Kamerstuk 32399-88

Tussenrapport van de heer Hoekstra, incl. actualiteit in vervolg op het van debat 4 juli 2018 t.a.v. DNA-V

Dossier: Regels voor het kunnen verlenen van verplichte zorg aan een persoon met een psychische stoornis (Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg)

Gepubliceerd: 11 september 2018
Indiener(s): Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA)
Onderwerpen: organisatie en beleid zorg en gezondheid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32399-88.html
ID: 32399-88

Nr. 88 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 september 2018

Uw Kamer heeft op 14 februari 2017 de motie van de leden Leijten en Van Nispen (Kamerstuk 32 399, nr. 84) aangenomen waarin de regering wordt verzocht de commissie Hoekstra nogmaals te laten toezien op de naleving en uitvoering van de aanbevelingen van de Onderzoekscommissie strafrechtelijke beslissingen Openbaar Ministerie naar aanleiding van de zaak-Bart van U (verder: de onderzoekscommissie). Naar aanleiding van dit verzoek heb ik, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de heer Hoekstra verzocht de implementatie van de aanbevelingen van de onderzoekscommissie te monitoren. Bijgaand bied ik uw Kamer het Tussenrapport van de heer Hoekstra aan1, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dat hij op 24 augustus jongstleden aan mij en de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Sport heeft aangeboden. Eind 2018 zal de heer Hoekstra de eindrapportage afronden.

Uiterlijk in oktober a.s. stuur ik u de beleidsreactie op bijgaand Tussenrapport van de heer Hoekstra.

Een aantal zaken die de heer Hoekstra in zijn Tussenrapport noemt, is aan de orde gekomen tijdens het debat «Ontbrekende profielen van veroordeelde criminelen in de DNA-databank» op 4 juli jongstleden. Daar werd gesproken over de toename van DNA-veroordelen in het opsporingssysteem OPS en het rapport van de Inspectie van Justitie en Veiligheid. In de beleidsreactie op het Tussenrapport van de heer Hoekstra, of zoveel eerder als mogelijk, informeer ik u over de stand van zaken en ontwikkelingen ten aanzien van een aantal onderwerpen die we tijdens het debat op 4 juli jl. bespraken.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus