Kamervraag 2022Z07329

Het verlopen van de beschikbaarheidsvergoeding openbaar vervoer.

Ingediend 13 april 2022
Beantwoord 28 april 2022 (na 15 dagen)
Indiener Bouchallikh
Beantwoord door Vivianne Heijnen (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (CDA)
Onderwerpen organisatie en beleid verkeer
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z07329.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-2573.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het bericht «Ov-sector vreest 30 procent versobering»1?

    Ja, ik heb kennisgenomen van dit bericht.

  • Vraag 2
    Bent u op de hoogte van de roep om duidelijkheid vanuit de sector betreffende de beschikbaarheidsvergoeding openbaar vervoer (BVOV) om toekomstplannen niet onnodig lastig te maken?

    Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) verwacht dat het aantal reizigers in 2022 gemiddeld op 88% t.o.v. 2019 zal uitkomen. Zoals ik uw Kamer op 14 april jl. heb geïnformeerd2 heeft het kabinet, gezien het belang van een bereikbaar en veilig OV voor de reiziger, daarom besloten de Beschikbaarheidsvergoeding OV (BVOV) door te trekken tot en met 31 december 2022. Zo maken we de dienstregeling voor de tweede helft van 2022 onder dezelfde voorwaarden mogelijk. Met het doortrekken van de BVOV wordt zekerheid geboden voor de reiziger, NS en de regionale vervoerders in de laatste maanden van 2022.

  • Vraag 3
    Realiseert u zich dat de ov-bedrijven het zonder voortzetting van steun nog niet zullen redden vanwege lagere reizigersinkomsten als gevolg van de coronapandemie en dat het zal leiden tot structurele en ingrijpende versobering van het openbaar vervoer?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    Wat is uw oordeel over de prognoses die stellen dat de reizigersinkomsten voor het ov vanaf 2025 pas weer op het precoronaniveau zullen zitten en dat dit zonder steun kan leiden tot wel 30 procent minder ritten in 2023? Vindt u dit ook onacceptabel voor reizigers?

    Het KiM verwacht in 2023 weer 97% van het aantal reizigers t.o.v. 2019. Het KiM zal in juni van dit jaar de prognoses actualiseren.

  • Vraag 5
    Realiseert u zich dat het reizigersherstel, dat volgens de brief van uw voorganger van 16 december 2021 expliciet genoemd wordt als criterium bij het besluit over voortzetting van de BVOV2, volgens de prognose nog niet op peil is?

    Op dit moment ligt het gemiddelde OV-gebruik doordeweeks op ongeveer 80% t.o.v. 20194. In de weekenden is het aantal reizigers bijna weer op het niveau van 2019. De prognose is dat het gemiddelde gebruik dit jaar op 88% t.o.v. 2019 uitkomt. We monitoren de ontwikkelingen en ik blijf daarover met de sector in gesprek.

  • Vraag 6
    Deelt u de opvatting dat voldoende aanbod van openbaar vervoer (en daarmee voortzetting van de BVOV) noodzakelijk is om de ambities uit het coalitieakkoord te behalen op het gebied van wonen, klimaat en bereikbaarheid? Zo nee, waarom niet?

    Ja, het is van groot belang dat het OV – naast de primaire functie om door mobiliteit te voorzien in bereikbaarheid – de noodzakelijke bijdrage kan leveren aan duurzaamheid, het ontsluiten van nieuwe woningen en het opvangen van de groeiende behoefte aan mobiliteit. Vanwege dat maatschappelijk belang kunnen vervoerders voor heel 2022 gebruik maken van de beschikbaarheidsvergoeding OV (BVOV).

  • Vraag 7
    Realiseert u zich dat de sector waarschuwt dat goedkoop duurkoop is, aangezien de kosten hoger liggen omdat medewerkers en materiaal niet meteen weer voorhanden zijn en reizigers minder snel terugkeren wanneer er te laat wordt geïnvesteerd in het ov? Realiseert u zich daarbij dat dit niet alleen geld kost, maar daarbovenop ook banen van huidig personeel?

    Met het doortrekken van de beschikbaarheidsvergoeding OV voor heel 2022 is er zekerheid voor de reizigers en vervoerders. Verder houd ik de ontwikkelingen goed in de gaten en blijf met de sector in gesprek.

  • Vraag 8
    Bent u voornemens om op korte termijn tot een beslissing te komen over het voortzetten van de BVOV? Op welke termijn verwacht u een akkoord met de sector te bereiken? Kunt u toelichten waarom dit besluit niet in het eerste kwartaal van 2022 is genomen, zoals werd aangekondigd in de brief van uw voorganger van 16 december 2021?

    Uw Kamer is op 14 april jl. geïnformeerd over het doortrekken van de BVOV in 2022. Zorgvuldige besluitvorming vergde helaas een iets langere doorlooptijd.

  • Vraag 9
    Kunt u deze vragen vóór het meireces beantwoorden om snel duidelijkheid te verschaffen, zodat ov-bedrijven kunnen plannen voor de toekomst?

    Ik heb geprobeerd uw vragen zo snel mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2022Z07329
Volledige titel: Het verlopen van de beschikbaarheidsvergoeding openbaar vervoer.
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20212022-2573
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Bouchallikh over het verlopen van de beschikbaarheidsvergoeding openbaar vervoer