Kamervraag 2020Z16975

De minimale deelname aan het Jonge Boerenfonds

Ingediend 23 september 2020
Beantwoord 16 oktober 2020 (na 23 dagen)
Indiener Roelof Bisschop (SGP)
Beantwoord door Carola Schouten (viceminister-president , minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen landbouw organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z16975.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-523.html
  • Vraag 1
    Heeft u kennisgenomen van het bericht dat het Jonge Boerenfonds een magere oogst kent?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Is het juist dat tot nu toe slechts twee aanvragen zijn ingediend en dat hiervan één inmiddels is goedgekeurd?

    Per 23 september is dat de juiste stand van zaken. Het tweede VVK is inmiddels verstrekt. RVO en Rabobank hebben contact over een derde financiering met VVK in vergevorderd stadium.

  • Vraag 3
    Kunt u aangeven welke regels en voorwaarden, zoals de investeringsdrempel van 1 miljoen euro, een grote drempel vormen voor deelname?

    Het Vermogens Versterkend Krediet (VVK) is ontwikkeld in nauw overleg met het NAJK en met de banken. Het VVK bleek daarbij de beste optie om het doel – toekomstgerichte versterking van het bedrijfsperspectief van de overnemende of startende agrarische ondernemer – te realiseren. Er is in de regeling geen voorwaarde voor een investeringsdrempel opgenomen. Wel is mij bekend dat de Rabobank als regel hanteert dat het VVK deel uitmaakt van een totale bedrijfsfinanciering met een omvang van € 1 mln.
    Het inpassen van een VVK in de financiering wordt door de accountmanagers bij de lokale Rabobanken lastiger gevonden dan bij de ontwikkeling in overleg met de betrokken partijen is voorzien. Hierover wordt binnen Rabobank met de accountmanagers gesproken en vervolgens met LNV en RVO overlegd welke acties mogelijk zijn om dit te ondervangen.

  • Vraag 4
    Ziet u binnen de kaders van de staatssteunregels nog ruimte voor het aantrekkelijker maken van het fonds?

    De start van de regeling vindt plaats in een periode waarin veel (jonge) boeren onzekerheid ervaren over hun toekomstperspectief vanwege de stikstofcrisis, maar uiteraard ook vanwege de COVID-19 crisis en de grote onzekerheid over de economische impact daarvan op de middellange en lange termijn. Tegen deze achtergrond lijkt een groot aantal bedrijven investeringen en overnames uit te stellen. Ik heb hier begrip voor, niet in de laatste plaats voor de jonge ondernemers die voor dit carrière-bepalende beslismoment staan. Ik vind het daarom een voorbarige conclusie om op basis van het gebruik in 2020 al tot aanpassing van de regeling over te gaan. De inzet van het kabinet is gericht op z.s.m. herstel van deze crisis en daarvoor zijn ook weer overnames en duurzame investeringen in de agrarische sector nodig. Het VVK is een van de bestaande regelingen die daarbij juist een rol kan vervullen.
    Uiteraard houd ik wel de vinger aan de pols t.a.v. het economisch herstel, het investeringsherstel in de agrarische sector alsook het doelbereik van het VVK.

  • Vraag 5
    Is het, gelet op de staatssteunregels en de schaduwwerking van de stikstofcrisis, de verwachting dat binnen afzienbare termijn de middelen die beschikbaar zijn voor het fonds, worden benut?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Is het juist dat aan de besteding van de beschikbare 11 miljoen euro voor opleiding en coaching van jonge boeren nog steeds geen invulling is gegeven en wanneer gaat het hiervan komen?

    Aan het opleidings- en coachingstraject van het Jonge Boerenfonds wordt invulling gegeven via het programma Praktijkkennis voor Voedsel en Groen van Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA en LNV langs de volgende drie trajecten:
    Het programma heeft een totaal budget van € 4 mln. en is in mei van start gegaan met een doorlooptijd tot en met 2023.
    Het NAJK is bij alle trajecten nauw betrokken, zowel in de voorbereidende fase als bij de uitvoering ervan. Parallel hieraan heeft NAJK een subsidie ontvangen voor het ontwikkelen van een businessplan voor, en het opstarten van een Kenniscentrum Bedrijfsovername dat in aanvulling op bovengenoemde trajecten gaat draaien. Het businessplan zal binnenkort worden afgerond.

  • Vraag 7
    Welke maatregelen denkt u te nemen om te voorkomen dat aan het eind van deze kabinetsperiode een deel van het budget van 75 miljoen euro voor ondersteuning van jonge boeren op de plank blijft liggen?

    Zoals ik in januari 2019 aan uw Kamer heb geschreven (Kamerstuk 35 000 XIV, nr. 70, vergaderjaar 2018–2019) heb ik met het Jonge Boerenfonds uit het Regeerakkoord beoogd een instrument te ontwerpen om startende jonge boeren of tuinders gedurende een groot aantal jaren te ondersteunen bij het opzetten van een duurzaam en toekomstbestendig bedrijf. Via de begrotingsreserve voor de borgstellingsregeling werkt de € 64 mln daarvoor ingezet vergelijkbaar met een revolverend fonds. Zoals ik in het antwoord op de vragen 4 en 5 heb aangegeven is het naar mijn oordeel juist in dit bijzondere eerste openstellingsjaar 2020 te vroeg om over het doelbereik van de regeling te kunnen oordelen.

  • Vraag 8
    Bent u voornemens in overleg met het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt te bezien wat de mogelijkheden zijn voor betere benutting van het fonds dan wel de inzet van de beschikbaar gestelde middelen om jonge boeren op andere wijze te ondersteunen? Zo ja, wilt u de Kamer hierover voor de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit informeren?

    Ik ben regelmatig in contact met het NAJK over het VVK. Momenteel met name over de campagne Groeien naar morgen waarvoor ik op 12 oktober het startschot heb gegeven, waarmee ik ook in het bijzonder de aandacht wil vestigen op de kansen die deze regeling aan jonge boeren en tuinders biedt. Op donderdag 22 oktober aanstaande wordt er in het kader van deze campagne al een webinar mede in samenwerking met alsook met deelnemers vanuit NAJK en de banken georganiseerd. Met dit webinar beoog ik de informatie over de mogelijkheden die de regeling biedt, en wat de jonge ondernemer en de bank moeten doen om er gebruik van te kunnen maken, breder onder de aandacht te brengen.
    Ook naar aanleiding van de Telegraaf publicatie van 22 september heb ik met het NAJK over het VVK gesproken. Mijn in deze antwoorden weergegeven visie, in het licht van het bijzondere jaar 2020 en de op handen zijnde publiciteitsactiviteiten over het VVK, wordt ook gedeeld door het NAJK.

  • Mededeling - 14 oktober 2020

    Op 22 september jongstleden heeft het lid Bisschop (SGP) vragen gesteld over het bericht «Boerenfonds kent een magere oogst; Steunpakket helpt slechts één boer» (Kamerstuk 2020Z16975). De beantwoording kost mij iets meer tijd dan de reguliere termijn. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2020Z16975
Volledige titel: De minimale deelname aan het Jonge Boerenfonds
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20202021-523
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Bisschop over het krantenartikel 'Boerenfonds kent een magere oogst; Steunpakket helpt slechts één boer’