Kamervraag 2018Z14427

Het bericht dat Brabant wil experimenteren met drukjacht op zwijnen

Ingediend 30 juli 2018
Beantwoord 12 september 2018 (na 44 dagen)
Indiener Femke Merel Arissen (PvdD)
Beantwoord door Carola Schouten (viceminister-president , minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen natuur en milieu organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z14427.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-3177.html
  • Vraag 1
    Kent u het bericht «Brabant wil experimenteren met drukjacht op zwijnen»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Kunt u aangeven waarin drukjacht zou verschillen met de wettelijk verboden drijfjacht op wilde zwijnen?

    Bij drijfjacht zijn er meerdere drijvers betrokken die het wild opjagen naar dicht bij elkaar opgestelde jagers. Tijdens een drijfjacht worden (bos)percelen volledig afgezet met jagers. Deze methode veroorzaakt grote onrust, vertrapping van de vegetatie en kent onvoldoende trefzekerheid. Drukjacht (ook wel bewegingsjacht genoemd) is een relatief beperkte vorm van drijven waarbij 1 drijver het wild verjaagt naar een strategisch opgestelde jager op een hoogzit. Deze vorm van jacht maakt het selectief afschieten van wilde zwijnen mogelijk. Bij drukjacht is er nauwelijks sprake van verstoring.

  • Vraag 3
    Deelt u de opvatting die zwijnenonderzoeker de heer Groot Bruinderink al in 2001 uitsprak, dat de bewegingsjacht een ineffectieve jachtmethode is en dat er een schimmig onderscheid is tussen drijf- en drukjacht? Zo nee, waarom niet?2

    Ik deel de opvatting van de heer Groot Bruinderink, zoals hij die in 2001 heeft uitgesproken niet. Overigens heeft de heer Groot Bruinderink later nuanceringen aangebracht in zijn opvatting over drijf- en drukjacht. In een artikel in Trouw van 7 november 2009 zegt hij dat zowel drijfjacht als drukjacht bespreekbare jachtmethoden zouden moeten zijn, mits hun effectiviteit kan worden bewezen. Zoals aangegeven in het antwoord op de vorige vraag zijn er duidelijke verschillen tussen de verboden drijfjacht en de toegestane 1-op-1 drukjacht. Zie verder antwoord op vraag 7.

  • Vraag 4
    Is het waar dat het zwartwildbrevet met het wettelijk verbod op de drijfjacht op wilde zwijnen is komen te vervallen, waardoor er geen jagers meer zijn die een schietvaardigheidsproef hebben afgelegd die gericht is op het schieten van grote hoefdieren? Hoe beoordeelt u dit geven in relatie tot het beoogde experiment?

    Met de komst van de Flora- en faunawet (thans Wet natuurbescherming) is per 1 januari 2002 het zwartwildbrevet komen te vervallen. Er zijn geen aanwijzingen dat het ontbreken van dit brevet gevolgen heeft gehad voor de schietvaardigheid van de betreffende jagers bij het afschot van grote zoogdieren zoals wilde zwijnen. Hierbij kan ook meespelen dat Nederlandse jagers regelmatig deel nemen aan zwijnenjachten in Duitsland.

  • Vraag 5
    Is het waar dat uit genetisch onderzoek blijkt dat een aantal van de in Brabant en Limburg levende zwijnen, daar waarschijnlijk illegaal uitgezet zijn of zijn ontsnapt uit gevangenschap?3

    Hierover kan niet met zekerheid uitsluitsel worden gegeven. Ik wijs u er in dit verband op dat zich onder de wilde zwijnen in genoemde provincies ook exemplaren bevinden die afkomstig zijn uit populaties uit Duitsland of Vlaanderen.

  • Vraag 6
    Deelt u de mening dat een door deskundigen als ineffectief aangeduide jachtmethode, die door jagers gezien wordt als een «sportieve uitdaging», die wettelijk verboden is wegens het risico van ongelukken, niet zou moeten worden toegestaan, ook niet als experiment, zeker niet aan direct belanghebbenden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze wilt u voorkomen dat deze wettelijk verboden jachtmethode via een semantische omweg toch wordt toegestaan?

    Drukjacht is evenals drijfjacht volgens de Wet natuurbescherming niet toegestaan. Een uitzondering is in de wet gemaakt voor de zogeheten 1-op-1 drukjacht op wilde zwijnen. Vanuit oogpunt van verkeersveiligheid is er bij de totstandkoming van de wet voor gekozen dit middel achter de hand te houden voor afschot van wilde zwijnen.

  • Vraag 7
    Kunt u aangeven op basis van welke wetenschappelijke inzichten de bewegingsjacht bepleit wordt in Limburg en Noord-Brabant, in afwijking van het wettelijk verbod op de drijfjacht? Zo nee, waarom niet?

    Bewegingsjacht (of: drukjacht) is een in België en Duitsland veel toegepaste methode, die daar in de praktijk effectief is gebleken bij het afschieten van wilde zwijnen. Naar aanleiding van deze praktijk wordt thans in de provincies Noord-Brabant en Limburg gepleit voor bewegingsjacht. Uit onderzoek van de Technische Universiteit Dresden is gebleken dat bewegingsjacht, in combinatie met andere toegestane methoden, nodig is om de stand van wilde zwijnen effectief terug te brengen.

  • Vraag 8
    Bent u bereid het wettelijk verbod op bewegingsjacht op wilde zwijnen landelijk te handhaven? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

    Uit antwoorden op vragen 6 en 7 mag duidelijk zijn dat de 1-op-1 drukjacht op wilde zwijnen wettelijk is toegestaan, voor zover de provincie dit in een provinciale verordening heeft geregeld. Andere vormen van bewegingsjacht zijn in ons land niet toegestaan. Op de handhaving van dat laatste verbod wordt toegezien door de daartoe bevoegde instanties.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2018Z14427
Volledige titel: Het bericht dat Brabant wil experimenteren met drukjacht op zwijnen
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20172018-3177
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Kooten - Arissen over het bericht dat Brabant wil experimenteren met drukjacht op zwijnen