Kamervraag 2022Z19383

Het tweede OVV rapport over de Nederlandse aanpak van de coronacrisis

Ingediend 13 oktober 2022
Beantwoord 22 november 2022 (na 40 dagen)
Indiener Wybren van Haga (BVNL)
Beantwoord door Kuipers , Conny Helder (minister zonder portefeuille volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen gezondheidsrisico's zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z19383.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-805.html
  • Vraag 1
    Heeft u kennisgenomen van het tweede rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) over de Nederlandse aanpak van de coronacrisis?1, 2

    Ja

  • Vraag 2
    Onderschrijft u de conclusies van dit rapport? Kunt u reflecteren op de bevindingen?

    In de kabinetsreactie op het tweede deelrapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) geeft het kabinet een gezamenlijke reactie op de bevindingen van de OvV. Deze kabinetsreactie verwacht het kabinet zodra gereed aan uw Kamer te sturen.

  • Vraag 3
    Kunt u verklaren waarom uw departement en het kabinet in de periode tussen september 2020 en juli 2021, waarover dit rapport gaat, besloot tot ingrijpende coronamaatregelen, terwijl weinig bekend was over de effecten daarvan, waarmee de onderbouwing voor het invoeren van deze maatregelen in retrospectief onderuit gehaald wordt?

    Gedurende de coronapandemie is er veel onderzoek uitgevoerd om de effectiviteit van maatregelenpakketten te onderbouwen en te evalueren. De actuele inzichten zijn steeds meegewogen in de besluitvorming. De maatregelenpakketten die in de afgelopen jaren zijn genomen, waren dan ook vanuit epidemiologisch oogpunt steeds effectief. Met betrekking tot dit onderwerp heb ik de Kamer uitgebreid geïnformeerd in mijn brief van 11 november 2022.3

  • Vraag 4
    Kunt u uitleggen waarom het kabinet de keuzes voor het invoeren van deze maatregelen destijds wel presenteerde als (wetenschappelijk) onderbouwd effectief, terwijl dat niet het geval was? Is bewust gekozen voor het achterwege laten en/of verdraaien van deze informatie? Zo ja, wat waren hiervoor de overwegingen en de verantwoording?

    Met betrekking tot dit onderwerp heb ik uw Kamer geïnformeerd in mijn brief van 11 november 2022.4 Zie ook het antwoord op vraag 3.
    Bij de besluitvorming over de maatregelen heeft het kabinet steeds de meest recente wetenschappelijke inzichten over de verspreiding van het virus en de effectiviteit van de maatregelen gebruikt. Het kabinet heeft deze adviezen met uw Kamer gedeeld, zie hiervoor onder andere alle adviezen van het OMT en de Gezondheidsraad. Voorafgaand aan elk debat werd een technische briefing georganiseerd waarin deze informatie ook met uw Kamer werd gedeeld.

  • Vraag 5
    Waarom heeft u de Kamer niet geïnformeerd over het feit dat de onderbouwing voor de coronamaatregelen minimaal was? Is deze informatie bewust voor de Kamer achtergehouden?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Kunt u uitleggen waarom, ondanks het gegeven dat de Kamer herhaaldelijk heeft gevraagd naar de effecten van de maatregelen, deze maatregelen desondanks nooit adequaat zijn onderzocht? Hoe kijkt u nu terug op deze keuze?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 7
    Deelt u de mening dat de overheid door deze beeldvorming en deze manier van communiceren aan het verspreiden van desinformatie, framen en misleiden van de burger en de Kamer heeft gedaan? Zo nee, waarom niet?

    Nee, van bewust misleidende en onjuiste informatie is vanuit de overheid nooit sprake geweest.

  • Vraag 8
    Wat vindt u van de conclusie dat de communicatie van de overheid over de coronacrisis niet transparant was? Onderschrijft u die conclusie en kunt u uitleggen waarom de communicatie op een dusdanige manier verlopen is? Is bewust gekozen voor een dergelijke communicatiestrategie? Welke lessen trekt u hieruit en hoe gaat u uw communicatiestrategie in de toekomst verbeteren?

    Transparantie en het geven van zoveel en zo duidelijk mogelijke feitelijke informatie is en blijft het fundament van de overheidscommunicatie. De communicatieaanpak heeft zich, mede op basis van evaluaties en onderzoek, gedurende de coronabestrijding continu doorontwikkeld. Dat lerende effect vind ik van groot belang. Het laat zien dat het kabinet regelmatig stilstaat bij wat goed gaat en wat beter kan, en dat het kabinet de aanpak daarop kan aanpassen.

  • Vraag 9
    Hoe reflecteert u op de rol van het Outbreak Management Team (OMT), naar aanleiding van de conclusies uit het OVV-rapport? Gaat dit orgaan naar aanleiding van de bevindingen in dit rapport in de toekomst anders vormgeven en/of inzetten? Zo ja, hoe?

    De OVV beveelt in zijn tweede deelrapport aan om een »reglement van orde» voor het OMT op te stellen.5 Deze aanbeveling sluit aan bij verbeterpunten die het RIVM en de voorzitter van het OMT zelf ook gezien hebben.
    Het OMT zal hier, vanuit zijn onafhankelijke positie, op reageren richting de OVV. Het kabinet zal de reactie van het OMT meesturen met de aanstaande kabinetsreactie op het tweede deelrapport.

  • Vraag 10
    Waarom is nog steeds weinig bekend over het werkelijke, zowel positieve als negatieve, effect van de maatregelen op het bestrijden van de pandemie en op de samenleving? Waarom is er nog steeds nauwelijks geëvalueerd?

    Met betrekking tot dit onderwerp heb ik de Kamer uitgebreid geïnformeerd in mijn brief van 11 november 2022.6

  • Vraag 11
    Deelt u de meningn dat het gebrek aan monitoring en evaluatie van de maatregelen, het adequaat uitvoeren van de komende parlementaire enquete bemoeilijkt en dat dit onwenselijk is, omdat het na een crisis met een dusdanig grote impact als de coronapandemie van groot belang is dat de bestuurlijke macht en het uitgevoerde beleid gecontroleerd worden?

    Ik deel de mening dat het belangrijk is om tijdens én na een ingrijpende crisis te evalueren en reflecteren. Een parlementaire enquête is hiervoor een belangrijk instrument. Het is belangrijk om stil te staan bij wat goed gaat en wat beter kan en daar onze aanpak op aan te passen. Dit is een aanpak waar ik achter sta.
    Zoals reeds in mijn brief van 11 november 2022 beschreven, is er gedurende de coronapandemie veel onderzoek uitgevoerd om de effectiviteit van maatregelenpakketten te onderbouwen en te evalueren.7 Ook de rapporten van de OvV vormen een grondige evaluatie van de aanpak van de Covid-19 crisis. Deze onderzoeken en rapporten bevatten waardevolle informatie voor de enquêtecommissie.

  • Vraag 12
    Aangezien er door ontoereikende monitoring en evaluatie nog steeds weinig bekend is over de effecten van de coronamaatregelen, is het naar uw mening dan nog steeds opportuun om te overwegen dezelfde maatregelen wettelijk te verankeren in de Wet publieke gezondheid (Wpg)? Waarom een juridisch instrumentarium optuigen voor mogelijk en waarschijnlijk, in ieder geval deels, ineffectieve en schadelijke maatregelen? Heroverweegt u de wijziging van de Wpg naar aanleiding van de conclusies van dit rapport? Zo nee, waarom niet?

    Om bij een volgende pandemie slagvaardig en flexibel te opereren is het noodzakelijk ook het wettelijk kader daarvoor op onderdelen te herzien. Daarvoor is op dit moment het wetsvoorstel Eerste tranche wijziging van de Wet publieke gezondheid bij de Tweede Kamer aanhangig.
    Zie voor een reflectie op monitoring en evaluatie mijn brief aan uw Kamer van 11 november 2022.8

  • Vraag 13
    Gaat u de toekomstige coronastrategie naar aanleiding van de conclusies van dit rapport herzien? Gaat u terughoudender zijn in het opnieuw invoeren van coronamaatregelen, of deze helemaal niet meer inzetten? Bent u voornemens om, zoals het OVV adviseert, zo spoedig mogelijk te evalueren en voor de uitkomst van die evaluatie in ieder geval geen coronamaatregelen meer in te voeren? Zo ja, op welke termijn gaat u dat doen? Zo nee, waarom niet?

    Als de verspreiding van het virus om maatregelen vraagt, zal ik die nemen. Daarbij houd ik rekening met de omstandigheden van dat moment. Ik verwijs met betrekking tot dit onderwerp verder naar mijn brief aan uw Kamer van 11 november 2022.9

  • Vraag 14
    Kunt u verklaren waarom in de begroting van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voor 2023 en de jaren daarna opnieuw miljarden zijn begroot voor coronagerelateerde maatregelen, terwijl het effect van deze maatregelen dus onduidelijk is? Hoe verantwoordt u deze uitgaven met de kennis en conclusies uit het OVV-rapport? Waarom moet de burger betalen voor beleid waarvoor geen onderbouwing kan worden gegeven?

    Het effect van coronamaatregelen is niet onduidelijk, zie de antwoorden 3 t/m 6. Het kabinet zal – zeker op de korte termijn – voorbereid moeten blijven op de mogelijkheid van nieuwe oplevingen en nieuwe virusvarianten. Dat betekent ook dat hiervoor middelen beschikbaar moeten zijn.

  • Vraag 15
    Staat u nog altijd achter de beleidskeuzes die destijds zijn gemaakt, zoals het invoeren van de avondklok en de mondkapjesplicht? Zo ja, waarom, als u nu weet dat de effectiviteit hiervan onbekend is en de schade waarschijnlijk wel aanzienlijk?

    Het kabinet heeft op basis van de destijds beschikbare kennis en ervaring maatregelen getroffen om verspreiding van het virus tegen te gaan. De maatregelenpakketten en hun (neven)effecten worden vanaf het begin van de pandemie geëvalueerd en gemonitord ten behoeve van (toekomstige) besluitvorming.
    Ik verwijs graag opnieuw naar mijn brief van 11 november.10

  • Vraag 16
    Had u, met de kennis van nu, destijds andere keuzes gemaakt bij de aanpak van de coronapandemie? Zo ja, hoe had u het coronabeleid anders vormgegeven?

    In mijn brief van 4 november jl. aan uw Kamer over pandemische paraatheid worden de eerste lijnen geschetst voor de visie op een versterkte pandemische paraatheid van de zorg en infectieziektebestrijding.11 De agenda is gericht op de voorbereiding op een toekomstige pandemie. Hierin zijn de lessen van de coronacrisis meegenomen.

  • Vraag 17
    Deelt u de mening dat op basis van dit rapport en ander voortschrijdend inzicht het coronatoegangsbewijs nooit meer in de zogenaamde «gereedschapskist» van in te zetten maatregelen terecht mag komen en dat er daarnaast nooit meer mag worden overgegaan tot welke inperking van grondrechten en vrijheden dan ook, zonder sluitende (wetenschappelijke) onderbouwing?

    Op dit moment is het wetsvoorstel Eerste tranche wijziging van de Wet publieke gezondheid bij de Tweede Kamer aanhangig. In het verslag van de commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn (vergelijkbare) vragen gesteld over de door u aangehaalde thema’s. Momenteel heb ik de Nota naar aanleiding van het Verslag (NnavV) in voorbereiding. In de Nota naar aanleiding van het Verslag
    met betrekking tot de Eerste tranche wijziging van de Wet publieke gezondheid ga ik hier nader op in. Ik verwacht de NnavV binnen afzienbare tijd aan te bieden aan de Tweede Kamer. Ik verwijs u naar deze beantwoording.

  • Mededeling - 3 november 2022

    De vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) over het tweede OVV-rapport over de Nederlandse aanpak van de coronacrisis (2022Z19383 ingezonden 13 oktober 2022) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van uitstel is benodigde verdere uitwerking van de kabinetsreactie op het tweede deelrapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2022Z19383
Volledige titel: Het tweede OVV rapport over de Nederlandse aanpak van de coronacrisis
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-805
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Haga over het tweede OVV-rapport over de Nederlandse aanpak van de coronacrisis