Kamerstuk 35000-X-106

Reactie op de motie van het lid Belhaj over het waarborgen van onafhankelijkheid van onderzoeken door IVD en COID

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2019

Gepubliceerd: 12 maart 2019
Indiener(s): Barbara Visser (staatssecretaris defensie) (VVD), Ank Bijleveld (minister defensie) (CDA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35000-X-106.html
ID: 35000-X-106

Nr. 106 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 maart 2019

Tijdens het ordedebat op 12 februari 2019 (Handelingen II 2018/19, nr. 52, item 16) heeft het lid Belhaj (D66) ons verzocht nader in te gaan op de uitwerking van de motie met Kamerstuk 35 000 X, nr. 90 over het waarborgen van de onafhankelijkheid van onderzoeken door de Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) en de Centrale Organisatie Integriteit Defensie (COID).

Centrale Organisatie Integriteit Defensie

In de brief over integriteit en een meldpunt (Kamerstuk 35 000 X, nr.86) hebben wij u geïnformeerd over de onafhankelijke positionering van de COID en haar onderzoekers. We schreven ook dat voor alle interne onderzoeken naar vermoedens van integriteitschendingen en misstanden geldt, dat aan de commissie van onderzoek een onderzoeker wordt toegevoegd vanuit de COID zelf of vanuit de onderzoekerspool die door de COID wordt beheerd. In specifieke gevallen kan de commissie zelfs volledig bestaan uit onderzoekers die afkomstig zijn vanuit de COID of de pool. De beoogde samenstelling waarborgt de onafhankelijkheid en deskundigheid van onderzoekscommissies. Om de intensievere inzet van onderzoekers mogelijk te maken moet de onderzoekerspool die door de COID wordt beheerd aanzienlijk worden uitgebreid. Het zal tijd kosten om voldoende onderzoekers te werven, te selecteren en op te leiden en daarom is sprake van een ingroeimodel. Over de voortgang hiervan wordt u zoals toegezegd in het najaar geïnformeerd.

Inspectie Veiligheid Defensie

Op de Inspectie Veiligheid Defensie zijn de Aanwijzingen inzake de rijksinspecties uit 2016 van toepassing. De aanwijzingen van de Minister-President aan ministers bevatten heldere rijksbrede regels over het onafhankelijke functioneren van inspecties die organisatorisch deel uitmaken van ministeries en functioneren in een politiek-bestuurlijk krachtenveld. Door deze aanwijzingen op de IVD van toepassing te verklaren, heeft de Minister de onafhankelijkheid van de inspectie op identieke wijze verankerd.

Veel medewerkers van de IVD hebben hun sporen verdiend bij andere inspecties of onderzoeksinstellingen, terwijl andere de nodige kennis en ervaring bij Defensie hebben opgedaan. Het is de combinatie van individuele competenties en achtergronden die mede bepalend is voor de kwaliteit en de effectiviteit van de inspectie. Om (de schijn van) partijdigheid of vooringenomenheid te voorkomen, wordt er bij het samenstellen van onderzoeksteams op toegezien dat geen van de teamleden direct of indirect betrokken is (geweest) bij de te onderzoeken aspecten. Op basis van deskundigheid komt de inspectie op een onpartijdige en onafhankelijke wijze tot bevindingen en oordelen. Medewerkers van de IVD beseffen terdege dat zij de onafhankelijkheid te allen tijde moeten bewaken, juist omdat de inspectie de komende jaren het benodigde gezag moet verwerven om met haar bijdragen de veiligheid bij Defensie te kunnen versterken.

In een binnenkort te publiceren onderzoeksprotocol beschrijft de inspectie de werkwijze waarmee zij transparant en navolgbaar haar toezicht gaat uitvoeren. Zoals eerder gemeld maakt de IVD haar rapporten openbaar op de eigen website www.ivd.nl. Zo kan iedereen er kennis van nemen en zelf beoordelen of de inspectie haar toezichthoudende rol naar behoren heeft gespeeld.

De Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten

De Staatssecretaris van Defensie B. Visser