Voorgesteld 5 juni 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat slachtoffers van mensenhandel in de eerste plaats bescherming verdienen;
constaterende dat de huidige wetgeving ruimte biedt aan het OM en de rechterlijke macht om daders van mensenhandel die tevens slachtoffer zijn niet te bestraffen omdat zij deze delicten onder dwang gepleegd hebben;
overwegende dat wettelijke verankering van het beginsel van niet-bestraffing onbedoeld kan leiden tot rechtsongelijkheid of een oneigenlijk beroep op slachtofferschap, wat het draagvlak voor de daadwerkelijke slachtoffers kan ondermijnen;
verzoekt de regering het beginsel van niet-bestraffing nadrukkelijk onder de aandacht te brengen bij het OM en de rechterlijke macht, zodat OM en rechtspraak een zorgvuldige beoordeling van het beginsel toepassen in mensenhandelzaken,
en gaat over tot de orde van de dag.
Diederik van Dijk
Verkuijlen
Boomsma