Kamervraag 2016Z21691

Toegankelijkheid van het spoorvervoer en persoonlijke assistentieverlening op NS-stations (herdruk)

Ingediend 21 november 2016
Beantwoord 7 december 2016 (na 16 dagen)
Indieners Eric Smaling , Betty de Boer (VVD)
Beantwoord door Sharon Dijksma (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (PvdA)
Onderwerpen spoor verkeer
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z21691.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-687.html
  • Vraag 1
    Bent u op de hoogte van het feit dat NS druk bezig is met het verbeteren van de ondersteuning op stations om mensen met een rolstoel in en uit de trein te begeleiden? In hoeverre bent u hierbij betrokken?

    NS is inderdaad druk bezig met het verbeteren van de toegankelijkheid van de treinreis voor mensen met een beperking. In de concessie zijn hierover belangrijke afspraken gemaakt. In aanvulling hierop heb ik vorig jaar met NS overeenstemming bereikt over een pakket van extra maatregelen op dit vlak. Ik heb u daarvan verslag gedaan in mijn brief van 9 april 2016 en het daarbij gevoegde Actualisatierapport 20151.
    Naast de inmiddels gerealiseerde verkorting van de aanmeldingstijd van drie naar één uur, en de ontwikkeling van een nieuw boekingssysteem dat interactie met de klant mogelijk maakt werkt NS samen met de belangenorganisatie Ieder(in), de Oogvereniging, de Roos Prommenschenckel Foundation en enkele nauw betrokken mensen met een beperking aan de verruiming van de tijdvakken waarin assistentie op stations wordt verleend en uitbreiding van het aantal stations met assistentie. NS geeft op deze wijze invulling aan zijn maatschappelijke rol.

  • Vraag 2
    Wordt het aantal stations met assistentieverlening het komende jaar uitgebreid? Zo ja, hoeveel stations komen erbij en vindt u dat een acceptabel aantal?

    Mijn inzet is erop gericht de zelfstandige toegankelijkheid te bevorderen. Aan dit doel werken zowel ProRail als NS. Omdat dit doel niet in enkele jaren bereikt kan worden wordt het aantal stations met assistentieverlening de komende jaren verder uitgebreid. NS had in 2015 al assistentieverlening geïntroduceerd op 8 extra stations. Vervolgens besloot NS na overleg met de eerder genoemde partijen om door te gaan met het uitbreiden van de assistentieverlening met nog eens 45 stations. Daarvan krijgen dit jaar 10 stations assistentie waaronder Etten-Leur, Arnhem Zuid, Veenendaal Centrum, Rijswijk en Barendrecht. Daarnaast stromen met ingang van de nieuwe dienstregeling (december 2016) bij NS nieuwe sprintertreinen in die voorzien zijn van een goede schuiftrede. Op de lijnen waar deze treinen gaan rijden treedt daardoor een verbetering op voor mensen met een rolstoel. Verder bereidt NS de inbouw voor van een nieuwe schuiftrede in alle bestaande sprinters van het type Sprinter Light Train (131 treinen). Als dit traject is afgerond, zal dit eveneens een groot effect op toegankelijk reizen krijgen. Ik wil samen met NS en ProRail bekijken hoe de zelfstandige toegankelijkheid zich in Nederland ontwikkelt en op grond daarvan besluiten of er aanleiding is om de assistentieverlening nog verder uit te breiden.

  • Vraag 3
    Wat is er voor nodig om op elk station, waar een rolstoelgebruiker niet zelfstandig in- en uit kan stappen, assistentieverlening in te voeren, gelet op de kosten, organisatie en punctualiteit?

    Realisatie van deze wens vergt gedegen onderzoek waarbij inderdaad minimaal gekeken moet worden naar kosten, organisatie en effecten op punctualiteit. Bij uitbreiding van het aantal stations moeten in elk geval meer vlinderbruggen worden aangeschaft.

  • Vraag 4
    Hoe verloopt de planning van ProRail om stations aan te passen zodat deze beter toegankelijk zijn en zodat het perron aansluit op het treinstel waardoor een rolstoelgebruiker zelfstandig in- en uit kan stappen? Is het mogelijk dit proces te versnellen?

    Het toegankelijk maken van stations loopt conform planning. Zoals in het Actualisatierapport Toegankelijkheid 2015 (Kamerstuk 2015–2016, 29 984, nr. 661, bijlage) is aangegeven reist 92% van de reizigers per januari 2020 van of naar een zelfstandig toegankelijk station. Daarmee wordt voldaan aan de tussendoelstelling (90% per 2020) uit het MIRT-Programma Toegankelijkheid. Per 2030 moeten alle stations toegankelijk zijn.
    Het toegankelijk maken van stations vergt soms ingrijpende maatregelen zoals het aanpassen van de perronhoogte of de hoogteligging van het spoor. Jaarlijks worden op ongeveer 20 stations per jaar de perrons geschikt gemaakt voor een toegankelijke instap. Het uitvoeren van deze werkzaamheden vergt buitendienststellingen van het spoor en veroorzaakt daarmee reizigershinder. Het versneld uitvoeren van het programma leidt dus tot een tijdelijk lagere beschikbaarheid van het spoor dan nu het geval is en daarmee tot extra hinder ten opzichte van de uitvoeringshinder die reizigers nu ervaren. Bovendien wordt in een kortere periode een zwaarder beroep gedaan op schaarse capaciteit van spooraannemers hetgeen een prijsopdrijvend effect kan hebben. Versnelling acht ik om die redenen onwenselijk.

  • Vraag 5
    Op welke termijn kunnen mensen met een rolstoel op alle stations gebruik maken van de trein door zelfstandig of met hulp in- en uit te stappen?

    Het is op dit moment al op heel veel stations in Nederland mogelijk om zelfstandig of met hulp in en uit te stappen. Mijn streven is erop gericht dat in 2020, 90% van alle reizen van en naar een zelfstandig toegankelijk station gemaakt kan worden. ProRail werkt aan de realisatie van deze tussendoelstelling en alles wijst erop dat zij deze gaan halen. In 2030 moeten alle stations zelfstandig toegankelijk zijn. Volgens de huidige planning van NS zullen alle sprinters per 1-1-2025 toegankelijk zijn. Ook nieuwe intercity’s krijgen een schuiftrede waardoor ze een toegankelijke instap hebben. Nu al is er op alle grote stations waar intercity’s stoppen assistentieverlening. Op deze stations kunnen mensen met een rolstoel dus ook gebruik maken van de trein. Er zijn enkele lijnen in Nederland waar alleen intercitymaterieel rijdt. Op deze trajecten stopt de intercity ook op kleine stations. Omdat het langer duurt voordat overal intercity’s rijden met een toegankelijke instap, zal ik aan NS vragen om de stations op die lijnen voorrang te geven bij de toegezegde uitbreiding van het aantal stations met assistentieverlening.

  • Vraag 6
    Kunt u deze vragen vóór het Algemeen overleg Openbaar vervoer voorzien op 8 december 2016 beantwoorden?

    Ja.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2016Z21691
Volledige titel: Toegankelijkheid van het spoorvervoer en persoonlijke assistentieverlening op NS-stations (herdruk)
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20162017-687
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Smaling en De Boer over toegankelijkheid van het spoorvervoer en persoonlijke assistentieverlening op NS-stations