Gepubliceerd: 17 oktober 2013
Indiener(s): Henk Kamp (minister economische zaken) (VVD), Piet Hein Donner (CDA)
Onderwerpen: economie energie natuur en milieu overige economische sectoren
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33777-4.html
ID: 33777-4

Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT1

Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State d.d. 9 oktober 2013 en het nader rapport d.d. 16 oktober 2013, aangeboden aan de Koning door de minister van Economische Zaken. Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.

Bij Kabinetsmissive van 3 oktober 2013, no. 13.002081, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Economische Zaken, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Elektriciteitswet 1998 (volumecorrectie nettarieven voor de energie-intensieve industrie), met memorie van toelichting.

Het voorstel strekt tot aanpassing van de wijze van berekening van het transporttarief voor elektriciteit en het integreren van het systeemdienstentarief voor elektriciteit in het transporttarief. Onderdeel hiervan is de introductie van een volumecorrectie op de nettarieven voor energie-intensieve afnemers in de mate waarin deze afnemers bijdragen aan de stabiliteit van het net en de handhaving van de spanningskwaliteit door de netbeheerder.

De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking van het wetsvoorstel, maar maakt daarbij de volgende kanttekening.

In de toelichting wordt uiteengezet dat uit de Europese kaders terzake voortvloeit dat de nettarieven transparant moeten zijn, gebaseerd op het beginsel van kostenoriëntatie en non-discriminatoir moeten worden toegepast.2 Het uitgangspunt van kostenoriëntatie verplicht lidstaten ertoe de tarieven een afspiegeling te laten zijn van de werkelijk gemaakte kosten. In dit verband wordt gewezen op het stabiele en significante elektriciteitsverbruik door energie-intensieve afnemers. Dat waarborgt dat het verminderen of verhogen van de productie of het verbruik door andere partijen in verhouding minder invloed heeft op het totale systeem. Door een vlak en voorspelbaar verbruiksprofiel dragen energie-intensieve bedrijven bij aan de stabiliteit van het net en de handhaving van de spanningskwaliteit door de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet, zo wordt in de toelichting uiteengezet. Voorgesteld wordt een volumecorrectie toe te passen die afhankelijk is van de twee factoren die maken dat energie-intensieve gebruikers voordelen bieden aan het totale systeem, te weten het vlakke verbruiksprofiel en de significante afname van elektriciteit van het net. De uitwerking hiervan is een volumecorrectie die toeneemt bij een vlakker verbruiksprofiel en bij een hoger verbruik. De maximale volumecorrectie bedraagt 90%.

De Afdeling merkt op dat uit de toelichting niet duidelijk wordt wat de hoofdlijnen van de kostenstructuur van het netbeheer zijn. Evenmin wordt – afgezet tegen die kostenstructuur – cijfermatig onderbouwd tot welke kostenefficiëntie het stabiele en significante elektriciteitsverbruik van energie-intensieve afnemers leidt. Voorts merkt de Afdeling in dit verband op dat voor de bijdrage aan de stabiliteit van het net niet alleen het gemiddelde verbruik van belang is, maar ook de afwijking van het gemiddelde verbruik.

Een en ander maakt het moeilijk om de omvang van de volumecorrectie te beoordelen in het licht van de eisen van kostenoriëntatie en non-discriminatie, zoals die uit de Europese regels terzake voortvloeien.

De Afdeling adviseert de toelichting op dit punt aan te vullen.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 3 oktober 2013, nr. 13.002081, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 9 oktober 2013, No. W15.13.0352/IV, bied ik U hierbij aan.

1. Aan het advies van de Afdeling is gehoor gegeven door aanvulling van paragraaf 2 van de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel ten aanzien van wijze waarop de volumecorrectie is vormgegeven.

De Afdeling merkt op dat niet alleen het gemiddelde verbruik, maar ook de afwijkingen daarvan relevant zijn voor de stabiliteit van het net. Het gemiddelde ingenomen vermogen kan zowel door een stabiele afname als door afname in grote pieken en dalen tot stand komen. Bij de volumecorrectie speelt het gemiddelde verbruik daarom geen rol, maar wordt uitgegaan van de bedrijfstijd. De uitleg over het begrip bedrijfstijd is aangevuld in de memorie van toelichting, waardoor onduidelijkheid over in welke mate rekening wordt gehouden met de voor de stabiliteit van het net belangrijke aspecten wordt voorkomen.

2. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het wetsvoorstel en de nota van toelichting op enkele punten aan te passen. Het betreft technische aanpassingen en verbeteringen.

Met het wetsvoorstel wordt voorgesteld het transporttarief en het systeemdienstentarief samen te voegen. Het gevolg van deze samenvoeging is dat niet enkel de basis voor deze tarieven, de artikelen 29 en 30, moeten worden samengevoegd, maar tevens de bepalingen in de Elektriciteitswet 1998 die handelen over de wijze van vaststelling van deze tarieven, de artikelen 40 en volgende. Dit laatste was abusievelijk nagelaten. In artikel I, de onderdelen G, H, I, K en L en in artikel II, derde lid, is alsnog in deze samenvoeging en de daarmee samenhangende wijzigingen voorzien.

In artikel I, onderdeel E, is de formule waarlangs de volumecorrectie wordt vastgesteld, verbeterd. Vanuit een effectieve en efficiënte uitvoering is het wenselijk dat het percentage waarmee wordt gecorrigeerd, gedurende een heel jaar kan worden toegepast. Daarom is in artikel I, onderdeel E, ten aanzien van artikel 29, zevende, achtste en tiende lid, bepaald dat het jaarverbruik relevant is voor de vraag of in een kalenderjaar een correctie wel of niet aan de orde is en in de tweede plaats dat de referentieperiode voor een kalenderjaar in het verleden ligt, en wel in de periode van 1 juli van het jaar t-2 tot 1 juli van het jaar t-1.

Voorts zijn enkele kleinere tekstuele verbeteringen in het wetsvoorstel en de memorie van toelichting aangebracht.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.

De vice-president van de Raad van State,

J.P.H. Donner

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp