Kamervraag 2014Z22203

Het agressieve gedrag van paardenhandelaren jegens NVWA-inspecteurs

Ingediend 3 december 2014
Beantwoord 19 december 2014 (na 16 dagen)
Indiener Marianne Thieme (PvdD)
Beantwoord door Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA)
Onderwerpen natuur- en landschapsbeheer natuur en milieu
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z22203.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-880.html
  • Vraag 1
    Kent u de berichten over de agressieve sfeer op de paardenmarkt in Hedel1 2 waaruit blijkt dat paardenhandelaren agressief reageerden toen zij werden aangesproken op de aanwezigheid van trekpaarden waarvan de staarten waren gecoupeerd?

    Ja.

  • Vraag 2
    Wat is uw oordeel over het agressieve gedrag jegens NVWA-inspecteurs, buitengewone opsporingsambtenaren, dierenartsen en inspecteurs van dierenwelzijnsorganisaties? Wat is uw oordeel over het besluit van de organisatie van de paardenmarkt in Hedel en de NVWA om de trekpaarden met gecoupeerde staarten niet te verwijderen?

    De medewerkers van de NVWA hebben het gedrag van de paardenhandelaren of de medewerkers van de paardenmarkt niet als agressief ervaren.
    Het besluit dat genomen is over de afvoer van de paarden van de markt is niet beïnvloed door het gedrag van de paardenhandelaren en is in samenspraak met de organisatoren van de paardenmarkt tot stand gebracht.
    Besloten werd om twee paarden met gecoupeerde staarten te verwijderen.
    Van twee andere gecoupeerde paarden werd besloten dat ze konden blijven staan. Het betrof één paard met een gecoupeerde staart van voor 2001 en één paard met een gecoupeerde staart met een attest van de dierenarts over de veterinaire noodzaak van de ingreep.

  • Vraag 3
    Erkent u dat dergelijk agressief gedrag de autoriteit van de NVWA ondermijnt en dat intimiderend en agressief handelen door paardenhandelaren jegens de NVWA bestraft moet worden? Zo ja, op welke wijze bent u van plan dit te doen? Zo nee, waarom niet?

    De medewerkers van de NVWA hebben het gedrag van de handelaren niet als intimiderend en agressief ervaren. Zie ook mijn antwoord op vraag 2.

  • Vraag 4
    Kunt u aangeven of art. 2.16, derde en vierde lid van de Wet dieren, waarin staat het verboden is om paarden met een gecoupeerde staart tentoon te stellen, tevens geldt voor paardenmarkten? Zo ja, op welke wijze gaat u paardenmarkten hiervan op de hoogte stellen? Zo nee, waarom niet?

    Het verbod van art. 2.16 ziet op tentoonstellingen en keuringen. Het verbod op het aanbieden van dieren waarbij een verboden ingreep is gedaan is opgenomen in art. 2.7 lid 3 Wet dieren. Dit verbod geldt ook voor paardenmarkten. Dit is een voortzetting van een verbod dat ook al gold onder de gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Het verbod is bekend bij handelaren, fokkers en tentoonstellingen. De NVWA handhaaft op de naleving hiervan.

  • Vraag 5
    Kunt u aangeven wat de validiteit van het Protocol Welzijn Paardenmarkten is, waarin onder andere de paardenmarkten Hedel, Zuidlaren en Elst hebben afgesproken geen paarden met gecoupeerde staarten toe te staan, als dit structureel geschonden wordt? Bent u bereid om wet- en regelgeving in te stellen nu blijkt dat vrijblijvende protocollen geen toegevoegde waarde hebben in de praktische toepassing en uitwerking? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

    Ik ben positief over het feit dat organisatoren van paardenmarkten hun verantwoordelijkheid voor het waarborgen van dierenwelzijn en bioveiligheid op de markt hebben genomen en deze hebben vastgelegd in een protocol.
    Ik ga er vanuit dat de organisatie van een paardenmarkt zich aan haar protocol houdt.
    De NVWA intervenieert op grond van de vigerende wet- en regelgeving en niet op basis van private protocollen.
    Zie ook het antwoord op vraag 4.

  • Vraag 6
    Hoe oordeelt u over het feit dat de secretaris van de Koninklijke Vereniging «Het Nederlandse Trekpaard en De Haflinger» (KVTH) heeft geïntervenieerd toen de paardenmarktorganisatie probeerde het Protocol Welzijn Paardenmarkten na te leven en de eigenaars van paarden met gecoupeerde staarten na 2001 verzocht van de markt te vertrekken? Hoe verhoudt dit gedrag zich met de «voorbeeldfunctie» die hij volgens u vervult?

    De specifieke inhoud van de interventie van bovengenoemde persoon is mij niet bekend.
    In de gesprekken met de KVTH staan de (il-)legaliteit van het couperen, het uitdragen van het standpunt dat de ingreep van couperen niet alleen verboden maar ook maatschappelijk ongewenst is en de voorbeeldfunctie die van het bestuur van de KVTH mag worden verwacht centraal.

  • Vraag 7
    Hoe zijn de gesprekken3 verlopen die u eerder met de secretaris van de KVTH hebt gehad? Bent u bereid om zijn voorbeeldfunctie naar aanleiding van zijn interventie op de paardenmarkt in Hedel aan de orde te stellen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 8
    Bent u bereid om de aanwezigheid van een dierenarts vanaf het begin van de aanvoer tot het einde van de paardenmarkt verplicht te stellen voor de medische keuring van paarden en pony’s?

    De primaire verantwoordelijkheid voor het waarborgen van dierenwelzijn en bioveiligheid van de paarden op de markten ligt bij de organisatie van de markt. In de protocollen van sommige markten, zoals die van Barneveld, is voorzien in de aanwezigheid van een praktiserende dierenarts bij het afladen van paarden die het marktterrein betreden.
    Indien paarden de markt verlaten voor export wordt in de periode voorafgaand aan de markt contact gezocht met de NVWA en worden afspraken gemaakt over toezicht en mogelijke certificering. Ik zie geen aanleiding om hiervan af te wijken.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2014Z22203
Volledige titel: Het agressieve gedrag van paardenhandelaren jegens NVWA-inspecteurs
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-880
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Thieme over het agressieve gedrag van paardenhandelaren jegens NVWA-inspecteurs