Kamerstuk 31354-33

Gewijzigd amendement van het lid Ten Hoopen ter vervanging van nr. 23 om gemeenten, provincies en ondernemingen rechtszekerheid te bieden en de verantwoordelijkheid voor regelgeving bij de wetgever te leggen

Dossier: Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon of die hiermee zijn verbonden (aanpassing Mededingingswet ter invoering van gedragsregels voor de overheid)

Gepubliceerd: 23 maart 2009
Indiener(s): Jan ten Hoopen (CDA)
Onderwerpen: bestuur economie markttoezicht organisatie en beleid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31354-33.html
ID: 31354-33
Origineel: 31354-23

94,0 %
6,0 %

VVD

PvdA

PVV

D66

GL

SP

PvdD

CU

Verdonk

CDA

SGP


31 354
Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon of die hiermee zijn verbonden (aanpassing Mededingingswet ter invoering van gedragsregels voor de overheid)

nr. 33
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID TEN HOOPEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 23

Ontvangen 23 maart 2009

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel A, artikel 25m, komt te luiden:

Artikel 25m

1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld inzake de toepassing van de artikelen 25i en 25j.

2. De in het eerste lid bedoelde nadere regels hebben in elk geval betrekking op de kosten die bij de in artikel 25i, eerste lid, bedoelde kostendoorberekening in aanmerking worden genomen en op beginselen voor de toerekening van indirecte kosten.

3. De nadere regels op grond van het eerste lid worden gesteld na overleg met:

a. de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor zover de regels betrekking hebben op gemeenten of provincies, en

b. de Minister van Verkeer en Waterstaat voor zover de regels betrekking hebben op waterschappen.

Toelichting

Dit procedurele amendement beoogt gemeenten, provincies en ondernemingen rechtszekerheid te bieden en legt de verantwoordelijkheid voor regelgeving waar deze thuishoort, namelijk bij de wetgever. Volgens het wetsvoorstel ’kunnen’ nadere regels worden gesteld met betrekking tot de bepaling dat lagere overheden voor producten in diensten de integrale kostprijs in rekening moeten brengen en de norm dat bestuursorganen overheidsbedrijven niet mogen bevoordelen.

Doordat door de minister regels kunnen worden gesteld en daartoe geen verplichting bestaat, ontstaat er rechtsonzekerheid en bestaat de kans dat niet de wetgever, maar de NMa door middel van beleidsregels regelgeving gaat opstellen. Met dit amendement wordt voorkomen dat de NMa zelf beleid gaat maken. Omdat beide gevolgen onwenselijk zijn, bewerkstelligt deze wetswijziging dat de minister altijd nadere regels ter uitwerking van de open normen van artikel 25i en 25j stelt. Voordat de nadere regels worden opgesteld, dient de minister in overleg te treden met eventuele betrokken ministers.

Ten Hoopen