Kamervraag 2015Z00103

Een onderzoek onder artsen over de morele belasting van de uitvoering van euthanasie

Ingediend 8 januari 2015
Beantwoord 28 januari 2015 (na 20 dagen)
Indiener Kees van der Staaij (SGP)
Beantwoord door Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen ethiek organisatie en beleid zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z00103.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1148.html
1. «Dokters hikken soms tegen euthanasie aan», Medisch contact, 8 januari 2015, blz. 16 e.v.
  • Vraag 1
    Hebt u kennisgenomen van de resultaten van een recent onderzoek onder artsen over de beleving van het plegen van euthanasie? Wat is uw visie hierop?1

    Ja. De resultaten van dit onderzoek zijn helder. Artsen vinden dat er te weinig oog is voor de emotionele belasting van de arts in een euthanasietraject. Daarnaast ervaren zij een (toenemende) druk van patiënten en hun naasten om euthanasie uit te voeren. Het is ongewenst dat artsen een druk ervaren met betrekking tot het behandelen van een verzoek om euthanasie. De wet stelt dat artsen niet verplicht zijn om een verzoek in te willigen en dat de arts overtuigd moet zijn dat het verzoek voldoet aan de wettelijke zorgvuldigheidscriteria. Deze afweging moet een arts zonder extra druk kunnen maken. Ook zonder deze extra druk brengt het behandelen van een euthanasieverzoek voor veel artsen een niet te onderschatten, emotionele belasting met zich mee.

  • Vraag 2
    Wat vindt u van de uitkomst van het onderzoek dat de samenleving naar het oordeel van artsen vaak het idee heeft dat euthanasie een afdwingbaar recht is?

    Het is uiteraard onwenselijk dat er personen zijn die het idee hebben dat euthanasie een afdwingbaar recht is, terwijl dit niet het geval is. Het blijkt niet eenvoudig om de noodzakelijke nuances bij dit onderwerp breed bekend te krijgen. Er is informatie voorhanden waarin wordt uitgelegd dat er geen recht op euthanasie is en hoe artsen een verzoek om euthanasie behandelen. Hiervoor verwijs ik naar de website van de rijksoverheid, de website van de KNMG en de patiëntenbrochure «Spreek op tijd over uw levenseinde».

  • Vraag 3
    In hoeverre hangt deze opvatting mede samen met de relatieve onbekendheid die er in de samenleving is met de mogelijkheden van palliatieve zorg?

    Deze aanname is niet uit de resultaten van het onderzoek te herleiden. Ik vind het natuurlijk wel belangrijk dat mensen goed op de hoogte zijn van wat palliatieve zorg is en hoe dit kan bijdragen aan een waardig levenseinde. De afgelopen jaren is er veel meer duidelijk geworden over de (toepassing van) palliatieve zorg, onder andere door het Verbeterprogramma Palliatieve zorg. De komende jaren zal door middel van het Nationaal Programma Palliatieve Zorg worden getracht palliatieve zorg verder onder de aandacht te brengen. Dit zal onder meer gebeuren door het vergroten van de bewustwording en het nog beter toegankelijk maken van alle informatiebronnen over palliatieve zorg.

  • Vraag 4
    Hoe beoordeelt u het gegeven dat driekwart van de artsen zegt druk te ervaren van patiënten of hun naasten, en dat die druk de laatste jaren toeneemt?

    Zie mijn antwoorden op vraag 1 en 2.

  • Vraag 5
    Welke mogelijkheden ziet u om in de samenleving er meer duidelijkheid over te krijgen dat euthanasie geen wettelijk recht is, maar voor artsen meestal een zeer belastende handeling?

    Zoals eerder genoemd wordt via de KNMG een patiëntenbrochure over het levenseinde beschikbaar gesteld, die opgesteld is in samenwerking met verschillende ouderenbonden en patiëntenorganisaties. Daarnaast is objectieve, laagdrempelige informatie beschikbaar via de website van de rijksoverheid.
    Tevens zijn wij recent met een aantal ouderenbonden, patiëntenverenigingen en het samenwerkingsverband Coalitie Van Betekenis tot het Einde in gesprek gegaan om het naderende levenseinde meer bespreekbaar te kunnen maken. Ik heb met deze partijen afgesproken dat zij met voorstellen komen hoe er meer bewustwording kan worden gecreëerd over invulling van de laatste levensfase. Daarnaast wordt, zoals in antwoord op vraag 3 genoemd, in het Nationaal Programma Palliatieve Zorg aandacht besteed aan bewustwording.

  • Vraag 6
    Welke concrete initiatieven onderneemt u om de bewustwording hierover in de samenleving te vergroten, alsmede de bewustwording over de mogelijkheden van palliatieve zorg?

    Zie antwoord vraag 5.

  • Vraag 7
    Welke rol ziet u voor uzelf weggelegd bij de ontwikkeling van een beter aanbod van objectief, laagdrempelig informatiemateriaal waarin de wettelijke kaders duidelijk uitgelegd worden en waarin tevens duidelijkheid wordt geboden over de mogelijkheden van palliatieve zorg, de morele belasting die euthanasie voor artsen betekent en het gegeven dat euthanasie geen wettelijk recht is?

    Zie antwoord vraag 5.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z00103
Volledige titel: Een onderzoek onder artsen over de morele belasting van de uitvoering van euthanasie
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-1148
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van der Staaij over een onderzoek onder artsen over de morele belasting van de uitvoering van euthanasie