van de Energiehaven op landelijk niveau tot kostenbesparingen kan leiden. Daarbij wordt wel aangegeven dat het door het consortium berekende maatschappelijk rendement een mate van onzekerheid kent. Ook is er op nationaal niveau geen sprake van extra werkgelegenheid of extra toegevoegde waarde. Echter, gezien de klimaatopgave en de andere genoemde voordelen acht ik het op zijn plaats dat de betrokken partijen in de gelegenheid worden gesteld de planvorming voor de Energiehaven te finaliseren en te komen tot realisatie. Voor de geplande werkzaamheden aanvangen worden de milieueffecten in beeld gebracht en een milieueffectrapportage opgesteld.

Regiopartijen zijn in een complexe omgeving met publieke en private partijen jarenlang zoeken geweest naar een optimale invulling van dit project. Hier is vertraging ontstaan. Momenteel is het consortium van regiopartijen bezig met de nadere detaillering van het project en planning. Zodra hierover meer concreetheid bestaat, zal ik u nader informeren.

Oorspronkelijk bedroeg het budget voor het volledig saneren van het baggerspeciedepot en inrichten van de lichterlocatie in de Averijhaven zoals jaarlijks opgenomen in het MIRT-projectenboek, € 65 mln. In de nieuwe situatie wordt het depot gedeeltelijk door het Rijk gesaneerd (de aanwezige staalslakken worden gebruikt voor de verharding van het haventerrein), met een raming van vooralsnog € 33 mln. Daarnaast draagt het Rijk € 27 mln. bij aan de ontwikkeling van de Energiehaven door het consortium. Met de uitgave van in totaal ca. € 60 mln. wordt zodoende én een veilige lichterlocatie gecreëerd in de buitenhaven van IJmuiden én draag ik bij aan de ontwikkeling van een nieuwe Energiehaven op en rond het door het Rijk gesaneerde slibdepot.

Met de geschetste ontwikkeling wordt de ruimte in het havengebied IJmuiden optimaal gebruikt, is de nautische veiligheid geborgd en wordt de ontwikkeling rondom opwekking van energie op zee gefaciliteerd.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga