Klopt het dat Air Liquide circa 50 miljoen euro subsidie uit de Subsidieregeling grootschalige productie volledig hernieuwbare waterstof via elektrolyse (OWE) ontvangt voor de bouw van een waterstoffabriek op de Maasvlakte?
Vraag 2
Klopt het dat 65% van de geproduceerde waterstof wordt geleverd aan TotalEnergies in Antwerpen?
Vraag 3
Klopt het dat de CO2-reductie die daaruit voortvloeit, in België wordt geboekt en niet in Nederland?
Vraag 4
Kunt u aangeven welk deel van de klimaatwinst van dit project aan Nederland kan worden toegerekend?
Vraag 5
Voor hoeveel van de overige OWE-projecten geldt dat (een deel van) de waterstofexport leidt tot CO2-winst buiten Nederland?
Vraag 6
Heeft u bij de subsidieverlening eisen gesteld over waar de klimaatwinst moet neerslaan? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Onder welke Europese regels is het verboden om bij subsidies te eisen dat de opbrengst in Nederland wordt benut?
Vraag 8
Deelt u de mening dat Nederlandse subsidie niet moet leiden tot buitenlandse CO2-reductie? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Hoeveel Nederlandse bedrijven zijn bij deze subsidieronde buiten de boot gevallen ten gunste van buitenlandse spelers?
Vraag 10
Hoeveel van de 700 miljoen euro aan OWE-subsidie komt terecht bij projecten die hoofdzakelijk leveren aan het buitenland?
Vraag 11
Kunt u aangeven of, en zo ja hoe, Nederland bij dit soort grensoverschrijdende projecten recht houdt op de CO2-reductie in internationale of ETS-boekhouding?
Vraag 12
Bent u bereid om de Nederlandse subsidies waarmee buitenlandse CO2-reductie wordt gerealiseerd, per direct stop te zetten? Zo nee, waarom niet?
Kamervraag document nummer: kv-tk-2025Z14979
Volledige titel: Nederlandse subsidies voor waterstofprojecten waarvan het klimaatvoordeel in het buitenland belandt