Kamerstuk 34550-V-14

Amendement van het lid Ten Broeke c.s. over oprichting van een Forced Marriage Unit

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2017


Nr. 14 AMENDEMENT VAN HET LID TEN BROEKE C.S.

Ontvangen 23 november 2016

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 4 Consulaire belangenbehartiging en het internationaal uitdragen van Nederlandse waarden en belangen worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 1.500 (x € 1.000).

Toelichting

Dit amendement heeft tot doel de oprichting van een Forced Marriage Unit in Nederland naar Brits model, waarbij opsporing en repatriëring van slachtoffers centraal staat. Dit houdt in dat er vanaf 2017 bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken één vast team komt waarin de expertise wordt gebundeld die noodzakelijk is om Nederlandse slachtoffers van huwelijksdwang in het buitenland snel en veilig terug te krijgen naar Nederland.

Momenteel verblijven meer dan honderd Nederlandse vrouwen in het buitenland als slachtoffer van huwelijksdwang. Hen is daarmee het onvervreemdbare recht ontnomen om hun leven in te richten zoals zij dat zelf willen. Ontkomen aan hun hachelijke situatie is vaak niet mogelijk zonder steun van buitenaf. Met dit amendement wordt aan die steun concreet vorm gegeven, waardoor de huidige aanpak kan worden geïntensiveerd en geconcentreerd.

Door diplomatieke, consulaire, juridische kennis en ervaren recherchecapaciteit te bundelen en actief mee te helpen slachtoffers naar Nederland terug te brengen, kan meer resultaat geboekt worden dan thans het geval is. De Forced Marriage Unit gaat zich onder meer bezighouden met het opsporen, accommoderen en repatriëren van slachtoffers, het verstrekken van reisdocumenten en het leggen van contacten met de lokale overheden. Hierdoor kan Nederland meer doen voor minderjarige meisjes en vrouwen die tegen hun wil in worden uitgehuwelijkt in een ander land. De vrijgemaakte middelen kunnen in het eerste jaar (deels) worden aangewend voor onderzoek naar juridische mogelijkheden en eventuele obstakels. Daarna verschuift de inzet ervan naar daadwerkelijk recherchewerk en repatriëring van slachtoffers.

Dit amendement moet in combinatie met het amendement van de leden Sjoerdsma (D66), Ten Broeke (VVD), Knops (CDA) en Van Bommel (SP) op deze begroting (34 550 V) worden bezien. Daarin wordt in artikel 4 «Consulaire belangenbehartiging en het internationaal uitdragen van Nederlandse waarden en belangen» het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 2.500 (x € 1.000). Gecombineerd gaat het dus om een totale verhoging in dat artikel van € 4.000 (x € 1.000) in 2017.

Dit geheel wordt betaald door, ten eerste, de vergoedingen die ambtenaren ontvangen voor de te maken extra kosten die verband houden met het werk in het buitenland Rijksbreed neerwaarts aan te passen naar maximaal het niveau dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor zijn ambtenaren hanteert. Dit past in het kader van «één Rijk één regeling». Ten tweede gaan alle attachés van alle departementen onder Buitenlandse Zaken vallen. Hiermee wordt de bureaucratie verminderd voor de uitvoeringsorganisatie die op dit moment voor verschillende departementen met verschillende regels en arbeidsvoorwaarden moet werken. Wanneer de attachés onder één noemer vallen, kan bespaard worden bij deze uitvoeringsorganisatie. De inhoudelijke sturing blijft via de vakdepartementen lopen.

Op dit moment is niet precies duidelijk hoeveel ieder departement hiertoe zal moeten vrijmaken op de eigen Begroting en moet overhevelen naar de begroting van Buitenlandse Zaken. Daarom vindt de financiële uitwerking van dit amendement plaats bij de Voorjaarsnota 2017.

Ten Broeke Sjoerdsma Knops Voordewind Grashoff Van der Staaij