Kamervraag 2023Z09270

De berichten ‘Beleggers verliezen € 5 mln op platform, na promotie door ‘finfluencers’ en ‘Meesters of misleiders? Finfluencers maken vaak vooral zichzélf rijk’

Ingediend 25 mei 2023
Beantwoord 25 augustus 2023 (na 92 dagen)
Indiener Eelco Heinen (VVD)
Beantwoord door Sigrid Kaag (viceminister-president , minister financiën) (D66)
Onderwerpen financiën organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z09270.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-3433.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de berichten «Beleggers verliezen € 5 mln op platform, na promotie door «finfluencers»» (Financieele Dagblad, 23 mei 2023)1 en «Meesters of misleiders? Finfluencers maken vaak vooral zichzélf rijk» (Telegraaf, 23 mei 2023)2?

    Ja.

  • Vraag 2
    Bent u bekend met de AFM-verkenning over de valkuilen bij «finfluencen» (december 2021)?3

    Ja.

  • Vraag 3
    Welke maatregelen zijn genomen sinds het uitkomen van dit rapport? Zijn er sindsdien boetes of dwangsommen opgelegd door de Autoriteit Financiële Markten (AFM)?

    Sinds de publicatie van haar verkenning naar finfluencing heeft de Autoriteit Financiële Markten (AFM) op diverse manieren opgetreden tegen partijen die in overtreding waren. Dwangsommen en bestuurlijke boetes worden door de AFM gepubliceerd op haar website. In oktober 2022 is een last onder dwangsom opgelegd aan een finfluencer voor het niet verstrekken van informatie ten behoeve van een onderzoek naar mogelijke overtredingen van de Wet of het financieel toezicht (Wft) vanwege het aanbrengen van consumenten bij een buitenlandse illegale beleggingsonderneming4. De toezichthouder kan geen inzicht geven in alle genomen maatregelen vanwege de wettelijke geheimhoudingsplicht en kan ook geen uitspraken doen over lopende onderzoeken. Daarnaast heb ik mij samen met de AFM in Europa ingezet om bij de recent gepubliceerde Retail Investment Strategy5 (RIS), de bescherming van beleggers naar een hoger niveau te brengen. In het bijzonder heeft Nederland aandacht gevraagd voor de bescherming van beleggers die, al dan niet online en via beleggingsapps, zonder advies (beginnen met) beleggen. Samen met de AFM heb ik daarbij gepleit voor het moderniseren van de regels zodat die goed aansluiten bij de sterk gedigitaliseerde en steeds meer grensoverschrijdendere beleggingsmarkt in Europa. Bijvoorbeeld door de keuzeomgeving – waaronder ook reclame en de inrichting van websites en apps valt – in het belang van de klant in te richten om verkeerde sturing te voorkomen. Eveneens pleitten we in ons gezamenlijke non-paper voor het verbeteren van de financiële geletterdheid zodat consumenten goedgeïnformeerde en overwogen beslissingen kunnen nemen.6

  • Vraag 4
    Klopt het dat de Europese Commissie werkt aan regelgeving om beleggingsmaatschappijen verantwoordelijk te maken voor reclame-uitingen van finfluencers, maar aansprakelijkheid voor finfluencers in dit voorstel ontbreekt?

    De Europese Commissie heeft op 24 mei jl. een pakket gepubliceerd met voorstellen ten aanzien van de RIS. Een van de voorstellen betreft een maatregel om beleggingsondernemingen verantwoordelijk te maken voor reclame-uitingen door finfluencers wanneer zij een vergoeding bieden voor promotie van hun beleggingsproduct of -dienst. Het pakket bevat geen nieuwe maatregelen ten aanzien van de eigen verantwoordelijkheid van de finfluencer. Bij de presentatie van het nieuwe pakket met voorstellen ten aanzien van retailbeleggen gaf de Eurocommissaris voor Financiële Diensten, Financiële Stabiliteit en de Kapitaalmarktunie aan dat de Commissie de ontwikkelingen rondom finfluencers proactief volgt. Momenteel bestudeer ik het voorstel. Een kabinetsappreciatie daarvan zal voor het zomerreces met de Kamer worden gedeeld.

  • Vraag 5
    Klopt het dat alleen beleggingsinstellingen onder het provisieverbod van artikel 168a van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft vallen, maar finfluencers zelf niet?

    Artikel 168a van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (BGfo) heeft betrekking op beleggingsondernemingen. Een Nederlandse beleggingsonderneming mag geen provisie verschaffen of ontvangen met betrekking tot het verlenen van een beleggingsdienst aan een niet-professionele belegger. Een Nederlandse beleggingsonderneming mag dus ook geen vergoeding verstrekken aan finfluencers voor het aanbrengen van nieuwe beleggers. Hiermee ligt de verantwoordelijkheid bij de beleggingsonderneming, maar valt de finfluencer indirect onder het verbod. Dit is in december 2021 ook door de AFM gecommuniceerd op haar website.7
    Voor de volledigheid, er gelden ook andere regels die onder meer op finfluencers zien. Voor iedereen gelden op grond van de verordening marktmisbruik8 regels over het doen van beleggingsaanbevelingen. Een beleggingsaanbeveling is niet een persoonlijk advies, maar het rechtstreeks of niet rechtstreek doen van een specifieke beleggingsaanbeveling ten aanzien van een financieel instrument of een uitgevende instelling. Deze regels gelden dus ook voor finfluencers die online beleggingsaanbevelingen doen over financiële instrumenten zoals aandelen, obligaties, exchange-traded funds (ETFs) of (valuta)derivaten. Op grond van de Wet op het financieel toezicht is het geven van (beleggings)advies vergunningplichtig. Dit betekent voor finfluencers dat zij zonder vergunning geen gepersonaliseerde beleggingsaanbevelingen (dus advies) mogen geven. Daarnaast mogen finfluencers, net als ieder ander, geen oneerlijke of misleidende handelspraktijken verrichten, zoals het meedoen aan een piramidesysteem of het verstrekken van misleidende informatie.

  • Vraag 6
    Klopt het dat affIliate marketing/Pay-Per-Click niet onder het provisieverbod valt?

    Voor zover affiliate marketing en pay-per-click zien op de afspraken die in een marketingcontract tussen de beleggingsonderneming en finfluencer zijn opgenomen ten aanzien van het doen van reclame-uitingen, klopt de stelling dat dit niet verboden is op grond van het provisieverbod. Een marketingcontract waarin de vergoeding die de finfluencer ontvangt afhankelijk is van bijvoorbeeld het aantal keer dat de reclameboodschap wordt bekeken, het aantal boodschappen dat wordt gepubliceerd, of het bereik (het aantal volgers) van de finfluencer is niet in strijd met het provisieverbod. Echter, een Nederlandse beleggingsonderneming mag op grond van het provisieverbod geen vergoedingen verstrekken aan een finfluencer voor het aanbrengen van (potentiële) nieuwe klanten. Er is hiervan al sprake als deze vergoeding door de beleggingsonderneming wordt verschaft voor nieuwe klanten die tenminste zijn gestart met het onboarding-proces voor het openen van een beleggingsrekening9. Als een finfluencer door een Nederlandse beleggingsonderneming wordt betaald per aangebrachte klant is er dus wel sprake van handelen in strijd met het provisieverbod door de beleggingsonderneming.

  • Vraag 7
    Bent u bereid om finfluencers zelf ook direct onder het provisieverbod (voor het ontvangen van provisie vanuit een beleggingsinstelling) te laten vallen?

    Zoals genoemd in mijn antwoord op vraag 5 vallen Nederlandse beleggingsondernemingen onder het provisieverbod. De beleggingsondernemingen mogen geen vergoeding verschaffen of ontvangen met betrekking tot het verlenen van beleggingsdiensten aan niet-professionele beleggers. Derhalve mogen Nederlandse beleggingsondernemingen ook geen aanbrengvergoedingen verstrekken aan finfluencers. Hiermee ligt de verantwoordelijkheid bij de beleggingsonderneming, maar valt de finfluencer indirect onder het verbod omdat het verstrekken van de vergoeding verboden is. De AFM kan handhavend optreden richting een Nederlandse beleggingsonderneming indien die toch een vergoeding verstrekt aan een finfluencer die beleggers aanbrengt. Omdat finfluencers impliciet onder het provisieverbod (artikel 168a BGfo) vallen, vind ik het op dit moment niet noodzakelijk om nader te verkennen of het wenselijk, mogelijk dan wel noodzakelijk is om finfluencers expliciet onder het provisieverbod te laten vallen. Hiermee geef ik tevens invulling aan mijn toezegging tijdens het Commissiedebat Financiële Markten van 21 juni jl. om de Kamer nader te informeren inzake dit onderwerp.
    Bij deze afweging heb ik mede overwogen dat de Europese Commissie, zoals genoemd in mijn antwoord op vraag 4, recent een pakket heeft gepubliceerd met voorstellen ten aanzien van retailbeleggen. Een van de voorstellen betreft een maatregel om beleggingsondernemingen verantwoordelijk te maken voor reclame-uitingen door finfluencers wanneer zij een vergoeding bieden voor promotie van hun beleggingsproduct of -dienst. Verder worden er voorstellen gedaan om regels voor provisies aan te scherpen. Ik vind het raadzaam om, zolang er over dit pakket wordt onderhandeld, geen nationale (aanpassing van) regelgeving op dit terrein te overwegen of verkennen. Ik zal dit opnieuw bekijken nadat duidelijk is hoe dit pakket er na afloop van de onderhandelingen uiteindelijk uit komt te zien.

  • Vraag 8
    Is bekend in hoeverre finfluencers ook niet-beleggingsproducten zoals leningen, sparen en verzekeren promoten?

    Nee, ik ben niet bekend met studies naar de mate waarin finfluencers bepaalde financiële producten of diensten promoten.

  • Vraag 9
    Kunt u deze vragen beantwoorden voorafgaand aan het commissiedebat financiële markten van 21 juni 2023?

    Het is mij door de vele facetten en de vervlechting van beleid en handhaving tussen diverse departementen en toezichthouders op bovenstaande onderwerpen, en de afstemming van de beantwoording van meerdere sets schriftelijke vragen van andere Kamerleden, helaas niet gelukt om uw vragen voorafgaand aan het commissiedebat van 21 juni 2023 te beantwoorden.

  • Mededeling - 12 juni 2023

    Hierbij bericht ik u dat de schriftelijke vragen van het lid Heinen (VVD) over de berichten «Beleggers verliezen € 5 mln op platform, na promotie door «finfluencers» en «Meesters of misleiders»? Finfluencers maken vaak vooral zichzélf rijk» (ingezonden 25 mei 2023, met kenmerk 2023Z09270) met het oog op zorgvuldige interdepartementale afstemming gezien de spreiding van beleid en handhaving niet binnen de termijn van drie weken kunnen worden beantwoord. Ik streef ernaar om de antwoorden binnen de tweede termijn van drie weken aan uw Kamer te sturen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z09270
Volledige titel: De berichten ‘Beleggers verliezen € 5 mln op platform, na promotie door ‘finfluencers’ en ‘Meesters of misleiders? Finfluencers maken vaak vooral zichzélf rijk’
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-3433
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Heinen over de berichten 'Beleggers verliezen €5 mln op platform, na promotie door 'finfluencers' en 'Meesters of misleiders? Finfluencers maken vaak vooral zichzélf rijk'