Gepubliceerd: 12 juli 2019
Indiener(s): Raymond Knops (staatssecretaris binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (CDA)
Onderwerpen: internationaal openbare orde en veiligheid organisatie en beleid reizen
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35047-10.html
ID: 35047-(R2108)-10

Nr. 10 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG VAN DE STATEN VAN SINT MAARTEN

Vastgesteld 12 juli 2019

De in de Staten van Sint Maarten aanwezige fracties van de United St. Maarten Party en de National Alliance hebben kennis genomen van het onderhavige voorstel van rijkswet en hebben een aantal op- en aanmerkingen gemaakt. Graag wil ik de fracties bedanken voor hun bijdragen.

Een deel van de vragen heeft betrekking op de in het voorstel van rijkswet opgenomen wijziging van de artikelen 26 en 40 van de Paspoortwet. Die wijziging houdt in dat aan de Gouverneur en de door de Gouverneur na overleg met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties daartoe aangewezen autoriteiten de taak wordt toebedeeld om aanvragen in ontvangst te nemen voor Nederlandse identiteitskaarten en deze vervolgens te verstrekken. De Raad van Advies van Curaçao heeft op 10 juli 2018 over het voorstel van rijkswet geadviseerd, waarbij onder andere is ingegaan op de uitvoeringsaspecten daarvan voor het land Curaçao. De inhoud van dit advies is door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) meegenomen in gesprekken over de uitvoering van de voorgestelde regelgeving. Hierbij bleken er gaandeweg vragen op te komen over het voornemen om de uitgifte van Nederlandse identiteitskaarten bij de kabinetten van de Gouverneurs c.q. de door de Gouverneurs eventueel aan te wijzen afdelingen burgerzaken van de Caribische landen te beleggen. Naar aanleiding van deze signalen heeft nader overleg met de betrokkenen plaatsgevonden en is besloten deze taak te laten uitvoeren door de Nederlandse vertegenwoordigingen in deze landen samen met een door de Minister van BZK aangewezen autoriteit in het Europese deel van Nederland. Het voorstel van rijkswet is daartoe bij nota van wijziging aangepast.

Het voorgaande brengt met zich mee dat de vragen die door de fracties gesteld zijn met betrekking tot de uitvoeringsaspecten van het wetsvoorstel, voor zover die vragen specifiek zien op de uitgifte van Nederlandse identiteitskaarten door de Gouverneur en de eventueel aan te wijzen afdeling burgerzaken van Sint Maarten, in deze nota naar aanleiding van het verslag verder buiten behandeling kunnen blijven.

De United St. Maarten Party geeft aan zich zorgen te maken over de privacy aspecten van dit voorstel in het algemeen en met name over de beveiliging van de chip in de e-NIK. De fractie zou graag zien dat deze bezorgdheid binnen het rapport naar voren wordt gebracht en dat er een toelichting wordt gegeven omtrent de waarborging van de privacy van burgers binnen het hele Koninkrijk, maar met name Sint Maartenaren.

De regering hecht, evenals de United St. Maarten Party-fractie, aan een goede beveiliging van de chip in de Nederlandse identiteitskaarten, paspoorten en andere reisdocumenten. Zoals vermeld in de memorie van toelichting bij het voorstel van rijkswet worden de beveiligingsmaatregelen met betrekking tot de fysieke documenten, die al van een hoog niveau zijn, voortdurend verder ontwikkeld om nieuwe bedreigingen die het vertrouwen in deze documenten zouden kunnen schaden het hoofd te bieden. Dit geldt ook voor de daarop aangebrachte elektronica in de chip. Daarmee wordt al het mogelijke in het werk gesteld om de privacy van de burger te blijven beschermen en misbruik van deze documenten tegen te gaan.

De United St. Maarten Party vraagt of er een vertegenwoordiger van het kantoor van de gouverneur en iemand van het Ministerie van Algemene Zaken kan komen om aan te geven vanuit hun perspectief wat voor invloed dit voorstel zal hebben.

De National Alliance fractie vragen of het mogelijk is meer uitleg te ontvangen omtrent de voor- en nadelen van deze wet zodat een discussie kan worden gevoerd in de Centrale Commissie, en dat een groter deel van de Staten op de hoogte is van dit voorstel.

Ik heb inmiddels op 11 juni 2019 een nota naar aanleiding van het verslag uitgebracht waarin uitgebreid wordt ingegaan op de vragen van de leden van de Tweede Kamer. Ik ga ervan uit dat die nota in combinatie met de antwoorden die ik u geef in deze nota en in de nota naar aanleiding van het verslag van de Staten van Curaçao een goed beeld geven van mijn plannen aangaande de introductie van de e-NIK en het uitbreiden van het basisregister reisdocumenten.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops