Gepubliceerd: 2 december 2014
Indiener(s): Martin van Rijn (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (PvdA)
Onderwerpen: organisatie en beleid sociale zekerheid zorg en gezondheid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33726-27.html
ID: 33726-27

Nr. 27 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 december 2014

Op 23 januari 2014 heeft uw Kamer ingestemd met het wetsvoorstel waarmee de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en de Compensatieregeling voor het eigen risico (CER) met terugwerkende kracht per 1 januari 2014 worden ingetrokken. Op 3 juni 2014 heeft de Eerste Kamer eveneens met dit wetsvoorstel ingestemd. Tijdens de plenaire behandeling is toegezegd burgers specifiek te informeren over het afschaffen van de regelingen en hen te attenderen op de mogelijkheden voor gemeentelijk maatwerk en fiscale aftrek. In deze brief informeer ik u over de stand van zaken van de voorlichting aan burgers. Met mijn brief van 12 maart 2014 (Kamerstuk 33 726, nr. 24) heb ik u een overzicht gestuurd van de voorgenomen communicatie-uitingen en heb ik u vervolgens geïnformeerd op 20 juni 2014

(Kamerstuk 33 726, nr. 26) over de voorlichting aan de CER-rechthebbenden.

Besluit Wtcg/CER

De Wtcg en CER zijn met ingang van 2014 afgeschaft. Dit houdt in dat de laatste grote betaling in het kader van de CER in 2013 heeft plaatsgevonden.

De Wtcg wordt een jaar nadat de rechten zijn opgebouwd uitbetaald. Dat heeft tot gevolg dat de laatste grote betaling van de Wtcg in december van dit jaar nog gaat plaatsvinden. Daarna worden alleen nog nabetalingen gedaan, bijvoorbeeld aan rechthebbenden die alsnog hun rekeningnummer doorgeven aan het CAK.

In plaats van de Wtcg en de CER ontvangen gemeenten een budget voor gemeentelijk maatwerk en een aanvullende mogelijkheid voor maatwerk in de vorm van de bevoegdheid voor het verstrekken van een financiële tegemoetkoming op grond van de Wmo. Voorts geldt dat de landelijke fiscale regeling voor aftrek van specifieke zorgkosten in aangepaste vorm blijft bestaan.

Stand van zaken communicatie CER en ondersteuning gemeenten

Rondom het regeerakkoord en het Begrotingsakkoord 2014 is in de media veel belangstelling geweest voor het besluit om de Wtcg en CER af te schaffen en de fiscale regeling in aangepaste vorm te handhaven. Sindsdien is er op de websites van de betrokken organisaties (rijksoverheid, CAK, cliëntenorganisaties) uitvoerig aandacht besteed aan de maatregelen. Ook hebben gemeenten via de VNG informatie ontvangen om te kunnen gebruiken in de voorlichting van hun burgers.

Naast de algemene voorlichting hebben de individuele rechthebbenden van de CER na aanname van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer een brief ontvangen van het CAK. Circa 2,1 mln. personen hebben een brief ontvangen waarin de maatregelen zijn uitgelegd. Bovendien is hen de mogelijkheid geboden dat hun gegevens verstrekt worden aan hun eigen gemeente. Via een antwoordkaart geven zij het CAK toestemming om hun naam, geboortedatum en Burgerservicenummer door te geven. 1,3 mln. personen hebben de antwoordkaart inmiddels geretourneerd aan het CAK. De brief heeft nauwelijks geleid tot telefonisch contact met het CAK of gemeenten. Het CAK stelt deze gegevens maandelijks beschikbaar aan de gemeenten. De gemeenten weten hierdoor van deze 1,3 mln. personen wie in het verleden een CER-uitkering heeft ontvangen en kunnen mede op basis van deze informatie het beleid vormgeven.

Communicatie Wtcg

Vanaf 2 december 2014 worden de Wtcg-rechthebbenden op soortgelijke wijze geïnformeerd. Ook deze burgers worden gewezen op de mogelijkheden van gemeentelijk maatwerk en de fiscale regeling en in staat gesteld om de antwoordkaart in te vullen en daarmee het CAK toestemming te verlenen om hun persoonsgegevens aan de gemeente te verstrekken. Na verwerking van de gegevens stelt het CAK de gegevens maandelijks beschikbaar voor gemeenten. Voorts zullen cliëntenorganisaties en ketenpartners worden voorzien van informatiemateriaal om hun achterban te informeren en eventuele vragen te beantwoorden.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn