Gepubliceerd: 27 september 2018
Indiener(s): Wopke Hoekstra (minister financiën) (CDA)
Onderwerpen: economie financieel toezicht financiën overige economische sectoren
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34859-10.html
ID: 34859-10
Origineel: 34859-2

Nr. 10 DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 27 september 2018

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel I wordt na onderdeel Fa een onderdeel ingevoegd, luidende:

Faa

Aan artikel 2:84 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Indien de Autoriteit Financiële Markten een mededeling heeft ontvangen van een toezichthoudende instantie van een andere lidstaat met betrekking tot het bemiddelen in hypothecair krediet vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor of door middel van het verrichten van diensten naar Nederland, kan zij voordat de bemiddelaar in hypothecair krediet aanvangt met het verlenen van diensten in Nederland, maar in ieder geval binnen twee maanden na ontvangst van de mededeling, de bemiddelaar in hypothecair krediet bekendmaken welke voorwaarden door hem om redenen van algemeen belang in acht moeten worden genomen bij het verlenen van zijn financiële diensten in Nederland.

B

Artikel I, onderdeel H, vervalt.

C

Artikel II, onderdeel F, wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanduiding «F» wordt vervangen door «ARTIKEL IIA».

2. De aanhef wordt vervangen door:

Artikel 25 van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme komt te luiden:

D

Artikel VI wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden:

De Wet toezicht accountantsorganisaties wordt als volgt gewijzigd:

2. Onder de aanhef wordt de aanduiding «A» geplaatst.

3. Voor subonderdeel 1 van onderdeel A wordt een aanhef geplaatst, luidende:

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

4. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

B

In artikel 52 wordt na «bepaald,» ingevoegd «of het hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel met zetel in Nederland dat invloed uitoefent op het beleid van de accountantsorganisatie dat niet voldoet aan hetgeen bij of krachtens de artikelen 16 en 22a van de wet is bepaald,».

Toelichting

Algemeen

De aanleiding voor deze derde nota van wijziging is erin gelegen om het wetsvoorstel Wijzigingswet financiële markten 2018 te wijzigen zodat artikel 32, vierde lid, van de richtlijn hypothecair krediet1 wordt geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Van de gelegenheid is gebruikgemaakt om een aantal technische verbeteringen in het wetsvoorstel aan te brengen, alsmede om te voorzien in een wijziging die verband houdt met de Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties.

Hieronder wordt een toelichting gegeven op deze wijzigingen.

Artikelsgewijs

A

Het nieuwe derde lid van artikel 2:84 van de Wft implementeert artikel 32, vierde lid, van de richtlijn hypothecair krediet. Dit artikel brengt mee dat de Autoriteit Financiële Markten (AFM) aan de bemiddelaar in hypothecair krediet met zetel in een andere lidstaat die grensoverschrijdend diensten verleent in Nederland bekendmaakt onder welke voorwaarden die niet onder het Unierecht zijn geharmoniseerd hij diensten mag verlenen. Dit dient te gebeuren binnen twee maanden nadat de toezichthoudende instantie van de lidstaat van herkomst heeft medegedeeld dat de bemiddelaar in hypothecair krediet voornemens is in Nederland diensten te verlenen. Artikel 34, tweede lid, van de richtlijn hypothecair krediet bepaalt bovendien dat de AFM moet kunnen ingrijpen wanneer de bemiddelaar in hypothecair krediet met zetel in een andere lidstaat die financiële diensten verleent in Nederland de voor haar geldende bepalingen in de richtlijn hypothecair krediet overtreedt. Door de bemiddelaar in hypothecair krediet aan artikel 2:84 toe te voegen worden, in samenhang met artikel 4:1 en artikel 1:58, deze bepalingen geïmplementeerd.

B

Dit onderdeel komt te vervallen met het oog op het vervallen van paragraaf 3.5.4a van de Wft door het wetsvoorstel Wet herstel en afwikkeling van verzekeraars (zie artikel I, onderdeel S, van dat wetsvoorstel).2

C

Artikel II van het wetsvoorstel heeft betrekking op de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme BES (Wwft BES), maar bevat abusievelijk ook een wijziging van de (in Europees-Nederland geldende) Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Onderdeel C van deze nota van wijziging herstelt deze fout door de wijziging van de Wwft alsnog in een afzonderlijk artikel onder te brengen: artikel IIA.

D

Vergunninghoudende oob-accountantsorganisaties maken veelal deel uit van een netwerk, waarbij het beleid van de accountantsorganisatie veelal mede in een ander (vaak hiërarchisch hoger) onderdeel van het netwerk wordt bepaald. Voor die situatie zijn in de artikelen 16 en 22a van de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta) eisen opgenomen ten aanzien van het hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel met zetel in Nederland dat invloed uitoefent op het beleid van de accountantsorganisatie. Ingevolge artikel 22a, tweede lid, dient in dat geval het stelsel van intern toezicht zodanig te worden ingericht dat het ook betrekking heeft op het binnen het netwerk hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel met zetel in Nederland dat invloed uitoefent op het beleid van de accountantsorganisatie. Als een oob-accountantsorganisatie bijvoorbeeld deel uitmaakt van een groepsstructuur, waarbij boven de vergunninghoudende accountantsorganisatie een holding hangt met zetel in Nederland die tevens (ten dele) het beleid bepaalt van de accountantsorganisatie, zal het stelsel moeten worden ingesteld op het niveau van de holding en mede betrekking hebben op de accountantsorganisatie.3 In artikel 16, vierde en vijfde lid, is een geschiktheidseis opgenomen voor de dagelijks beleidsbepalers van het hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel en de leden van het orgaan belast met het interne toezicht. Op grond van artikel 52 Wta kan de Autoriteit Financiële Markten (AFM) een aanwijzing geven aan de accountantsorganisatie die niet voldoet aan de wet. Voor zover de verplichtingen in de artikelen 16 en 22a zich richten tot het hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel wordt in dit wetsvoorstel alsnog geregeld dat de AFM ook aan dat netwerkonderdeel een aanwijzing op kan leggen om een bepaalde gedragslijn te volgen.

Door de wijziging van artikel 52 wordt het voor de AFM mogelijk een aanwijzing op te leggen aan het hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel met zetel in Nederland dat invloed uitoefent op het beleid van de accountantsorganisatie, voor zover op dit netwerkonderdeel verplichtingen rusten op grond van de artikelen 16 en 22a. De aanwijzing houdt in een door het hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel binnen redelijke termijn te volgen gedragslijn, die door de AFM is bepaald. De aanwijzing kan bijvoorbeeld behelzen dat het netwerkonderdeel een dagelijks beleidsbepaler of lid van het orgaan belast met het interne toezicht dat hij heeft benoemd moet heenzenden, als de betreffende persoon niet aan de geschiktheidseis voldoet. Bij niet-opvolging van de aanwijzing kan de AFM, voor zover bij de wet bepaald, een vervolgactie instellen. Dit kan bijvoorbeeld een last onder dwangsom zijn.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra