Ingediend | 16 juni 2025 |
---|---|
Beantwoord | 9 juli 2025 (na 23 dagen) |
Indiener | Derk Boswijk (CDA) |
Beantwoord door | Judith Uitermark (minister ) (NSC), David van Weel (minister , minister ) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z12241.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20242025-2693.html |
Ja.
De veiligheid van Joodse, Israëlische en Amerikaanse instellingen in Nederland heeft onze voortdurende aandacht. Op dit moment staat het dreigingsniveau in Nederland op substantieel (niveau 4 van 5). Dat betekent dat een aanslag in Nederland reëel is. Bij een verhoogde dreiging of risico ten aanzien van deze instellingen, worden passende maatregelen genomen. Uiteraard volgen de veiligheidspartners daarbij de ontwikkelingen in het buitenland nauwlettend, mede met het oog op de mogelijke impact die het kan hebben in Nederland.
Vanwege veiligheidsoverwegingen doe ik in het openbaar nooit uitspraken over maatregelen die worden getroffen ten behoeve van de veiligheid van individuele instellingen of personen. Wel kan ik u verzekeren dat de benodigde maatregelen, zowel zichtbaar als onzichtbaar, worden getroffen waar dat nodig wordt geacht en op basis van actuele dreigingsinformatie. Daarnaast vindt ten aanzien van Joodse en Israëlische instellingen al langere tijd een afweging plaats of en zo ja welke, additionele veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn. Dat zal ook gelden voor Amerikaanse instellingen in Nederland indien dreiging of risico daartoe aanleiding geven. Het is uiteindelijk aan het betreffende lokale gezag om waar nodig die (additionele) maatregelen te treffen. Daar waar het objecten betreft die zijn opgenomen in het rijksdomein van het stelsel bewaken en beveiligen, is de NCTV hier altijd nauw bij betrokken.
Zie antwoord vraag 3.
Ik heb gestreefd deze vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.