Gepubliceerd: 12 september 2013
Indiener(s): Magda Berndsen (D66)
Onderwerpen: bestuur gemeenten
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33681-5.html
ID: 33681-5

Nr. 5 VERSLAG

Vastgesteld 12 september 2013

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorberei-dend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen tijdig en genoegzaam zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

blz.

     

I

ALGEMEEN

1

     

1.

Inleiding

1

2.

Algemene wettelijke regeling

2

3.

Alternatieve regeling

3

4.

Formulering en tijdstip van indiening van het wetsvoorstel

4

5.

Toepassingsbereik van de wet

4

6.

Voorbehoud ten aanzien van nieuwe herindelingen

4

     

II

ARTIKELSGEWIJS

5

I ALGEMEEN

1. Inleiding

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel tot Verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met ingang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke indeling wordt beoogd. Graag leggen deze leden de regering een paar vragen voor.

De leden van de PvdA-fractie hebben kennis genomen van het wetsvoorstel. Zij steunen de inhoud ervan, maar hebben wel nog enkele vragen aan de regering.

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel tot verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met in-gang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke indeling wordt beoogd.

De leden van de SP-fractie hebben met enige verwondering kennisgenomen van dit wetsvoorstel. Zij erkennen dat er problemen ontstaat op het moment dat een gemeentelijke herindeling plaatsvindt vlak na gemeenteraadsverkiezingen. In dat geval zouden in korte tijd tweemaal verkiezingen moeten worden georganiseerd. De oplossing die de regering kiest roept bij deze leden echter vraagtekens op. Zij willen een alternatief voorleggen.

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel. Zij hechten eraan, dat gemeentebesturen in een zo vroeg mogelijk stadium duidelijkheid hebben over het al dan niet doorgaan van verkiezingen. Ook voor politieke partijen in de betreffende gemeenten is duidelijkheid van belang in verband met het vaststellen van verkiezingsprogramma’s en het tijdig indienen van kandidatenlijsten.

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van onderhavig voorstel. Zij steunen de intentie van het voorstel.

De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel. Zij steunen het voorstel voor zover het gaat om het uitstel van de verkiezingen in de betrokken gemeenten. Wel hebben zij diverse inhoudelijke vragen bij het voorstel.

2. Algemene wettelijke regeling

De leden van de VVD-fractie merken allereerst op dat zij het jammer vinden dat er nog geen sprake is van een algemene en structurele oplossing inzake de verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in de Wet Arhi.

De leden van de PvdA-fractie vragen zich af waarom de regering – of één van zijn voorgangers – niet eerder met een algemene regeling is gekomen om de zittingsduur van gemeenten waarvoor een herindeling beoogd wordt te verlengen. Immers, ook in de vorige uitstelwet kondigde de regering aan ernaar te streven voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 met een meer algemene regeling te komen. Bovendien, zo stelde de Raad van State in zijn advies, hoeft het omzetten van een specifieke uitstelwet in een algemene regeling niet heel gecompliceerd te zijn. Wat maakt dat de Tweede Kamer er nu wel op kan vertrouwen dat ver voor de volgende reguliere raadsverkiezingen (2018) wel een wetsvoorstel met algemene regeling naar de Kamer wordt gestuurd?

In het verlengde hiervan vragen zij de regering hoe kort de korte termijn zal zijn waarop deze leden dit voorstel kunnen verwachten. Ofwel, kunnen deze leden nog in het parlementair jaar 2013–2014 een voorstel met algemene regeling van de regering tegemoet zien?

De leden van de PVV-fractie zouden graag weten waarom er geen wijziging van de Wet Arhi wordt voorgesteld omdat dit de meest voor de hand liggende en meest elegante wijze zou zijn om het gepercipieerde probleem op te lossen. Extra (tijdelijke) wetten produceren, terwijl een wijziging van een bestaande wet voldoet, lijkt in dit opzicht een vreemde zet.

De leden van de CDA-fractie onderschrijven het advies van de Raad van State, dat het wenselijk is om te voorzien in een algemene en structurele regeling in de Wet Arhi. Deze leden constateren, dat de regering voornemens is een dergelijke regeling tot stand te brengen vóór de gemeenteraadsverkiezingen van 2018. Op welke termijn kan de Kamer een daartoe strekkend voorstel tegemoet zien?

Ook de leden van de D66-fractie zijn het met de Raad van State eens dat de argumentatie om vooralsnog geen structurele regeling in de Wet Arhi op te nemen, dun is. Zij zien dan ook graag het toegezegde voorstel voor een algemene, structurele regeling in de Wet Arhi spoedig in procedure gebracht worden. Zij vragen de regering hier een termijn voor aan te geven.

De leden van de SGP-fractie betreuren het dat er nog steeds geen wetsvoorstel tot algemene regeling inzake herindelingsverkiezingen in Wet Arhi is ingediend. De leden vragen waarom het in de achterliggende vier jaar niet mogelijk is gebleken om met een dergelijk algemener voorstel te komen? Deze leden hebben bij de behandeling van een gelijksoortig wetsvoorstel in 2009 al aangedrongen op een algemene regeling in de Wet Arhi. Waarom heeft de regering het concrete voorstel van de Afdeling advisering van de Raad van State niet overgenomen?

3. Alternatieve regeling

De leden van de SP-fractie zijn van mening dat met een herindeling de lokale democratie wordt opgeheven. Niet volksvertegenwoordigers, maar de bevolking zelf moet beslissen over het lot van de eigen democratie. Een manier waarop de inwoners van een gemeente zich kunnen uitspreken over de wenselijkheid van een herindeling is door het voornemen tot herindeling onderdeel te laten zijn van de verkiezingsstrijd. Met dit wetsvoorstel wordt gemeenten deze mogelijkheid ontnomen, zo constateren de leden van de fractie van de SP. De huidige gemeenteraad, die het proces tot herindeling heeft ingezet, blijft zitten tot na het besluit is genomen. De kiezer wordt de kans ontnomen zich uit te spreken.

De regering stelt met dit wetsvoorstel snelheid van herindeling boven zorgvuldigheid. Een andere oplossing is volgens de leden van de fractie van de SP namelijk goed denkbaar. Zij zouden liever zien dat de verkiezingen in gemeenten waar het voornemen is tot herindeling gewoon doorgang vinden. Dan kunnen de politieke partijen die aan de verkiezingen deelnemen de bevolking overtuigen dat een herindeling nodig is, of juist niet. De nieuwe gemeenteraad kan vervolgens besluiten wel of niet met de herindeling door te gaan. Een goed voorbeeld hiervan in de gemeente Nuenen. Zij hebben het voornemen om gelijktijdig met de gemeenteraadsverkiezingen een raadplegend referendum te houden over de bestuurlijke toekomst van de gemeente. Deelt de regering de mening van deze leden dat op deze manier het beste recht wordt gedaan aan dit belangrijke democratische proces en het uitgangspunt van de regering dat herindelingen van onderop dienen plaats te vinden?

De herindeling zou vervolgens wat de leden van de SP betreft twee jaar na de verkiezing van de nieuwe gemeenteraad kunnen plaatsvinden. Dat biedt naar hun opvatting voldoende tijd om de procedure te doorlopen. Besloten zou kunnen worden dat de gemeenteraad die na de herindeling wordt gekozen, zes jaar in plaats van vier jaar blijft zitten. Bijkomend voordeel is dat de nieuwe gemeenteraad meer tijd heeft om de nieuwe gemeente organisatorisch op orde te brengen. Graag horen deze leden hoe de regering hierover denkt.

4. Formulering en tijdstip van indiening van het wetsvoorstel

De leden van de VVD-fractie wijzen op een eerder wetsvoorstel dat betrekking had op verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden met het oog op een wijziging van de gemeentelijke indeling (Kamerstuk 32 048). Er is toen door de Kamer een amendement-Van der Staaij, Kamerstuk 32 048, nr. 8, aangenomen, waardoor het opschrift en de considerans van het wetsvoorstel zijn gewijzigd in een neutralere formulering. Ook verviel de term «herindelingsgemeente» en werd gekozen voor een neutrale formulering. De leden van de VVD-fractie vernemen graag van de regering waarom de formuleringen uit het hiervoor genoemde amendement niet in dit wetsvoorstel worden gebezigd.

De leden van de SGP-fractie vragen de regering of overwogen is dit wetsvoorstel eerder bij de Tweede Kamer in te dienen. Wanneer dit wetsvoorstel om de verkiezingen uit te stellen niet door de Staten-Generaal aangenomen zou worden of wanneer de behandeling niet op tijd is afgerond, kunnen gemeenten niet tijdig beginnen met de voorbereiding van de verkiezingen voor maart 2014. Deze leden ontvangen graag nadere informatie over de planning van de indiening van de aangekondigde voorstellen.

5. Toepassingsbereik van de wet

De leden van de VVD-fractie zich af waarom er niet voor is gekozen om de namen van alle gemeenten waarvoor een herindelingsadvies is ontvangen, expliciet in de wet op te nemen. Gaarne krijgen zij een reactie van de regering.

De leden van de SGP-fractie vragen ook waarom de gemeenten die in de toelichting vermeld staan, niet uitdrukkelijk in de wettekst worden genoemd. Zij wijzen erop dat het nu slechts een indicatie betreft waarvan in de praktijk weer afwijking mogelijk zal zijn, doordat gemeenten toch geen uitstel van verkiezingen krijgen of de wetsvoorstellen betreffende herindeling toch niet worden ingediend in het laatste kwartaal van 2013. De regering wordt gevraagd een verduidelijking van deze keuze te geven en te vermelden welke maatregelen worden genomen wanneer blijkt dat er geen reden is tot uitstel van verkiezingen. Deze leden vragen de regering om de namen van de gemeenten op te nemen in artikel 1, zoals de regering heeft gedaan tijdens de behandeling van het gelijksoortige wetsvoorstel Kamerstuk 32 048 in 2009.

6. Voorbehoud ten aanzien van nieuwe herindelingen

Overigens merken de leden van de VVD-fractie op dat zij zich bij het onderhavige wetsvoorstel niet uitspreken over de eventuele wetsvoorstellen inzake wijziging van de gemeentelijke indeling die zullen worden ingediend. Hun standpunt bepalen zij bij de behandeling van die eventuele wetsvoorstellen.

De leden van de SGP-fractie benadrukken dat zij het onderhavige wetsvoorstel alleen willen beschouwen met als doel het bieden van duidelijkheid over de datum van verkiezingen. Deelt de regering de opvatting van deze leden dat er ook na inwerkingtreding van dit wetsvoorstel nog alle ruimte is om al dan niet in te stemmen met voorstellen tot gemeentelijke herindeling van de gemeenten die in de toelichting vermeld worden? Deze leden vernemen graag wat de verwachtingen van de regering zijn ten aanzien van de wenselijkheid en de haalbaarheid van gemeentelijke herindeling voor de gemeenten die in de toelichting worden genoemd. Kan de regering al een indicatie geven of het de verwachting is dat wetsvoorstellen tot herindeling van de in de toelichting genoemde gemeenten ook daadwerkelijk worden ingediend?

II ARTIKELSGEWIJS

Artikel 4

De leden van de SGP-fractie constateren dat dit wetsvoorstel een vervaldatum heeft die ligt na de datum van de volgende reguliere verkiezingen. Zij wijzen erop dat er ook nog diverse vergelijkbare wetten van kracht zijn met betrekking tot onder andere gemeenten in Zeeland, Limburg, Gelderland en Zuid-Holland, die feitelijk al jaren zijn uitgewerkt. Zij vragen zich af of het geen aanbeveling verdient ook deze wetten in te trekken.

De voorzitter van de commissie, Berndsen-Jansen

De adjunct-griffier van de commissie, Hendrickx