Kamervraag 2015Z12681

Het verschoningsrecht van advocaten en notarissen

Ingediend 26 juni 2015
Beantwoord 13 augustus 2015 (na 48 dagen)
Indiener Jeroen Recourt (PvdA)
Beantwoord door Klaas Dijkhoff (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen economie organisatie en beleid overige economische sectoren recht
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z12681.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-3029.html
  • Vraag 1
    Kent u het bericht «Beroepsgeheim advocaten en notarissen is doorgeschoten»1, het bericht «Alsof advocaten zich verschuilen. Echt niet»2 en herinnert u zich de eerdere vragen over het verschoningsrecht van bedrijfsjuristen3 en over de rol van advocaten en accountants bij fraudeonderzoeken?4

    Ja.

  • Vraag 2
    Betrekken bedrijven of personen advocaten of notarissen in correspondentie, email en dergelijke met de bedoeling om daarmee gegevens aan de openbaarheid te kunnen onthouden? Zo ja, in hoeverre worden hierdoor strafrechtelijke onderzoeken bemoeilijkt?

    Het professionele verschoningsrecht is een in Nederland algemeen erkend rechtsbeginsel, dat dient ter waarborging dat burgers zich vrijelijk en zonder vrees kunnen wenden tot een professioneel verschoningsgerechtigde. Dit vanuit de gedachte dat, voor waar het gaat om advocaten en notarissen, een rechtszoekende zonder belemmering advies moet kunnen inwinnen over zijn juridische positie en zich in rechte kan doen laten bijstaan.
    De geïnterviewde officier van justitie heeft in het bedoelde artikel toegelicht waarom het Openbaar Ministerie (OM) van oordeel is dat de uitoefening van het verschoningsrecht in voorkomende gevallen de fraudebestrijding belemmert. De officier van justitie stelt in het artikel dat er in zijn ogen door advocaten en notarissen steeds vaker een beroep wordt gedaan op het verschoningsrecht voor activiteiten die naar zijn oordeel in de kern niet vallen onder het verschoningsrecht.
    Navraag bij het OM leert dat er geen cijfers beschikbaar zijn over het aantal zaken waarin door een advocaat of notaris een beroep op het verschoningsrecht wordt gedaan.
    Een geval waarin twijfel kan bestaan of een beroep op het verschoningsrecht gerechtvaardigd is – en waarvoor de geïnterviewde officier van justitie aandacht vraagt – betreft het door bedrijven of personen opnemen van advocaten of notarissen in correspondentie, email en dergelijke met de bedoeling om daarmee gegevens aan de openbaarheid te kunnen onthouden. Dit kwam aan de orde in een zaak van de rechtbank Amsterdam.5 De rechtbank Amsterdam oordeelde dat, nu de geheimhouder in de e-mailwisseling niet de geadresseerde of afzender was van de e-mails, geen sprake was van een vertrouwelijk document. Daardoor kon er geen beroep worden gedaan op het verschoningsrecht.
    Tijdens het algemeen overleg over fraude op 8 april jl. is over het verschoningsrecht gesproken. De Minister van Veiligheid en Justitie (hierna: de Minister) heeft bij die gelegenheid gesteld dat onze rechtsstaat groot belang heeft bij het verschoningsrecht van bijvoorbeeld advocaten en notarissen, maar dat de geheimhouding en het daarop gebaseerde verschoningsrecht niet misbruikt mag worden om de opsporing van fraude te bemoeilijken. Net als in de meest recente voortgangsrapportage over de rijksbrede aanpak van fraude heeft de Minister bij die gelegenheid ook gemeld dat vanuit het Ministerie van Veiligheid en Justitie samen met het OM gesprekken zijn en nog worden gevoerd met de Nederlandse Orde van Advocaten en de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie.6 Daarbij komt onder meer aan de orde dat de dienstverlening van notarissen en advocaten zich over een steeds breder terrein is gaan uitstrekken. Daaruit vloeit vervolgens de vraag voort in hoeverre het domein, dat wordt bestreken door het sectorale beroepsgeheim, zich daardoor verder heeft verbreed en in hoeverre het spanningsveld tussen het belang van geheimhouding en het daaraan verbonden verschoningsrecht enerzijds en het belang van effectieve fraudebestrijding anderzijds, daardoor is vergroot. Conform de toezegging tijdens het debat zal de Minister uw Kamer na de zomer informeren over de uitkomsten van dit overleg.
    Overigens merk ik op dat met ingang van 1 maart 2015 in artikel 98 van het Wetboek van Strafvordering de procedure, waarin een rechterlijke beoordeling van een beroep op het professionele verschoningsrecht plaatsvindt, nader is geregeld. Daarbij zijn onder andere termijnen opgenomen om de procedure te versnellen. In het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering die thans in voorbereiding is, zal bezien worden of er aanleiding bestaat verdere procedurele verbeteringen voor te stellen.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening van de in het eerste bericht genoemde officier van justitie dat de regels voor het verschoningsrecht, met name daar waar het om commerciële activiteiten gaat, nu onduidelijk zijn en dat dat tot oneigenlijk gebruik en misbruik leidt? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    Kunt u aan de hand van jurisprudentie waarin het verschoningsrecht van advocaten en notarissen aan de orde was, voorbeelden geven waaruit blijkt dat er sprake was van het in de ogen van de rechter ten onrechte beroep doen op verschoningsrecht? Ziet u hierin een bepaalde ontwikkeling? Zo ja, welke?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat u na overleg met het openbaar ministerie en de beroepsorganisaties van advocaten, notarissen en accountants tot een visie op de toekomst van het verschoningsrecht zou kunnen komen? Zo ja, waarom en op welke termijn kan de Kamer uw visiestuk tegemoet zien? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Mededeling - 22 juli 2015

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Recourt (PvdA) van uw Kamer aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het verschoningsrecht van advocaten en notarissen (ingezonden 26 juni 2015) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z12681
Volledige titel: Het verschoningsrecht van advocaten en notarissen
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-3029
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Recourt over het verschoningsrecht van advocaten en notarissen